Barcelona zien en…

Nico Van Dyck
FC Socrates
Published in
5 min readApr 28, 2019

… dan nog maar eens teruggaan zeker? Ik denk dat ik mezelf gelukkig mag prijzen met een uitspraak als “Ik ben de tel kwijtgeraakt hoeveel keer ik in Barcelona ben geweest.” Mijn excuses als dat misschien een beetje blasé klinkt, maar de waarheid heeft haar rechten.

De waarheid gebiedt me ook te zeggen dat ik nog wel precies weet hoeveel keer ik met Liverpool in Barcelona ben geweest. Drie keer namelijk, vier als je er een dagje cavabar na een uitmatch op Valencia bijrekent. Het zijn de talrijke extra trips als toerist of op vriendenbezoek die de teldeur dichtdoen.

Bedelaars hebben niets te kiezen, zeggen ze over het Kanaal, dus we gaan zeker niet klagen omdat we nog maar eens naar Camp Nou moeten. Er zijn ergere dingen in het leven. Everton-fan zijn bijvoorbeeld en Liverpool FC op tv in je lokale pub samen met een pint of bitter voor de zoveelste keer een halve finale in de Beker met de Grote oren zien spelen.

5 rolstoelplaatsen voor bezoekende supporters

Welgekomen afwisseling

Zijn we zenuwachtig met een halve finale voor de boeg? Nee, totaal niet. Integendeel, de matchen tegen Barcelona zijn bij wijze van spreken een welgekomen afwisseling in de emotioneel slopende titelstrijd in de Engelse competitie.

Na de 5–0 pandoering die Liverpool vrijdagavond aan Huddersfield uitdeelde, staan de Reds op het moment van schrijven weer 2 punten voor op Manchester City en wordt het opnieuw een zondagnamiddag waar we tussen 15 en 17 uur de geschikte bezigheidstherapie zoeken. Onkruid wieden, een fietstocht langs de Schelde, Luik-Bastenaken-Luik volgen, de kelder witten, … alles is beter dan bibberend van de zenuwen naar Burnley v City te zien.

A trip down Memory Lane

Een doorsnee medemens die “Barcelona” zegt, denkt aan de Ramblas, cava, tapas, het genie dat naar de naam Gaudí luistert, met het verbluffende Park Güell en de nog altijd in de steigers staande Sagrada Família.

Sportliefhebbers halen er de berg Montjuïc bij, waar Claude Criquielion in 1984 wereldkampioen werd. En er is natuurlijk Ramselnaar Erwin Vandenbergh, die in 1982 België de onvergetelijkheid intrapte in Camp Nou. De voorzet van Vercauteren, de aarzeling van Fillol, het commentaar van Nonkel Rik, een Belgisch voetbalfan zal het nooit vergeten.

Wat een Liverpool-fan nooit zal vergeten, is de treffer van John Toshack in 1976. Liverpool FC speelde toen de halve finale in de Uefa Cup tegen Barça. Dankzij de treffer van de Welshman wonnen de Reds met 0–1, in de terugmatch op Anfield bleef het 0–0 en zo boekte de ploeg van Bob Paisley zijn ticket voor de dubbele confrontatie met Club Brugge.

Het zaadje van mijn carrière als Liverpool-supporter

Ik ben Toshack nog altijd ontzettend dankbaar voor die goal, want onrechtstreeks heeft hij ervoor gezorgd dat een 7-jarig zoontje van een spoorwegarbeider Liverpool-supporter werd. In tegenstelling tot nu werd in de jaren ’70 slechts af en toe een wedstrijd live op tv uitgezonden. Liverpool tegen Club Brugge in de heenmatch van de finale om de Uefa Cup was er zo eentje.

Alsof het gisteren was, herinner ik mij juichende Julien Cools, de bezoekers die 0–2 voor kwamen en dan … Kevin Keegan die zijn duivels ontbond en de deinende zee die the Kop was. Liverpool won uiteindelijk nog met 3–2 en speelde in de terugmatch 1–1 gelijk. De Reds wonnen zo niet alleen de Uefa Cup, ze hadden er in Ekeren een supporter bij.

Scouse not English

“Een Engelse ploeg heeft nog nooit een match met inzet gewonnen in Camp Nou.” Alleen Liverpool is daarin geslaagd, tot twee maal toe zelfs. Maar Liverpool is toch een Engelse club? Op Uefa-papier wel, ja. Net zoals de overgrote meerderheid van de blaugrana-supporters zichzelf Catalaan en niet Spanjaard zal noemen, zeggen ze in Liverpool: Scouse not English.

Een uitspraak om fier op te zijn, net als op het uitrecord van de Pride of Merseyside in de Catalaanse voetbaltempel. De tweede overwinning kwam er in februari 2007, toen een 1–2 zege van het Liverpool FC van Rafa Benítez de club op weg zette naar de Champions Leauge-finale in Athene.

Vrienden voor het leven

Die laatste triomf dateert ondertussen toch al van 12 jaar geleden en raar maar waar… op een of andere manier kan ik mij die nog vrij goed herinneren. Ongeacht hoeveel cava, sol-y-sombra en patxeran de revue gepasseerd was, de goal en de manier van vieren van Craig Bellamy staan op mijn netvlies gebrand.

Misschien omdat de Welshman (is er hier een patroon?) tijdens het voorbereidende en veelbesproken trainingskamp John Arne Riise te lijf was gegaan met een golfclub, of omdat bij het binnenwaggelen van het stadion een dreigende confrontatie met al te ijverige wapenstokken van de Guardia Civil ons zelf een beetje ontnuchterd had. Leuk detail: de 2de treffer werd gescoord door de Venetiaans blonde Noor.

In tegenstelling tot de twee andere competitieve confrontaties herinner ik me 2007 dus nog bijzonder goed. Zowel in april 2001 (halve finale van de Uefa Cup) als in maart 2002 (2de groepsfase Champions League) eindigde Barcelona v Liverpool op 0–0. Die wedstrijden saai noemen, zou een understatement van jewelste zijn. Daar gaan we niet over uitweiden.

Al zou ik nu ook wel tekenen voor een saaie 0–0, op voorwaarde dat we het dan de week nadien op Anfield afmaken.

Pronostiekse?

Een trip van 36 uur, dat is ongeveer 4 uur in luchthavens, 4 uur in de lucht, 2 uur vervoer naar de luchthavens, 6 uur wedstrijd (op tijd vertrekken, match, verplicht nablijven). Een snelle rekensom leert ons dat we dan nog 20 uur te verdelen hebben over een aperitiefje in de arbeiderscavabar (la Xampanerya in Calle Reina Cristina), een copieuze en rijkelijk overgoten lunch in de buurt van de haven, een degustiefje in Café de l’Opera en om ’t er meeste tapasstokjes tellen in Bar Bilbo. Komt wel goed.

Ken uw klassiekers

En de matchen?

Mocht Liverpool tegen om het even welke andere ploeg een halve finale spelen, dan zou ik zeggen: fifty-fifty. Maar zolang er bij de tegenstander een zekere Lionel Messi rondloopt, zie ik me verplicht om de tegenstander 10% meer te geven. 60–50 dus, want dit wordt 110% zeker een legendarische dubbele confrontatie.

En als een zekere Divock Origi uiteindelijk de goal scoort die de Mighty Reds een ticket voor de finale in Madrid oplevert en hij er zo voor zorgt dat enkele honderden 7-jarige Belgjes, al dan niet zonen/dochters van spoorwegarbeiders, supporter van Liverpool FC worden, dan kus ik misschien wel meer dan alleen zijn voeten van zodra ik hem in levende lijve tegenkom. Beloofd!

--

--