peter bruyn
FRNKFRT
Published in
5 min readJun 12, 2016

--

‘Mogwai play Atomic’; je zit erbij en kijkt ernaar

Het voorgesprek was veelzeggend. Bij het Holland Festival gaat aan veel voorstellingen en concerten een inleiding vooraf waarbij makers en uitvoerders voor publiek worden ondervraagd –ik beleef daar persoonlijk vaak veel plezier aan. Zo zaten voor aanvang van ‘Mogwai play Atomic’ dus filmmaker Mark Cousins en Mogwais Stuart Braithwaite achter de tafel. Cousins bleek een goed gebekte, soms wat al te populair doende spreker die op iedere vraag het antwoord in pakkend taalgebruik paraat had. En Braithwaite was het eigenlijk vooral met Cousins eens. Zo lagen de kaarten tijdens het voorgesprek en het resultaat van de samenwerking tussen de Ierse regisseur en de Schotse rockband straalt een zelfde relatie uit.

Eerdere interviews die ik zelf met Mogwai had leverden overigens geen welsprekender Braithwaite op — de laatste keer dat ik hem sprak, eind 2010 zat hij gedurende vrijwel de hele ontmoeting zijn iPhone te bestuderen.(1) Eerdere interviews met andere Mogwai-muzikanten leverden amper meer conversatie op — van de kant van de band. Vrijwel alle interviews die ik met de band in kranten, muziekbladen of online gelezen heb onderstrepen dat beeld.

Voor de duidelijkheid: Een muzikant hoeft voor mij zijn eigen muziek niet te duiden — dat blijft primair de taak van de muziekcriticus. Maar ik vind het normaal als ik bij een muzikant enige mate van passie voor muziek aantref. Dat kan zijn voor een nieuw gekochte gitaar, een zojuist ontdekte artiest uit het verleden, een doorbraak in de eigen technische ontwikkeling, enthousiasme over een nieuw geschreven nummer of noem maar op. Je hoef in een gesprek met een muzikant diens muziek niet samen te analyseren, maar je moet toch minstens lekker over muziek kunnen praten.

Dat neemt niet weg dat Mogwai fantastische muziek heeft gemaakt. En dan denk ik vooral aan de eerste twee albums, ‘Young Team’ (1997) en ‘Come On Die Young (1998). Toen ik in 1999 de vorig jaar opgestapte gitarist John Cummings naar de werkwijze van de band vroeg, kwam zijn antwoord neer op ‘uitproberen wat werkt’ — trial & error, dus. En voor de goede verstaander zei Stuart Braithwaite zaterdagavond bij het voorgesprek in het Muziekgebouw iets vergelijkbaars. De angst voor analyse lijkt bijna allergisch.
‘Atomic’ is een film van Mark Cousins over hoe de wereld door nucleaire technieken in de twintigste eeuw totaal veranderd is. En dan doelt hij zowel op de door velen verfoeide atoomwapens, op de omstreden kernenergie en om het doorgaans als zegen beschouwde gebruik van nucleaire technieken in de medische wetenschap — zowel bestraling bij kanker als spectroscopische meettechnieken.

Cousins is niet uitgegaan van een verhalend script en heeft alleen maar gebruik gemaakt van bestaande beelden. Van de overbekende ‘explosie-paddenstoelen’ tot allerhande voorlichtingsfilmpjes uit de jaren vijftig, zestig en zeventig.
Mogwai maakte muziek bij die film en speelt die tijdens het Holland Festival ook live. En zoals de film al niet concreet narratief is, geldt dat voor de muziek nog minder. Die accentueert alleen de al uitgezette lijnen en vlakken.

Ooit, halverwege de jaren negentig, was Mogwai een pionierende groep. Terwijl naar aanleiding van Amerikaanse bands als Slint en Tortoise voor het eerst de term ‘postrock’ werd gebruikt — waarmee kort door de bocht gesteld meestentijds instrumentale rockmuziek werd bedoeld die de traditionele songstructuren los liet. Mogwai gaf daar een

geheel eigen draai aan door op een unieke wijze te spelen met dynamiek en wringende harmonieën. Een stijl die z’n definitieve weerslag kreeg op de genoemde albums ,‘ Young Team’ en ‘Come On Die Young’. Steeds meer groepen ontdekten en onderzochten de postrockniche, zoals het Canadese Godspeed You! Black Emperor, het Amerikaanse Explosions in de Sky en het Britse 65Daysofstatic en gingen in feite verder waar Mogwai bleef steken. Sindsdien ontwikkelden de Schotten zich nog wel in speltechnisch-ambachtelijke zin, maar wisten artistiek geen nieuwe wegen meer te vinden.
Wat dat betreft was de uitnodiging ruim tien jaar geleden om muziek te maken bij de docu ‘Zidane’ over de legendarische Franse voetballer zeer welkom. De muziek van Mogwai, die nooit werkelijk een verhaal verteld had en waarvoor gold dat de bijzondere vorm ervan de impact bepaalde — the medium is the message — kon zeer wel functioneren als het verhaal met de film al gegeven was.

Maar in het geval van ‘Atomic’ vertelt ook de film eigenlijk geen verhaal — althans zeker geen boeiend verhaal. Cousins wilde als regisseur geen moreel etiket op de film plakken en dat is zijn goed recht. Hij tracht de verbeelding van de kijker laten spreken. Maar de collage van atoompaddenstoelen, ziekenhuizen, schuilkelders metselende burgers en wat al niet meer is voor het grootste deel overbekend en dat maakt het allemaal een beetje vrijblijvend. Je zit erbij en kijkt ernaar. En op een gegeven moment kijk je steeds vaker op je horloge. Daarbij staat dan een band muziek te spelen die je over je heen laat komen — voor sommigen zal het behoorlijk luid zijn geweest. Het blijft Mogwai natuurlijk. Harmonisch, welluidend en nergens schokkend of op het verkeerde been zettend. Drones zoals Mogwai die al twintig jaar speelt. Alleen ditmaal ondergeschikt aan plaatjes die menigeen al twintig maal gezien zal hebben.

Peter Bruyn

Gezien za 11 juni 2016, Muziekgebouw aan ’t IJ, Amsterdam. Holland Festival.

Noten:

1. Peter Bruyn — Mogwai: De pioniers van de postrock blikken terug; Het Parool, Za 12 maart 2011

Weblinks:

‘Mogwai play Atomic’ pagina bij Holland Festival

Interview met Mark Cousins over zijn film ‘Atomic: Living in Dread and Promise’ en Mogwai

De trailer van ‘Atomic: Living in Dread and Promise’

En hier de hele film (Zolang die niet van YouTube wordt gehaald)

Website Mogwai

Originally published at frnkfrt.net on June 12, 2016.

--

--

peter bruyn
FRNKFRT

Beheers jezelf - beheers de media - wees vrij.