Salah stay or Salah go?

Nico Van Dyck
FC Socrates
Published in
8 min readAug 25, 2023

Er zijn nog zekerheden in het leven. Een daarvan is: net wanneer een mens denkt dat in het internationale voetbal het plafond der belachelijkheid bereikt is, duikt er wel ergens een nieuwe mecenas of schurkenstaat op die het reeds bestaande onevenwicht nog een extra dimensie geeft.

Probeer dan maar eens een voorbeschouwing op het komende seizoen te schrijven, zoals de Hoofdredacteur mij al sinds het einde van de vorige jaargang vraagt. Tik je drie zinnen in, zie je tegelijk twee Breaking News-transferberichten/-geruchten op sociale media verschijnen en kan je opnieuw beginnen. Naar de prullenmand met invalshoek X, tijd voor Y.

Maar goed, men wil een voorbeschouwing, men krijgt een voorbeschouwing. LIVERPOOL WORDT KAMPIOEN! Voilà, het staat er. Zwart op wit. Als rood dat nu ook nog op groen bewijst, is het in orde. Of in welke kleur van uitrusting we ook op het gras verschijnen.

The bookies might be wrong. (bron: de ‘odds’ van Unibet)

Laat ze maar lachen met mijn voorspelling in het City-deel van Manchester of de Gallowgate in Newcastle — om maar de twee meest kapitaalkrachtige ‘Engelse’ clubs van het moment te noemen. Ik twijfel er geen seconde aan. Het is de eeuwige mix van blind vertrouwen, gezond geloof in de eigen club en navenante naïviteit die me tot deze uitspraak verleidt.

Onder het gigantische voorbehoud dat we tegen het einde van de huidige transferperiode nog niet kaalgeplukt zijn door Al-Whattefuck, de blessureboeg niet uitpuilt zoals in 2020–2021 en een Russische malloot niet per ongeluk (?) op de rode knop drukt en WOIII echt uitbreekt, zit het bij het harten veroverende Rode Leger wel redelijk goed wat de dubbele bezetting betreft. Voor de goede verstaanders die misschien toch iets meer dan een half woord nodig hebben: Liverpool FC begint flink gewapend aan het nieuwe seizoen, maar vooral in de defensie is enige versterking op zijn plaats.

Aan het roer

Jürgen Norbert Klopp: nog altijd de beste trainer die we gehad hebben sinds King Kenny. Goed op weg om echt ‘the new Shankly’ te worden. Voor de jonge lezers: de Schot Bill Shankly werd in 1959 trainer van Liverpool FC en toverde een hopeloos in tweede afdeling ronddobberende club in ijltempo om in een formidabel elftal dat in eigen land meteen begerenswaardige prijzen pakte (Engelse titel en voor het eerst in de clubgeschiedenis de FA Cup). Toen ‘Shanks’ in 1971 een dipje in de prestaties zag, begon hij aan de bouw van ‘his second great team’ en dat was meteen de basis voor de mastodont die onder Bob Paisley uitgroeide tot de beste Europese ploeg tout court in de jaren ‘70-’80.
Der Jürgen moet natuurlijk wel kunnen verdragen dat de supporters af en toe een aan hem gerichte ode zingen. Tijdens de meest recente thuismatch maakte hij danig misbaar toen dat gebeurde. Waarschijnlijk een reactie in de zin van ‘ze moeten het over de spelers en de ploeg hebben, niet over mij’, maar dat laten we hier niet passeren. Denkt hij nu echt dat hij als trainer die kampioen van Engeland, Europa en de wereld geworden is, FA Cup, League Cup, Europese Supercup en Charity Shield (‘Community Shield’ voor de huidige generatie) heeft gewonnen… aan de supporters kan opleggen wat ze in het stadion moeten zingen. We don’t think so, Jürgen.

Man schrijft boek.

Back-up: als de lokroep van de Mannschaft toch onwezenlijk groot zou worden, Klopp op voet van oorlog met de eigenaars zou leven of — wel heel onwaarschijnlijk — de humor en liefde van de Kop niet zou begrijpen, dan staat zijn opvolger klaar. Pep kan onmiddellijk overnemen. Pep kent het Liverpool-huis van binnen en buiten, is een vertrouwd gezicht in de kleedkamer en op het trainingsveld en heeft een boek over intensiteit als manier van voetballen geschreven. Pepijn Lijnders is de naam. U dacht toch niet aan de Catalaanse Calimero?

The back four or three or five or…

Liverpools verdediging: the coolest and classiest motherfuckers on the planet of een stel onvoorstelbare sufkoppen. Jekyll of Hyde. Kies maar. De ene week is de andere niet. Alisson, Trent, Virgil, Joël, Ibou, Joe en Kostas zijn de ene keer de beste leerlingen in de verdedigingsklas. Ze staan netjes op hun plaats om doorsteekpasses te onderscheppen, laten geen man lopen en tikken de tegenstander in de eigen rechthoek uit met eentijdsdriehoekjes om zo als de wiedeweerga een dodelijke tegenaanval op gang te brengen.
De andere keer lijkt het echter of een van die zeven net voor de aftrap een kanjer van een pretsigaret heeft opgestoken en die in de kleedkamer is rondgegaan. Dan staan ze erbij en kijken ernaar, naar tegenstander en bal als koeien naar een trein. Een trein die dan vaak ongestoord door een rood signaal rijdt en aan de tweede paal opduikt, zoals een opmerkzaam oog mij onlangs nog duidelijk maakte.
Krijgen op genoemd gebied van mij toch enig krediet: linksachter Andy Robertson en reservedoelman Caoimhín Kelleher. ‘Robbo’ hebben ze in 2017 meteen na zijn transfer van Hull in het trainingscomplex van Liverpool opgedraaid (zoals bij een klok, bedoel ik), hij is beginnen lopen en doet dat nog altijd. Forrest Gump is er niets tegen. Ik kan geen verkeerd woord over Robertson zeggen. Ik zou ook niet durven. Geen zin om een Glaswegian kiss te krijgen.
Naast een onuitspreekbare Ierse voornaam kan Kelleher ook een exceptionele staat van dienst op het gebied van strafschopstoppen voorleggen. Als vaste keeper in League- en FA Cup-matchen én -finales is hij een toonbeeld van betrouwbaarheid. Een keeper die eerlijk gezegd te goed is om tweede keus te zijn, maar zolang Alisson het bij een of twee kemels per seizoen houdt, blijft de Braziliaan tussen de palen staan.

En dan is er nog de beste reservekeeper van het land (foto: The Belfast Telegraph)

Een drievoudig paar nieuwe longen

Enkele jaren geleden was Wijnaldum de eerste sterkhouder van het middenveld die er de brui aan gaf. This is Anfield veranderde voor hem in Ici c’est Paris. De supporters zagen het met lede ogen aan, maar konden er nog wel begrip voor opbrengen. Gini had altijd het beste van zichzelf gegeven en verdween met warme wensen. Zijn vertrek zou wel opgevangen worden, dachten de fans, zeker omdat niet lang voordien Thiago Alcántara de rangen was komen vervoegen. De ene Braziliaanse Spanjaard bleek echter niet de andere Nederlander te zijn — vooral door zijn blessuregevoeligheid — en de eigen kweek die voorzien was om geleidelijk aan gebracht te worden, Curtis Jones en in zekere zin ook Harvey Elliott, moest net iets te veel aan de bak om rustig te kunnen groeien. De supporters van de internetgeneratie (ook bekend als klavierhelden die nog nooit een wedstrijd in levende lijve hebben bijgewoond maar wel tienduizenden volgelingen hebben) riepen Jude Bellingham uit tot de enige Messias die Liverpool uit het slop kon halen. Ik geloof nooit dat Jürgen Klopp zich iets aantrekt van wat op sociale media wordt gezegd, maar hij anticipeerde wel op zijn eigen manier. Bij balbezit maakte hij van Trent Alexander-Arnold een middenvelder en wie de traptechniek van de jonge Scouser kent, weet dat de centrale creativiteit crescendo ging.

Liverpools middenveld 2.0 (foto’s: The Athletic — Sky — This is Anfield)

Nu in het huidige tussenseizoen zowel kapitein Jordan Henderson als slot-op-de-deur Fabinho voor de semipensionering in Saoedi-Arabië kozen — én Bellingham zoals door insiders verwacht gewoon naar Real Madrid vertrok — moest het bestuur toch een paar konijnen uit de hoge hoed toveren. Om de chronologische transfervolgorde even niet te respecteren: voor Caicedo en Lavia viste Liverpool achter het Chelsea-net. Ondanks een akkoord van LFC met respectievelijk Brighton en Southampon gaven de spelers in kwestie duidelijk te kennen dat ze liever de oevers van de Thames als die van de Mersey opzochten. Dat is hun probleem. Financieel hebben de Reds blijkbaar geen probleem, want voor beide spelers samen werd meer dan £150 miljoen euro geboden. Toch niet onaardig. Ook niet min: de bedragen die werden overgemaakt aan RB Leipzig en Brighton voor de Hongaar Dominik Szoboszlai en de Argentijnse wereldkampioen Alexis Mac Allister. Laten we het afronden op om en bij de €100 miljoen voor de twee samen, want hoe dat tegenwoordig gaat met bonussen en dergelijke, weten eigenlijk alleen frauduleuze, sorry, ik bedoel uitgekookte makelaars. In ieder geval: beide spelers pasten van bij aanvang naadloos in het grote Liverpool-geheel. Meer nog: ze zijn de motor van Liverpool 2.0, let maar op. De olie die de motor doet draaien, komt uit Japan, via Sint-Truiden en Stuttgart: Wataru Endo mag dan niet de reputatie van bijvoorbeeld Ngolo Kanté hebben, Klopp heeft blijkbaar alle vertrouwen in zijn nieuwe controleur op het middenveld. That’ll do for me.

Vastberaden blik op succes, de jonge Ben Doak (foto: The Liverpool Echo)

You score four, we score more.

Welkom in de grootste luxewinkel van het land: Mohamed Salah, Diogo Jota, Luis Díaz, Ben Doak, Darwin Núñez, Cody Gakpo. Ik zet de jonge Doak bewust bij de andere vijf, want ik ben er rotsvast van overtuigd dat hij dit seizoen van zich gaat laten horen. In het uitstalraam voor andere clubs: officieel niemand. Ik spreek bewust met twee woorden, want op het moment van schrijven is er sprake van het zoveelste megabod uit het Midden-Oosten. Nu is het weer Al-Ittihad dat het Egyptisch icoon bij uitstek naar de eigen speeltuin wil halen. Zolang Mo Salah zijn woord en zich aan zijn contract houdt — en hij is bij de supporters niet alleen geliefd vanwege zijn talrijke doelpunten (+20 seizoen na seizoen), het altijd harde werken en nagenoeg nooit gekwetst zijn — is er geen vuiltje aan de lucht. Hij komt ook over als bijzonder integer en iemand voor wie loyaliteit geen ijdel begrip is. Iemand voor wie een gegeven woord en ondertekend contract heilig zijn. Dus waarom zou hij ons in de steek laten?
Nu ja, voor Jordan Henderson waren mensenrechten in het algemeen en LGBTI+ in het bijzonder tot voor kort ook erg belangrijk. Het is dus voorlopig nog even zoals met de duifjes: afwachten.

“Geen haar op mijn borst denkt aan ...” (foto: L’Équipe)

--

--