De adelaar onder het gras van groep B

Wim Haghenbeek
FC Socrates
Published in
4 min readMar 31, 2021
Rafael van der Vaart brengt Kosovo onder in de kwalificatiegroep van Spanje (Efe)

In groep B van de Europese kwalificatiecampagne voor het WK in Qatar is Kosovo het lelijke eendje van dienst. Het jongetje dat niemand in zijn ploeg wil hebben wanneer er op de speelplaats van de lagere school twee teams worden samengesteld.

Tijdens de loting voor de kwalificaties, begin december vorig jaar, belandde Kosovo in groep B omdat het niet met Servië in groep A onder dak kon. De littekens van de door Servië uitgevoerde etnische zuivering van Kosovo in 1999 en de unilaterale Kosovaarse onafhankelijkheidsverklaring van 2008 zijn nog niet verteerd. Tot wat dit kan leiden zagen we in juni 2018 toen het Kosovaars gekleurde Zwitserland in de groepsfase van het WK Servië klopte met 1–2.

Xherdan Shaqiri had een maand voor de wedstrijd al geprovoceerd door op zijn Instagram profiel een foto te posten met de Zwitserse en de Kosovaarse vlag op zijn schoenen. Toen uitgerekend hij en zijn Kosovaarse Alpencollega Xhaka scoorden, vormden ze met hun handen de vleugels van een adelaar, het symbool van Kosovo. De Serviërs voelden zich tot in het diepste krochten van hun Balkan ziel beledigd en verweten de twee dat ze niet voor hun geliefde Kosovo spelen.

Servië — Kosovaars Zwitserland WK 2018: 1–2 (Reuters)

De door de geleide loting niet zo onschuldige hand van Rafael van der Vaart koppelde Kosovo voor de kwalificaties van Qatar 2022 aan Spanje (het land van zijn moeder), Griekenland, Georgië en Zweden. Een surrealistische situatie omdat van dit viertal alleen de Scandinaven Kosovo als zelfstandige staat erkennen. Vooral voor Spanje is het een diplomatieke uitdaging gezien de verkrampte houding van Madrid tegen Basken en Catalanen die de autonome trommel roeren, zeker als ze unilateraal de onafhankelijkheid uitroepen. Of dacht u dat Puigdemont en co al 3,5 jaar in België vertoeven voor de krokante frietjes en de exotische grijze wolkenmassa’s ? Bovendien zouden Catalonië en Baskenland tot afgrijzen van Spanje ook graag officiële interlands willen spelen.

Dat de FIFA regels er voor zorgen dat er meer speelgerechtigde ploegen zijn dan door het internationaal recht erkende onafhankelijke landen, is niet de fout van Spanje. Voor de voetbalbobo’s is «hoe meer zielen hoe meer vreugd» synoniem van kassagerinkel en extra stemgerechtigden voor de FIFA en UEFA verkiezingen. Dat Spanje in dezelfde groep kon uitkomen als Kosovo heeft het aan een diplomatieke vergetelheid te danken. Het had de FIFA wel verzocht om niet het pad te kruisen van Gibraltar maar Kosovo was aan de aandacht van de Spaanse voetbalbond ontsnapt. Rusland, Servië en Bosnië-Herzegovina hadden wel hun veto tegen Kosovo gesteld.

De Mediterrane Britse rots in Andalusië ligt dan ook Spanje letterlijk voor de voeten. Het is voor de Spaanse eigendunk onmogelijk om opdondertje Gibraltar te negeren. Tussen Spanje en Kosovo daarentegen ligt er een slordige 3000 kilometer maar het Balkan landje heeft Madrid al eerder diplomatieke hoofdpijn bezorgd. Het wil koste wat kost vermijden dat Baskenland en Catalonië zich internationaal aangemoedigd voelen om zichzelf als een natie te beschouwen. Tijdens de Mediterrane Spelen van Tarragona in 2018 mocht de Kosovaarse vlag daarom niet worden getoond en werd er naar het land Kosovo verwezen onder de noemer Olympisch Comité van Kosovo. Een jaar later verhuisde de UEFA het in Benidorm voorziene kwalificatietoernooi voor het EK sub 17 naar het Zwitsere Nyon omdat Spanje de nationale symbolen van Kosovo niet erkende.

Meteen na de loting van de kwalificatiecampagne voor de mundial van Qatar ging het in de Spaanse media over hoe heet de voetbalbond de soep zou opdienen. Er werd bijvoorbeeld gespeculeerd over het spelen van de twee wedstrijden tegen Kosovo op neutraal terrein. Begin maart verstuurde de Spaanse bond een tweet waarin het naar Kosovo verwees als «territorium» i.p.v. land. De Kosovaarse voetbalbond reageerde meteen met een scherp perscommuniqué waarin het het terugtrekken eiste van de term territorium en waarin het dreigde om af te zeggen voor de wedstrijd in Sevilla als het respect voor zijn vlag en nationale hymne niet werd gegarandeerd. De Spaanse minister van buitenlandse zaken, Arancha González Laya, bluste snel de brand door te verkondigen dat hoewel Spanje Kosovo niet erkent als een soevereine staat, het niet betekent dat Spanje niet deelneemt aan toernooien waaraan Kosovo deelneemt.

De Kosovaren kregen in Sevilla uiteindelijk toch respect voor hun nationale hymne (Efe)

En zo gaat 31 maart 2021 de Spaanse voetbalgeschiedenis in als de dag waarop La Roja met 3–1 een land versloeg dat voor Madrid niet bestaat. Een «territorium» dat voetballend veel meer voorstelt dan de taxichauffeurs, metselaars, kappers, politieagenten, landbouwers,… van dwergstaatjes zoals Andorra, Liechtenstein, San Marino, de Faëroer,… die alleen maar zo lang mogelijk de nul willen houden. Kosovo wil wel met de borst vooruit meespelen en zet hoog en intens druk indien mogelijk. Goed gezien van de FIFA.

--

--