Hey Google, hoe maakt Creative Lab apps voor smartspeakers?
De Assistant zal je hier geen antwoord op kunnen geven, maar ik wel.
De smartspeakers hebben vorig jaar officieel voet aan wal gezet in België, met Google voorop. In de Engelstalige wereld zijn ze intussen een gevestigde waarde, maar bij ons zijn smartspeakers en hun vele toepassingen voor veel mensen nog een mysterieuze new kid on the block.
Ik ben Anouk en ik werk sinds september voor het Creative Lab, het in-house agency van de VRT dat experimenteert met nieuwe vertelvormen. De afgelopen maanden heb ik mij gestort op de wondere wereld van de slimme luidsprekers en spraakassistenten. En samen met mijn collega Tim heb ik enkele spraakgestuurde toepassingen ontwikkeld: Jeroen Meus als kookassistent, een spannende quiz en een interactief kinderverhaal.
Ik moet toegeven: ik begon niet vanaf nul. Vorige lente (weet je nog, toen we wél nog uit ons kot mochten) maakte ik mijn eindwerk voor het postgraduaat Digital Storytelling over deze materie. Ik herwerkte toen de Griekse mythe van Echo en Narcissus tot een interactief verhaal voor de Google Home. Het is me gelukt, ook al kende ik niets van spraakverwerking of programmeren en snap ik geen jota van java, python of andere beesten. Mijn project werd opgepikt door Creative Lab, en hier staan we nu.
Smartspeakers en assistenten: de basics
Gratis (of sterk afgeprijsde) smartspeakers vliegen je de laatste tijd rond de oren. In december zat er nog een gratis Google Home Mini bij de scheermesjes.
Toch is het toestel niet cruciaal. Meer zelfs, je hebt niet eens een smartspeaker nodig om je te verdiepen in de mogelijkheden ervan. Je hebt diezelfde software om een praatje te slaan met een smartspeaker, al lang in je broekzak zitten.
Want of ze nu Alexa, Siri, Bixby of Assistant heet: de spraakassistent die je met je smartphone kan raadplegen, kan bijna exact hetzelfde.
Zes dingen die je (misschien) nog niet wist
1. Je kan niet enkel met Google praten
Het kan lijken alsof je voor alledaagse opdrachten enkel op de geïntegreerde applicaties van Google aangewezen bent, maar dat klopt niet. In het afgelopen jaar hebben al enkele bekende Belgische bedrijven de weg naar je woonkamer — of broekzak — gevonden.
2. Belgische bedrijven drukken hun stempel op bestaande functies
Zo kan je bijvoorbeeld het weer vragen aan het KMI (“Hey Google, praat met het KMI.”). Niet alleen krijg je een recente weersvoorspelling voor jouw locatie, maar je kan meteen ook vragen of het een goed idee is om de barbecue aan te steken.
Ook op de VRT hebben we twee toepassingen voor de Google Assistent die je dit soort eenvoudige informatie verstrekken: VRT Nieuws en Sporza Koers. Deze applicaties combineren het laatste nieuwsbulletin en wieleruitslagen (“Wie won de Tour de France in 2015?”) met de vertrouwde stemmen van Martine Tanghe en Carl Berteele.
3. Commerciële bedrijven maken je assistent nóg persoonlijker…
Een spraakassistent kan niet enkel vragen beantwoorden, maar kan ook actief bijdragen aan de conversatie.
Commerciële bedrijven zoals Telenet, Bol.com en Colruyt maken bijvoorbeeld gebruik van de informatie over het eerdere kijk- of koopgedrag van hun klanten om hen bepaalde diensten of producten aan te raden via de Google Assistant. Zo gris je nooit meer het verkeerde merk fruitsap mee uit de supermarkt, of weet je precies wanneer je pakje bezorgd wordt.
Die extra gepersonaliseerde elementen maken de interacties wat complexer, maar je krijgt wel je eigen compagnon in de plaats van een antwoordrobot.
4. Iedereen kan met Google Assistant aan de slag
Het is geen grote verrassing dat grote bedrijven zich aan de ontwikkeling van spraakgestuurde applicaties wagen, maar in principe zou de florist om de hoek dit net zo goed kunnen. Ik ben misschien geen florist, maar had evenmin ervaring met computers toen ik aan mijn eindwerk begon.
5. Google zet je graag op weg
Een Action (voor Google Assistant) of een Skill (voor Amazon Alexa) maken is vrij eenvoudig. De techbedrijven erachter reiken namelijk samen met hun hardware ook de achterliggende software aan — gratis. Net zoals je facefilters voor Instagram kunt maken met Spark AR van Facebook.
Zo kan hun aanbod applicaties blijven groeien, en krijgt iedereen — van multinational tot student — de kans om aan de slag te gaan met spraaktechnologie.
6. Spraakassistenten zijn meer dan een marketingtool
Wat denk je van een verteller, een lesgever, een coach of zelfs een quizmaster?
Als je geen informatie, diensten of producten in de aanbieding hebt, kan je spraakgestuurde applicaties ook inzetten als een medium voor experiment en creatieve expressie.
En wil het nu net daar zijn, waar we met het Lab op hebben ingezet.
Het resultaat? Drie prototypes, en enkele lessen die we leerden uit het maakproces ervan.
De Prototypes van Creative Lab
Virtuele Jeroen Meus
Onze eerste poging was de “Virtuele Jeroen Meus”, een spraakgestuurde kookassistent die recepten uit Dagelijkse Kost beschikbaar stelt in een Google Action. Want wie worstelt niet af en toe met de combinatie receptenboek en vuile handen? Om dit snel te testen verknipte ik de audio uit de aflevering over een klassieker: spaghetti bolognaise.
Maar hoewel zo’n handsfree recept misschien handig klinkt, was dit in de praktijk niet zo. Het recept was te lang — ongeveer het dubbele van het originele recept — en ook veel minder duidelijk.
Onze eerste les over spraakgestuurde applicaties zette ons meteen met de voetjes op de grond: “Het is niet omdat het kan, dat het moet”. Spraakassistenten zijn tof, maar in sommige gevallen is de gebruiker nu eenmaal beter gediend met een eenvoudige video of website.
Uit die les destilleerden we een checklist:
Smartspeaker Trivia Quiz
We verschoven onze focus: wat als we nu eens meer dan één persoon begeleiden? Een heel gezelschap bijvoorbeeld. Een quiz bijvoorbeeld, met de spraakassistent als quizmaster.
We gaven alle vervelende taakjes die bij een quiz horen aan de smartspeaker: de vragen stellen, ze verdelen, de score bijhouden , … We probeerden zo aan te tonen dat spraakassistenten meer kunnen zijn dan een slimmerik op stand-by.
Want dat kunnen ze zeker! Onze quizmaster loodste de deelnemers zonder kleerscheuren door het spel, en zorgde naast spanning ook voor verbinding. Want bij gebrek aan een kaartje of scherm waarop de deelnemers de vragen kunnen aflezen, keken ze elkaar veel vaker aan.
Een spraakassistent heeft dus verbazend genoeg ook een verborgen sociaal kantje.
Interactief Roodkapje
Maar een spraakassistent kan nog zoveel meer zijn. Wat dacht je bijvoorbeeld van een verteller?
Voor ons derde prototype herwerkte ik het sprookje van Roodkapje tot een interactief verhaal voor kinderen tussen vier en zeven. De smartspeaker vertelt het verhaal, maar af en toe krijgen de luisteraars een vraag voorgeschoteld. Hun input heeft invloed op wat verderop komt.
Hiervoor moest ik op een volledig andere manier leren werken. Met andere tools — een eenvoudig script in plaats van een flowchart — maar ook met veel meer aandacht voor immersie.
Er ligt namelijk een wereld van verschil tussen een conversatie voor een informatieve spraakassistent ontwerpen en een interactief luisterverhaal schrijven.
Ook vraagt elk publiek om een andere aanpak. Hoewel kinderen vlot overweg kunnen met smartspeakers, zijn hun reacties op de vragen erg onvoorspelbaar. Voor elke drie opties die je als maker voorziet, zullen ze zonder verpinken een vierde aanbrengen. Betrek kinderen (en hun ouders) dus al vanaf het prille begin bij je project. Je zal hen bovendien dankbaar zijn voor hun grenzeloze fantasie.
Tot slot
Het is onmogelijk te voorspellen welke richting smartspeakers en spraakassistenten zullen inslaan in de toekomst. Wie weet worden creatieve toepassingen nooit de norm, of sterft de technologie in zijn geheel een stille dood.
Maar laat dat je niet tegenhouden. Heb je een leuk idee voor een Google Action? Ga net als ons aan de slag, en experimenteer. Enkel zo weet je of het werkt. Wie weet bepaal je zo de koers mee.
Heb je al ervaring met spraakgestuurde applicaties? Of ben je gewoon geïnteresseerd in de nulletjes en eentjes erachter?
Verwacht je dan heel binnenkort aan een artikel van Tim Broddin, onze creative coder. Onder het motto “Wat Google doet, kunnen wij beter” bouwde hij een state machine om enkele beperkingen van de platformen van Google te kunnen omzeilen.
