peter bruyn
FRNKFRT
Published in
4 min readJan 31, 2016

--

Glice: Geluid durven maken

Het is natuurlijk hun eigen schuld. Op hun website beschrijven de mannen van Glice hun muziek als ‘soundtracks voor een niet-bestaande science fiction rampenfilms’. En vervolgens komen die ‘science fiction rampenfilms’ in vrijwel iedere recensie van het Glice-album ‘Lix’ terug. En anders gaat het wel over ‘kosmische noise’. Ik hoor dat niet, van die science fiction. En dat ‘kosmische’ evenmin. Maar ik heb dan ook sinds mijn dertiende of veertiende niets meer met science fiction. Ik hoor gewoon ‘geluid’ en dat is precies wat ik zo goed vind aan Glice.

Het begin december via Bandcamp verschenen album ‘Lix’ werd vrijwel unaniem lovend ontvangen. Dat maakte nieuwsgierig naar de live-verrichtingen van Ruben Braeken en Melle Kromhout die samen Glice vormen. ‘Noise’ en ‘impro’ zijn de sleutelwoorden. Het resulteert in abstracte muziek waarin de doorgaans verklarende lijnen van melodie, ritme en harmonie vrijwel ontbreken en textuur en ‘energie’ de belangrijkste variabelen zijn.
Het is frappant dat veel luisteraars, waaronder voornoemde recensenten, daarin toch nog concrete beelden hopen te herkennen — al blijven dat vaak slechts ‘sferen’ of emoties. Het tekent hoe traditioneel geconditioneerd er nog door vrijwel iedereen naar muziek geluisterd wordt. Althans naar muziek die — weliswaar tot ver buitengewest ontwikkeld — in de pop en rockcultuur is geworteld.
In andere kunstdisciplines lijkt men wat dat betreft al verder te zijn. Beeldende kunst mag gewoon over ‘kleurverhouding’ gaan. Over de textuur van de aangebrachte verf — al probeert menigeen ook daar nog altijd een ‘emotie’ in te ontdekken. En toegegeven, de twintigste eeuwse seriële muziek heeft ook niet aan publiek gewonnen toen die vooral over getallenreeksen bleek te gaan. Maar goed, dat is de realiteit. En zo gaat ‘noise’ over geluid. Geluid zonder meer.

Je kunt muziek zo simpel of complex definiëren als je maar wilt. Maar in de kern is en blijft muziek niets meer of minder dan ‘geluid om naar te luisteren’. Zonder verdergaand doel dan dat. Zo is de sirene die bedoeld is om mensen voor een kernramp te waarschuwen géén muziek en is het geluid van kerkklokken die de gelovigen naar de heilige mis moeten bimbammen dat evenmin. Maar een sirene op het podium van het concertgebouw waarvan een componist heeft bepaald dat-ie op een bepaald moment moet gaan loeien is weer wèl muziek. Eigenlijk dus heel simpel.
Dat het concert van Glice afgelopen zaterdag uitgerekend in een voormalige schuilkelder — De Vondelbunker — plaatsvond is in dit geval puur toeval en staat verder los van het ‘science fiction-achtige’ geluid dat aan de groep wordt toegeschreven.

albumhoes

Het spannende aan ‘noise’ als muziekstijl, zeker als het geïmproviseerd gebracht wordt, is de onvoorspelbaarheid van het geluid. Daarbij maakt Glice ook nog eens gebruik van apparatuur dat zelf bepaalde processen in gang zet die de muzikanten net zo kunnen verrassen als het publiek. Traditionele instrumenten kunnen — door de aard van het ‘riet’, het ‘hout’ of de invloed van de temperatuur op de snaren — weerbarstig zijn, maar hebben nooit een ‘eigen wil’ zoals sommige elektronica, die ook door Glice gebruikt wordt, dat wel heeft.
Die spanning voel je als toeschouwer — ook in de Vondelbunker. Daarbij is de tafel vol ‘hardware’ die Braeken en Kromhout gebruiken visueel aantrekkelijker dan bijvoorbeeld een enkele laptop. De muziek van Glice krijgt er een meer fysiek karakter van, dat nog versterkt en meer organisch wordt doordat Ruben Braeken op een gegeven moment bijvoorbeeld met de hand een puls op een klaviertje speelt of Melle Kromhout zijn longen leeg schreeuwt in een microfoon om dat geluid vervolgens te bewerken.

Je kunt verschillende ‘noisemusici’ niet of nauwelijks, met elkaar vergelijken. Men is vooral zijn of haar eigen referentie en het gaat om zijn of haar eigen ontwikkeling. Er zijn duizenden beoefenaars van het genre — misschien wel een veelvoud — die optreden en platen maken en enkele honderden hebben internationaal naam gemaakt. Dat doen ze allemaal met hun puur eigen taal, idioom of stijl. Sommigen met digitale elektronica, anderen met analoog spul, weer anderen zonder dat een elektriciteit aan te pas komt, met traditionele instrumenten, schroot, of wat er maar voorhanden is. Zo hebben musici als de Amerikaan Z’EV en de Japanner Merzbow in pakweg veertig jaar tijd ieder een volstrekt eigen muzikale taal ontwikkeld die nog altijd in beweging is.

Terug naar Glice, dat er pas een handvol concerten op heeft zitten maar uit een flinke serie studiosessies wel een erg fraai en veelbelovend album heeft weten samen te stellen. Een album dat — laat ik het nog maar eens benadrukken — vooral gaat over ‘geluid’. Een album dat ook verraadt dat Glice een eigen stijl, klankpalet en muzikale visie in petto heeft die opvalt en authentiek is. Dat niveau van ‘Lix’ houden ze live nog niet vast — ook niet in het halve uur dat het Vondelbunker-concert duurt. De elementen zijn aanwezig, inclusief de honger om alles uit de beschikbare apparatuur te halen. Een duo met toekomst — en dan wordt geen ‘science fiction’ bedoeld.

Peter Bruyn

Gezien: za 30 jan 2016, Vondelbunker, Amsterdam

Beluister of koop het album Lix via Bandcamp

Website Glice

Originally published at frnkfrt.net on January 31, 2016.

--

--

peter bruyn
FRNKFRT

Beheers jezelf - beheers de media - wees vrij.