Mark Rothko Expositie in het Gemeentemuseum in Den Haag

Robert Groenewald
Afstudeerproces blog
3 min readFeb 4, 2015

Ik ben vandaag naar de expositie geweest van Mark Rothko in het Gemeentemuseum in Den Haag. En man, wat was het druk, buslading na buslading kwam er binnen. Gelukkig had ik al van te voren een kaartje gekocht, dus ik hoefde niet in de lange rij te wachten. Ik had vorige week een lezing over Rothko van Aldwin kroeze gezien, dus ik had al wat achtergrondinformatie over Rothko’s proces. Ik ben naar deze expositie geweest op aanbeveling van Henny Dörr, omdat de ervaring van deze schilderijen bepaalde emoties te weeg brengt bij mensen. En ik was geïnteresseerd wat dat nou te weeg brengt.

In de expositie hangen 60 werken van Rothko, werken uit zijn vroege periode tot zijn waarschijnlijk laatste werk. De eerste hal waar ik inging hingen dus zijn eerste werken, veel werk dat neigt naar surrealisme, en onderzoeken naar tussenruimte. Waar hij schilderingen heeft gemaakt met mensen die wachten op de metro, die heel afstandelijk van elkaar afstaan. Daarna is er een hal met overgangs werk, onder de noemer multiforms, verder van het surrealisme af.

En daarna kwam het werk waar het om ging, het werk met de grote vlakken, die laag voor laag zijn omgebouwd. Er werd gezegd door Aldwin om zo dicht mogelijk bij de schilderijen te gaan staan. Er stonden helaas afzettingen op ongeveer een halve meter van de schilderijen. Als je dichtbij staat, zie je de lagen die opgebracht zijn, soms zijn het meerdere lagen. Het is indrukwekkend, en je gaat steeds meer dingen zien, krassen, strepen en de kleurverschillen in de vlakken die in eerste instantie egaal lijken. Op den duur ga je ook restkleuren zien, waardoor je weer een ander beeld krijgt van het schilderij dat je op dat moment bekijkt.

En de laatste hal vond ik het meest intrigerend. Het werk dat het meest is uitgekristalliseerd. Hij is in de loop van de tijd steeds op grotere doeken gaan werken. De doeken van Rothko hangen ook lager dan andere schilderijen die ik heb gezien. Dat is om een reden gedaan, de doeken moeten de bezoeker als het ware omarmen en niet “boven” de bezoeker staan. Het gaat om een intiem moment dat ontstaat bij een een-op-een ontmoeting met de kijker. Je word je ook bewust van de ruimte om het schilderij heen, maar ook van de ruimte waarin het schilderij zich bevind. Ik werd me ook heel bewust van de ruimte, het voelde op sommige momenten heel bedrukkend, alles was heel erg aanwezig. Rothko gebruikte kleur als instrument om uit te drukken wat veel grootser was. Hij wilde zo direct mogelijk communiceren, en zonder taal de emoties aan te spreken.

Daarnaast is de verlichting van de schilderijen van enorm belang, ze moesten in een niet te goed verlichtte ruimte hangen. Ik kreeg op den duur wel mijn twijfels of het museum wel de juiste keuzes had gemaakt in de verlichting van de ruimtes, er hing een hele doffe sfeer in alle hallen, en soms waren de ruimtes juist te verlicht en rare spotjes op rare plekken. Ik kon wel begrijpen hoe het licht een rol speelt bij de schilderijen, één schilderij was van verschillende tinten zwarte gemaakt, en die er bij juiste belichting heel mooi uitkomen, maar de tonen zwart konden ook in elkaar overlopen. Zijn latere werk is ook veel donkerder, voor locatie gebonden werk. Hij eiste hier ook bij dat het werk getoond werd in een schaars verlichte ruimte, zodat de duisternis benadrukt word. Hierbij moet je de tijd nemen om het te zien, en te ervaren.

Ik weet na het bezoeken van deze expositie of ik de ultieme Rothko-experience heb gehad, omdat het superdruk was en er geen moment was voor een echte een-op-een ontmoeting. Wel voelde ik de aanwezigheid, de poging om te communiceren met mij. Ik ga bij deze post ook geen foto’s plaatsen van de schilderijen, omdat ze nooit zo overkomen als in het echt. Ik vind de directe communicatie mooi en intrigerend, wel moeilijk om de vinger op de pols te leggen wat mensen nou zo raakt in het schilderwerk. Het is een mooie zijtak in het onderzoek van mij om te kijken naar wat mensen zien of juist niet zien, maar wel denken te zien, hoe die een-op-een ontmoeting plaatsvind, en wat daar voor nodig is.

--

--