peter bruyn
FRNKFRT
Published in
5 min readSep 13, 2014

--

Bono-business, Eurofuturisme (En de politieke val van het nu-turisme)

Het antwoord luidt: ja! Ongeacht de vraag eigenlijk. Vraag een kunstenaar of iets kan, dan zegt hij of zij ‘Ja!’ De kunstenaar is bezig met mogelijkheden. Daar tegenover staan de politici. Althans de politici van vandaag de dag, die zo gefixeerd zijn op hun zelfopgelegde begrotingstekorten en bezuinigingsplannen, dat ieder initiatief van buiten standaard wordt begroet met een ontkenning. En dan zijn er nog de wetenschappers. Die antwoorden op vragen doorgaans ‘Misschien!’ in alle mogelijke varianten, wat overigens geheel naar de waarheid is. Maar wetenschappers zijn doorgaans geen beleidsmakers. Ze leveren de kennis van heden en verleden waarmee anderen beleid van de toekomst kunnen maken. Daarom draait het bij het Eurofuturisme.

Dat Euro kan eigenlijk wel weggelaten worden. Het doet een beetje aan Euroshopper denken. Het goedkope huismerk van denken over de toekomst. Maar dat is nu even niet belangrijk.
De wetenschap is heel helder in zijn onduidelijkheid. ‘Er van uitgaand dat dit in het verleden dat tot gevolg had, en dat zus onvermijdelijk leidde tot zo, kan met in achtneming van de factoren X,Y en Z met redelijke waarschijnlijkheid worden aangenomen en vul verder zelf maar in.
Kunstenaars zijn tovenaars. Ze kunnen als ze willen de conclusies van de wetenschap trotseren. Het onmogelijke

mogelijk maken. Escher die trappen tekende waar geen eind aan kwam. Panamarenko die vliegtuigen bouwde die weliswaar niet van de grond kwamen maar het vliegen zo nadrukkelijk suggereerden dat je hem als toeschouwer ook niet tegen wilde spreken.
Voor kunstenaars is het onmogelijke mogelijk omdat zij het vermogen hebben om van niets iets te maken. Met als gevolg in veel gevallen totaal onbegrip bij hen die niet zelf kunstenaar zijn. Een fraai voorbeeld daarvan, waarin ook Rotterdam figureert, is de Papegaai van Wim T Schippers.
De bekende Fluxuskunstenaar had ooit het idee om in de haven van Rotterdam een enorme papegaai neer te zetten. Een bronzen papegaai van zo’n honderd meter hoog. Een prachtig ‘landmark’ als je binnen komt varen. ‘Slaat nergens op’, was de schampere reactie. Wat heeft een papegaai nu met Rotterdam te maken? Ja, nu nog niets, natuurlijk. Maar over een jaar of vijftig zegt iedereen: Rotterdam? Oh dat is die stad van die papegaai! Kijk, dat is nu in de toekomst durven kijken. Want die beroemde Franse Eiffeltoren staat daar ook pas 125 jaar.
En het zal zeker wat kosten, zo’n honderd meter hoog bronzen gevaarte. Maar tegen de tijd dat iedere Japanner, Indiër en Braziliaan een klein Bronzen papagaaitje naast het Eiffeltorentje en het Venetiaanse gondeltje op de schouw heeft staan heb je dat er al dubbel en dwars uit.

Regeren is vooruitzien?

De beroepsgroep bij wie je een visie op de toekomst mag, of beter moet verwachten, zijn de politici. Althans dat wil het cliché: Regeren is vooruitzien. Het hedendaagse politieke bedrijf lijkt echter meer te maken te hebben met het dichtstoppen van gaten met zand uit kuilen die elders gegraven worden. Bezuinigen door mensen te ontslaan, bijvoorbeeld. De ogen bijna autistisch gericht op het Bruto Nationaal Product, wat hooguit één van de vele indicatoren van de welvaart van een samenleving is. En beslist niet de zaak waar het allemaal om draait.
Vooruit zien en investeren in de toekomst brengt risico’s met zich mee en vraagt verantwoordelijkheid te nemen. Maar de hedendaagse politici blijken geen futuristen, maar nu-turisten voor wie slechts het scoren binnen de vier jaar durende ambtstermijn geldt.
Het meest pijnlijk wordt dat duidelijk waar het de ‘innovatie’ betreft. Vooruit kijken gaat uiteraard over veel meer dan innovatie Het zou logisch zijn als politici zich over de maatschappelijke ontwikkelingen en verhoudingen op de middellange en lange termijn zouden buigen. Maar dat is in deze ‘postideologische tijd’ verworden tot een illusie. Nee, de toekomst gaat over geld en dingen en de ‘toekomst der dingen’ is het gevolg van innovatie; dat is zo ongeveer wat de tijdgeest voorschrijft.
De rol die de techniek speelt in de digitale samenleving van de laatste vijftien tot twintig jaar is ook niet te overschatten. Weinig heeft ons leven de afgelopen eeuwen zo veranderd als in eerste instantie internet en

vervolgens de smartphone en de sociale media. Daar zouden politici toch bovenop moeten zitten, denk je dan. Maar nee, dat wordt helemaal aan het bedrijfsleven overgelaten en Dave Eggers — een kunstenaar! — heeft met zijn De Cirkel al beschreven waar dat toe kan leiden.
Top-acrobaat in het innovatiecircus is Apple, die sinds 2007 vrijwel ieder jaar een nieuwe iPhone lanceert, wat niets meer te maken heeft met efficiency of maatschappelijke dienstverlening, maar het gevolg is van door marketing gedreven bedrijfspolitiek. En terwijl de overheid de mond vol heeft over groene stroom en afvalbeperking bestaat de toekomstvisie van Apple er uit dat iedereen jaarlijks een nieuwe iPhone aanschaft.
Dat ik voortdurend over dé politiek spreekt lijkt misschien wat kort door de bocht, maar de praktijk leert, zeker als het om dit soort zaken gaat, dat de onderlinge verschillen minder zitten in de ideologie van de partijen dan in de meer of minder populistische uiting ervan.
Politici lijken zelfs zo bedwelmd door de voortvarende wijze waarop het bedrijfsleven de innovatie aanpakt, dat ze van kunstenaars vragen — of zelfs eisen — dat die op een vergelijkbare wijze te werk gaan en ZZP-er worden, inclusief bedrijfs- en marketingplan.
En ja, een enkeling laat zich daarin ook meeslepen. Het bedroevende voorbeeld van afgelopen week is U2, dat een nadrukkelijke verbintenis met Apple aanging, die verder gaat dan het gratis beschikbaar maken van een album, en daarmee van innoverende muziekgroep tot decorstuk in de etalage van de Applestore is verworden. Dat het daarbij een van de slechtste albums uit de historie van de band blijkt te zijn onderstreept dat U2 niet de toekomst heeft.
De onder het marktliberalisme hevig beleden repressieve tolerantie heeft het de kunstenaar niet gemakkelijker gemaakt. Wie vroeger nog dacht controversieel te zijn of de samenleving een spiegel voor te houden, wordt nu ‘een interessante niche’ genoemd en krijgt vervolgens een plek in een onzichtbare hoek toebedeeld.
Maar goed, daar is die kunstenaar dan nog altijd zelf bij. Die kan besluiten om zijn of haar spiegeltjes eigenhandig op alle mogelijke plekken te plaatsen en naar eigen inzicht lijnen in de toekomst te werpen.
Gelukkig maak ik het nog dagelijks mee: Dichtregels die ontroeren. Films die de adem doen stokken. Schilderijen die plots totaal anders naar vertrouwde zaken laten kijken. Muziek die antwoorden geeft op zijnsvragen waar je al tijden mee worstelt. Kunst die je meeneemt naar de toekomst. Eurofuturisme.

Peter Bruyn

Uitgesproken op za 13 sept 2014 in het Blocknote programma van De Wereld van het Witte de With Kwartier, op uitnodiging van Worm, Rotterdam.

Meer op Frnkfrt.net over deze thematiek: Kunstboeken haal je bij De Slegte, theorie bij de dOCUMENTA

Originally published at frnkfrt.net on September 13, 2014.

--

--

peter bruyn
FRNKFRT

Beheers jezelf - beheers de media - wees vrij.