Maandag Marktdag

Nico Van Dyck
FC Socrates
Published in
7 min readOct 28, 2017

Als er ooit een echt boek wordt geschreven over Lunatics FC waarin een hoofdstuk wordt gewijd aan lunatieke klassiekers, dan kan het niet anders of maandagavondvoetbal tegen de ploeg van de Openbare Markten pronkt ergens in de top-3. Tussen te laat binnengebrachte wedstrijdbladen en toernooizeges in dameskleren.

Op 23 oktober was het eindelijk nog eens van dat en volgens het soms onnavolgbare brein van Coach Oskaar kwam de match meer dan zomaar gewoon gelegen. Na de nederlaag op Reunion Merxem, die hij in zijn hoedanigheid als speler (Nico) wegens disciplinaire en familiale redenen had gemist, zag hij in het treffen tegen de Marktkramers de ultieme gelegenheid om het moraal der troepen op te krikken.

Olympic Deurne, schouwtoneel van ontelbare veldslagen.

“De slechtste Lunatics-match ooit”, was het oordeel van Voorzitter-voor-het-leven Wim Daems na de 3–1 aan de bazaar van Schoten. En als iemand met de ervaring en voetbalkennis van het Orakel van Kapellen dit zegt, wie durft daar dan aan twijfelen? Alsof Wim ooit zou overdrijven.

“Te weinig Steven Gerrards op het veld, te veel Ronaldo’s”, was een andere iets subtielere analyse van een op zaterdag aanwezige speler, die liever anoniem wenste te blijven.

“De slechtste match ooit”, dixit El Presidente.

Met de komst van het al bijna even legendarische AC De Heide naar het nog altijd niet volledig gerenoveerde Nieuw-Wimmekedamsstadion op 28 oktober in de laatste alles-of-niets poulematch in de Beker Van Bouwel voor de Tikkies mocht dus niets aan het toeval worden overgelaten.

Een knalprestatie tegen de mannen van de markt stond dan ook met stip genoteeerd om de boel recht te trekken. Tot groot jolijt en toch enige verbazing kon Oskaar rekenen op 12 (twaalf!) spelers voor de pot maandagavondvoetbal. Het is ooit anders geweest.

Maandagavond, ideale voetbalavond.

“Er zijn hier maar 2 spelers die er zaterdag ook bij waren”, merkte Vieze-Voorzitter Iwein gevat op. Tja, da’s dan spijtig, dacht de selectieheer, zo zullen de afwezigen het nooit leren. Maar goed, we roeien met de riemen die we hebben en vandaag zitten we precies toch in een stevige schuit.

Met Iwein, nochtans een veteraan van ontelbare fooroorlogen, die zichzelf vrijwillig op de bank zette, had de coach niet veel moeite om een elftal op papier te zetten. Er waren 2 vraagtekens: waar zou debutant Sam spelen en wie ging het doel verdedigen?

“Ik speel gewoonlijk in de spits”, was het niet zo verrassende antwoord van Sam. Probleem 1 opgelost. Het proper houden van de eigen netten was echter andere koek. Door de afwezigheid van zowel Doudou als Michel en de volstrekte niet-verschijning van de Voorzitter — was de degout na de nederlaag twee dagen eerder zo groot? — zaten we met een redelijk groot dilemma.

Captain Rudi was nog maar net hersteld van een driedubbel gebroken pink en koos eieren voor zijn geld. Pai stelde zich even kandidaat, maar dacht tegelijk aan een optreden in doel (uitgerekend op het terrein van De Heide zoveel jaar geleden) en gaf de pijp dan ook maar aan Maarten. Maar Maarten (samen met zijn bijna twee jaar oudere broer debutant van Sporting Burcht) werd door de coach in de spits gedropt.

Er bleef er dan nog maar een over die qua klasse en charme tot dezelfde categorie als Doudou kan worden gerekend: Davy offerde zicht op en trok de keepershandschoenen aan. Oskaar moest zich bedwingen of hij had van jolijt zijn tong in de keel van de man van ijzer en staal gestoken. Over clubliefde gesproken.

De match was amper een minuut oud of we noteerden al de eerste kans voor de bezoekers. De 14-jarige (!) Maarten kreeg de bal net voorbij de middencirkel, zette zijn lijf, controleerde de bal en speelde de toen nog op de linksmiddenpositie opererende speler-trainer perfect in de voet. Over een eerste baltoets gesproken.

Er volgde een rustige controle, een blik vooruit en een dieptepas die zowaar een medemaat bereikte. Die medemaat was ofwel de goed in de ruimte gedoken Sam of de mee opgerukte Maarten, maar met een sportbril die redelijk schots en scheef staat, is dat soms moeilijk op te merken.

Er volgde een korte dribbel aan de rand van de 16 en een goeie voorzet. Die voorzet kreeg geen Lunatics-vervolg want de keeper onderschepte de bal. Spijtig. De toon was echter gezet.

Spelvreugde.

“Go out and enjoy yourselves”, had Oskaar voor aanvang van de match gezegd. And oh boy, did the boys enjoy themselves… De eerste helft was een lust voor het oog. De spelvreugde droop ervan af. Niet moeilijk natuurlijk, met een herrezen Keniaanse spits die voor de gelegenheid centraal op het midden de jonge Robby B. kwam vergezellen. Robby B. Niet Robby S. Beiden ex-FC Ekeren, dat wel.

Kenny is ondertussen meer dan een veteraan maar speelt nog altijd met een glimlach zo breed als het Victoriameer. “Rustig aan”, zegt hij steevast wanneer hij de bal aanneemt. Waarna hij Kenny Dalglish-gewijs zijn kont achteruit steekt en wegdraait van de tegenstander in zijn rug om dan een gemeten pas te versturen.

Dat zowel Kenny als Robby al eens net iets te offensief dachten, nam voorstopper Pai er graag bij. Net voor libero Glen opererend, dichtte de heer De Bruyn met plezier alle gaten, telkens voorzien van de noodzakelijke richtlijnen aan zijn medemaats. Wissel op de toekomst Glen bekeek het allemaal lakoniek en tackelde gevat waar nodig.

Na een goeie 20 minuten was het prijs. Ons spitsenduo hield 4 Markt-verdedigers aan de praat, Robby legde aan de rand van de backlijn aan met zijn lieflijke linkervoet, de thuisgoalie kon het schot niet vasthouden en wie was daar goed gevolgd aan de tweede piket? Niemand minder dan Aidan natuurlijk en hij knalde de bal kurkdroog tegen de touwen. 0–1

Hoeft het te verwonderen dat het de jongste bij onze club aangesloten De Winter is, die in zo’n fase mee is opgerukt en voor gejuich zorgt? Tuurlijk niet. Aidan voelt zich iedere match steeds een klein beetje beter in zijn sas op de rechtsmid en is daar ondertussen uitgegroeid tot een vaste waarde.

Het is nog heel vroeg dag in zijn Lunatics-carrière, maar iedereen met groen-rood-gele ogen in zijn hoofd ziet dat hier een speler staat die klaar is om Rudi naar de kroon te steken in de niet-onbeduidende nevencompetitie “beste rechtsmid van de Lunatics ooit”.

En Rudi? Als kapitein, boegbeeld en groot promotor van de verjonging van onze club ziet hij het ongetwijfeld allemaal met plezier aan. Met evenveel plezier trekt hij zijn shoes aan om dan op de rechtsachter plaats te nemen en daar zijn spreekwoordelijke duit in het zakje te doen. Niet voor niets was zijn bijnaam ooit “de Manfred Kaltz van de Lunatics”.

De jeugd krijgt een kans.

Over verjonging gesproken: naast Sam en Maarten was er nog een debutant. De bijna 16-jarige Lukas (ook een product van het jeugdopleidingscentrum van Sporting Burcht) werd door Oskaar (trainer) op de linksachter gezet, maar zei na ongeveer 25 minuten tegen Oskaars alter-ego Nico (speler): “Ga jij maar linksback staan, ik zal wel op de linksmid gaan spelen.” We hadden het dan ook gezegd voor de match: zie dat je je vooral amuseert.

En amuseren deden we ons dus. Spijtig dat amper 5 minuten na die onderlinge wissel op de linkerflank Nico aan de rand van de kleine rechthoek net te laat kwam om een welgemikt schot weg te keilen. De ronduit voortreffelijke keepende Davy kon ook niet meer bij de bal. 1–1 bij de rust.

Zo, wie goed gevolgd heeft, kent niet alleen de ruststand maar weet ook min of meer hoe de ploeg in elkaar stak. Na een slok plat water, spijtig dat men niet aan iets meer verfrissends had gedacht, trokken dezelfde 11 ten strijde voor de tweede helft, want voor Iwein zouden “tien minuutjes volstaan”.

En strijd werd het, die tweede 37,5 minuten. De thuisploeg voerde een paar drastische wijzigingen door, gooide 4–5 spelers in de strijd die zomaar weggeplukt leken uit de jeugd van Royal Antwerp Football Club (maar in werkelijkheid waarschijnlijk gewoon bij FC Panda spelen) en voerde de druk aanzienlijk op.

Maar … ook met de backs against the wall hielden de Lunatics lange tijd stand. Al hadden ze dan al eens de medewerking van de scheids nodig, die een geldige Marktkramers-goal afkeurde voor fictief buitenspel.

Zelf staken de Tikkies de neus toch nog wel een paar keer aan het venster. Vooral op links was er ruimte en lagen er mogelijkheden. Telkens wanneer Maarten de bal kreeg, zag de thuisploeg zich genoodzaakt om er 2–3 spelers op af te sturen.

Maarten schudde dan een dribbel of 3 uit zijn jonge lijf — wat hem veel lof deed oogsten bij Pai — of vergat zijn mee opgerukte broer aan te spelen, wat de opmerking “soms iets sneller je bal afgeven” opleverde, maar die kwam dan niet van Pai.

Uiteindelijk werd het 3–1, maar zoals keeper Davy tussen 2 reddingen door tegen Nico zei: “Iedereen is hier een beirematch aan het spelen.” Is er iemand die Davy op dat gebied durft tegenspreken? Of op eender welk gebied eigenlijk…

Op dinsdag gingen die van de thuisploeg gewoon terug aan het werk.

“The perfect tonic”, zeggen ze over het Kanaal, al doen ze er gewoonlijk wel een flinke scheut gin bij. Wij dronken gewoon een paar Duvels, wonnen een paar kiekens in de tombola en begonnen in ons hoofd aan de virtuele slachting der korfballers/voetballers. Bring on AC De Heide.

Verslag geschreven door De Telegraaf op Zondag (nog een alter-ego van Nico (speler-penningmeester) / Oskaar (trainer)

--

--