Maakt Dienst Dierenwelzijn beleid op maat van malafide hondenhandel?
De huisdierensector is en blijft booming business en vergt een kordaat beleid. Al lijkt het schoentje bij dat laatste soms wat te knellen.
Op 31 januari 2024 vond er een hoorzitting plaats in het Vlaams Parlement rond broodfok en de Dienst Dierenwelzijn onder minister Ben Weyts, meer bepaald over hoe de Dienst de maladife hondenhandel (niet) weet te temmen. Uit een honderden pagina’s dik dossier dat ik kon inkijken, blijkt dat er een heel verhaal te vertellen valt. Na een samenwerking tussen mezelf en De Morgen verscheen er de dag van de hoorzitting al een mooie samenvatting, maar omdat er zo veel elementen zijn, graaf ik nog wat dieper, in een tweeluik.
De Dienst Dierenwelzijn, onder Vlaams minister Ben Weyts, heeft twee belangrijke taken: het beleid rond dierenwelzijn vormgeven én de handhaving van dat beleid door onder meer inspecties. In deze bijdrage proberen we na te gaan hoe de wetgeving en het beleid precies tot stand komen.
Lobbygroep aan het stuur?
Zoals ik eind vorig jaar in een opinie toelichtte, bestaat er zoiets als de Vlaamse Raad voor Dierenwelzijn die adviezen opstelt voor minister Weyts. Om tot die adviezen te komen, kan ze rekenen op een stuurgroep met experts en vertegenwoordigers van organisaties zoals GAIA, de Orde der Dierenartsen en de Boerenbond. Tijdens haar overlegmomenten, kan ze ook extra partijen uitnodigen. Eén van die organisaties is vzw Anizoo, officieel “de brancheorganisatie voor ondernemers in de huisdierensector die ijvert voor dierenwelzijn”. In de praktijk bevat haar raad van bestuur enkele kweker-handelaars (‘broodfokkers’, in de volksmond) met minstens één veroordeling op hun naam. Hoewel dagelijks bestuurder Paul De Cooman dat ontkent door te verwijzen naar ieders blanco strafblad, tonen vonnissen aan dat er wel degelijk veroordelingen uitgesproken zijn, onder meer door de correctionele rechtbank van Kortrijk, voor inbreuken op de wet rond dierenwelzijn. Die verleende daarbij echter de gunst van ‘opschorting’: de feiten zijn bewezen geacht, maar een straf werd (nog) niet opgelegd. De cvba (firma) van één bestuurslid dat opschortingen verkreeg in 2008 en 2011, werd dan weer wél effectief veroordeeld tot geldboetes.
Anizoo is geen vast lid van de Raad, maar dat ze kan en mag wegen op het beleid valt moeilijk tegen te spreken. Ze werd ook uitgenodigd als spreker op de hoorzitting van 31 januari.
Anizoo vraagt, Anizoo krijgt?
De Dienst Dierenwelzijn betrekt de vzw, met als vertegenwoordiger De Cooman, regelmatig bij overlegmomenten. Volgens De Cooman werd Anizoo tussen 2017 en 2023 nergens bij betrokken — nochtans tonen minstens twee verslagen (2018 en 2022) het tegendeel aan. In 2022 was de vzw bijvoorbeeld deel van een werkgroep die zich moest beraden over iets waar Anizoo weinig zaken mee heeft: de invoer van asiel- en zwerfdieren. Volgens getuigen die dat overleg bijgewoond hebben, voerde Anizoo samen met de Franstalige tegenhanger Andibel het hoge woord. Ze eiste volgens een aanwezige bijvoorbeeld een totaalverbod op de invoer van zulke dieren. Zoiets kan moeilijk losgezien worden van de eigen belangen: asiel- en zwerfhonden zijn een bedreiging voor haar eigen verdienmodel als invoerder/fokker/verkoper van honden. Dat voorstel haalde het officiële advies voor minister Weyts.
De vzw eiste blijkbaar ook een verbod op de invoer van puppy’s jonger dan zes maanden (haar verdienmodel) door verenigingen. Ook dat voorstel haalde het officiële advies voor minister Weyts.
De minister kreeg het advies om een verkorte quarantaine af te schaffen. De Vlaamse Regering geraakte het daar echter niet over eens.
Ten slotte vroeg ze de afschaffing van de quarantaine voor ingevoerde honden, aangezien kweker-handelaars een 10 dagen-regel moeten hanteren en verenigingen niet. Iedereen gelijk voor de wet is een mooi principe, maar in dit geval enigszins dubbel. Uit verslagen en getuigenissen blijkt dat verschillende kweker-handelaars immers gewoon de quarantaineperiode laten verkorten door hun contractdierenartsen, soms tot één dag.
Die verkorte quarantaineperiode is wettelijk, maar al lang een doorn in het oog van de Vlaamse Raad voor Dierenwelzijn. Al in 2018 was ze het er unaniem over eens dat dat achterpoortje diende te verdwijnen. Uit het verslag van dat overleg blijkt dat maar één aanwezige tegen was: Anizoo. Ondanks die tegenkanting, kreeg de minister wel degelijk het advies om de mogelijkheid tot een verkorte quarantaineperiode te schrappen. Toch staat deze loophole tot op heden in de wet. Volgens Michaël Devoldere, woordvoerder van het kabinet, maakte de schrapping nochtans deel uit van Weyts’ ontwerpbesluit, maar raakte het niet goedgekeurd omdat men “hierover geen overeenstemming heeft kunnen vinden binnen de Vlaamse Regering”.
Nut van de ‘whitelist’?
Next up is de ‘whitelist’: de Dienst Dierenwelzijn hanteert een lijst van landen en kwekerijen die voldoen aan de vereiste voorwaarden om dieren uit te voeren naar Vlaanderen. Wanneer een buitenlandse kweker in aanmerking wil komen voor de lijst, moet de plaatselijke overheid een verklaring afleveren die aantoont dat de kweker aan de nodige voorwaarden voldoet. Belangrijk: enkel kwekers, dus mensen of bedrijven die hun dieren zélf kweken, staan vermeld in de wet. Handelaren die honden van andere kwekers opkopen, verzamelen en/of uitvoeren (verzamelcentra), maken geen deel uit van de wetgeving en zijn dus in strikte zin niet toegelaten door Vlaanderen.
Echter blijken meerdere buitenlandse bedrijven op de lijst een verzamelcentrum, en daar is de Dienst Dierenwelzijn van op de hoogte. Sommige bedrijven vermelden dat zelfs op hun eigen website. In een reactie, interpreteert het kabinet-Weyts de wet zo: “Om ingevoerd te mogen worden in Vlaanderen, moeten dieren komen van fokkers die voldoen aan onze voorwaarden. Sommige van deze fokkers voeren rechtstreeks in, maar andere fokkers laten dieren passeren via een verzamelcentrum waar pups bij elkaar komen om in groep naar Vlaanderen af te reizen. Het is telkens de bevoegde overheid van het land van herkomst die bij ons moet attesteren dat ook deze verzamelcentra voldoen aan onze voorwaarden.”
In 2022 contacteerde de Hongaarse overheid zélf de Dienst Dierenwelzijn om te vragen of Vlaanderen ineens wel verzamelcentra toeliet.
Hoe wordt die lijst in de praktijk samengesteld? Niet altijd even objectief, zo blijkt uit mailverkeer en getuigenissen. Bijvoorbeeld een bedrijf op de whitelist: Sonnen in Hongarije. Dat kreeg volgens iemand die een overleg bijwoonde toelating om te blijven exporteren na een mondeling advies van de eigenaar van kweker-handelaar Dierenhof Debrabandere. De eigenaar is lid van de raad van bestuur bij vzw Anizoo en veroordeeld, zij het bij opschorting, voor inbreuken op de wet rond dierenwelzijn (vijf van de negen tenlasteleggingen bewezen in 2008, vier van de zes in 2011). Volgens het vonnis van 2011 was één van de redenen om de gunst van de opschorting te vragen overigens: “Het feit dat een eventuele veroordeling terzake haar functie als voorzitster van de VZW ANI-ZOO zou kunnen hypothekeren.”
De aanvraag tot de erkenning kwam van de eigenaar van Animals Express (Dog, Cat & Co) C.V.C., tevens voorzitster van vzw Anizoo. Ook concullega’s Happy Doggy (Puppyhouse) en Hoeve Hoogland gebruik(t)en Sonnen als exporteur. Die aanvraag is wettelijk, maar de erkenning is opvallend. In 2022 contacteerde de Hongaarse overheid immers zélf de Dienst Dierenwelzijn om te vragen of Vlaanderen ineens wel verzamelcentra toeliet: “Ik wil graag informatie aanvragen over commercieel transport van puppy’s naar België. Tot nu toe hebben we gehoord dat er geen dieren van verzamelcentra naar België vervoerd mogen worden, alleen puppy’s afkomstig van fokkers en landen op de lijst in de bijlage. Nu kregen we informatie van een handelsbedrijf dat ze regelmatig puppy’s vervoeren vanuit verzamelcentra. Kunt u mij alstublieft laten weten laten weten of u de eerdere regeling hebt gewijzigd?” (vertaling, GM)
Ambtenaar 2* antwoordt daarop dat de wet niet veranderd is, maar dat er ook geen probleem is: “Het is waar dat onze wetgeving voorschrijft dat puppy’s afkomstig moeten zijn van fokkers die onze normen toepassen en dat is gecertificeerd door de autoriteiten van de landen waaruit de puppy’s worden geïmporteerd. Het feit dat ‘handelsfirma’s’ deze puppy’s verzamelen voordat ze naar ons land vertrekken, verandert niets aan deze vereiste.” (vertaling, GM)
Sonnen staat nog altijd op de whitelist.
Juridisch vacuüm negeren?
Vlaanderen telt tal van erkende asielen die onder meer honden en katten opvangen die gevonden, in beslag genomen of afgestaan zijn. Zij zijn onderworpen aan een duidelijk omschreven wetgeving. Eén van de zaken die zij bijvoorbeeld niét mogen doen is dieren aanvoeren uit bedrijven, zoals kwekers (behalve bij inbeslagnames), of uit het buitenland. Er bestaan echter ook heel wat verenigingen die geen erkenning hebben als asiel, maar werken met dieren uit het buitenland om hier een nieuwe thuis voor hen te vinden. Of die, soms onder druk, afgedankte dieren van kweker-handelaars overnemen in de hoop ze nog een toekomst te kunnen bieden. De Dienst Dierenwelzijn treedt vrij streng op bij zulke verenigingen, ook al is er geen eenduidige wetgeving die de activiteiten verbiedt. Sterker nog: de Dienst gaf zelf toe dat ze opereren in een wettelijk vacuüm.
Al in 2014 schreef Ambtenaar 2 in een mail het volgende: “De minister (toen nog Laurette Onkelinx, net voor de regionalisering van Dierenwelzijn, red.) had eerder al beslist dat asielen geen dieren mochten invoeren dus leek het logisch dat ook andere verenigingen dat niet zouden mogen. Toch besliste de minister om niet te verbieden, maar vroeg ze een erkenningssysteem uit te werken voor verenigingen die invoeren. Momenteel vallen die in een juridisch vacuüm. (…) De wetgeving werd evenwel niet als prioritair beschouwd. (…) Wij hebben geen zicht op welk beleid Vlaanderen op dat vlak gaat voeren.”
Dierenwelzijn is inmiddels 10 jaar een Vlaamse bevoegdheid, met al die jaren dezelfde minister, en de Dienst staat nog niet veel verder. Dat houdt haar evenwel niet tegen om de verenigingen, die dus in strikte zin van de wet niets onwettigs doen, aan te pakken. Zo worden ze bijvoorbeeld ‘gedwongen’ om zich om te vormen tot asiel. Maar, dat zou betekenen dat ze sowieso geen dieren meer mogen invoeren. “Verenigingen mogen geen buitenlandse dieren bijhouden. Vlaamse asielen mogen geen buitenlandse asieldieren aanvoeren”, zegt een voorzitter van zo’n vereniging. “We worden al jaren van het kastje naar de muur gestuurd.”
Wat betreft verenigingen die “broodfokafval”, soms onder druk, opkopen, is de Dienst Dierenwelzijn ook goed op de hoogte van een gebrek aan wetgeving en statuten. Ze lijkt echter niets of weinig te ondernemen om dat aan banden te leggen. Het kabinet-Weyts kijkt voornamelijk naar de verenigingen zelf: “Het initiatief lijkt daarbij overwegend uit te gaan van de organisaties. Door hieraan mee te werken, riskeer je als organisatie om mee te werken aan het oppoetsen van het imago van sommige kwekers.”
Tegenhouden van intrekking erkenningen?
Voormalig medewerker Sam* schrijft in een getuigenis: “De minister (Ben Weyts, red.) verkondigt in het lang en breed in de pers dat er kordate handhaving plaatsvindt met strenge straffen. Niets is echter minder waar. Zijn visie en beleid wordt van binnen uit, vanuit zijn afdeling, tegengewerkt.” Eén van de zaken waarin dat op te merken valt, meent Sam, is het beleid rond de intrekking van erkenningen van kweker-handelaars.
“Het intrekken van erkenningen wordt lang uitgesteld. Er bestaan geen richtlijnen over wanneer een erkenning al dan niet moet worden ingetrokken”, klinkt het. “De beslissing is dus subjectief en gemaakt door Ambtenaar 1* en Ambtenaar 2. Als een erkenning wordt ingetrokken, doet de overtreder gewoon verder op naam van een familielid of kennis (de feiten in de realiteit bewijzen dat, red.). Men weet dit, maar zoekt geen oplossing.” Het kabinet-Weyts verwijst in zijn reactie naar “heldere rechtsprincipes, en ook de vrijheid van vestiging en de vrijheid van nijverheid”.
Ter illustratie: bij een discussie over het al dan niet intrekken van de erkenning van bijvoorbeeld bvba Puppyhouse (ook bekend als Happy Doggy) in Boechout heeft Ambtenaar 2 het volgens Sam over een heksenjacht door GAIA. “Hij zegt dat er dierenwelzijnsmatig geen overtredingen zijn. Dat de uitbater de wet goed kent en volgt. Dat hij enkel de achterpoorten gebruikt die wettelijk mogelijk zijn”, vertelt Sam. “Achterpoorten die Ambtenaar 1 en Ambtenaar 2 laten bestaan, zelfs indien ze erop gewezen worden.”
Op 18 oktober 2023 werd de uitbater van Puppyhouse nochtans in beroep veroordeeld voor dierenmishandeling — onder meer levende puppy’s in een container gooien. De kweker-handelaar staat momenteel nog op de lijst van erkende bedrijven door de Vlaamse overheid, maar kondigde vorige maand zijn faillissement aan. Volgens GAIA om de strafrechtelijke boetes zo min mogelijk te moeten betalen.
‘Je m’en foutisme’
Het lijkt dat we zouden kunnen vaststellen dat bij de Dienst Dierenwelzijn de belangen van de kweker-handelaars soms zwaarder doorwegen dan die van de dieren. Maatregelen die (veroordeelde) handelaars slecht uitkomen, lijken vertraagd, afgezwakt of afgevoerd te worden. Ondertussen krijgen verenigingen die in een grijze zone opereren te maken met huiszoekingen en inbeslagnames.
“In zijn eerste vijf jaar was minister Weyts nochtans goed gestart”, reageert Meyrem Almaci, Vlaams parlementslid voor Groen. “Maar in zijn tweede termijn heeft hij eigenlijk bijna niets gerealiseerd, los van wat symbooldossiertjes. De minister blinkt uit in aankondigingspolitiek, terwijl andere landen het gewoon doén — het is dus niet onmogelijk.”
Het parlementslid blijkt er niet helemaal over uit waar het probleem van het kabbelende beleid exact ligt: “Is het niet aanpakken van de grote broodfok een politieke keuze of een interne keuze bij de Dienst Dierenwelzijn? Dat probeer ik al lang uit te zoeken, maar hoe dan ook is er onvoldoende omkadering voor de medewerkers om hun werk goed te doen. En daar blijft de minister nu eenmaal eindverantwoordelijke voor. De rode draad, wat mij betreft, is: zodra er veel geld mee gemoeid is, doet Weyts niets.”
Dat de minister op zijn handen zit, daar is Anthony Godfroid, advocaat voor GAIA, het niet mee eens. “Ook in zijn tweede ambtstermijn heeft Weyts wel wat dingen verwezenlijkt”, zegt hij. “Maar dat er zaken beter kunnen en moéten, dat staat buiten kijf. Bijvoorbeeld de mogelijkheid om de quarantaine van 10 dagen te laten verkorten door de contractdierenarts van kweker-handelaars: dat moet echt uit de wet. Met dat onderwerp ben ik trouwens mijn carrière begonnen in 2010. Ik behandelde voornamelijk burgerlijke zaken, maar in deze sector beland je nogal snel in het strafrecht. Op dit moment is de classificatie die het parket aan dit soort dossiers geeft zelfs ‘criminele organisatie’.”
Ook Vlaams parlementslid voor Vlaams Belang, Els Sterckx, stelt zich vragen bij de gang van zaken. “Bijvoorbeeld wat betreft die verzamelcentra. De minister en zijn dienst wéten dat het verzamelcentra zijn, hoewel dat verboden is. Toch gebeurt er niets. Het excuus is steevast ‘Dat is de bevoegdheid van het FAVV (Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen, red.)’, maar het is Vlaanderen dat die centra erkent! Wanneer we voorstellen doen om de import van puppy’s aan banden te leggen, horen we de minister zeggen dat hij ‘die broodwinning toch niet gaat afnemen’. We hebben het hier nochtans over de meest lucratieve business in Europa na drugs- en wapenhandel.”
Ten slotte, zou de minister ook niet altijd oplossingsgericht zijn. “Ofwel antwoordt hij naast de kwestie, ofwel komt hij met excuses”, vertelt Almaci. “Bijvoorbeeld wanneer hij gewezen wordt op bepaalde regels die in Wallonië wél ingevoerd zijn, beweert hij dat Europa dat niet toelaat. Maar in zijn strijd tegen onverdoofd slachten durfde hij wel in te gaan tegen Europa! Aan de basis ligt wat mij betreft een puur ‘je m’en foutisme’ van de minister.”
Ik bezorgde mijn vragen zowel aan het kabinet-Weyts als aan de Dienst Dierenwelzijn, maar van die laatste ontving ik nog geen antwoord.
*Identiteiten bekend bij de auteur.
© 2024, Gunther Malin. Alle rechten voorbehouden.