SO36 van Kippenberger tot Stiff Little Nu — Berlijns Dagboek 9
Viktor & Rolf kopieën, groene en grijze hanenkammen, veel baarden en wollen mutsjes. Hoeden, al dan niet met veer. Bijna bejaarde Pink Floyd fans in vettige spijkerjasjes en met hun haar in een dramatisch uitdunnend staartje. In Berlijn zitten alle scenes op een kluitje. En Martin Kippenberger, de ruim vijftien jaar geleden overleden kunstenaar die eigenlijk meer kunst is dan maakt, vraagt zich af: ‘Waarom leven wij?’
Prijsgegeven geheimen zijn geen geheimen meer. Maar geheimen zijn ook niet heilig. De paradox van het willen delen van wat bijzonder is, waardoor het aan bijzonderheid verliest. Enfin, hier gaat het dus over het kroegje Alt Berlin in Mitte. Verstopt onder steigers. Over het hoofd gezien door renoverende slopers, lijkt het. (1) Dit is de plek om, nog even een welkomstbiertje te gaan halen als Frank — Kumpel sinds meer dan vijfenveertig jaar — en ik op woensdagnacht bij het hotel zijn ingecheckt en bagage hebben gedumpt.
Alt Berlin is oud en de kastelein houdt van oude blues — liefst van bakelieten 78-toerenplaten overgezet op cassette of cd. Er worden grote
Alt Berlin
glazen bier getapt — een heel enkele keer iets anders. Bezoekers voeren ernstige gesprekken aan de toog. Het is er donker. Er wordt gerookt. Zo nu en dan valt er iemand van een barkruk, die dan met zachte drang buiten de deur gezet wordt. Je kunt er een bal gehakt bestellen, Die krijg je dan keurig op een bordje, met mosterd en wat augurk. En de handdoek die tegen sluitingstijd over de tap gehangen wordt is allesbehalve onverbiddelijk. Alsof hij het sluiten van de zaak met alle natuurlijke en onnatuurlijke middelen wil rekken pakt de kastelein, als je op het punt staat te vertrekken, steevast en zonder iets zeggen, je lege pul voor je van de bar en tapt een nog een fluitje of twee in. Van de zaak. Alt Berlin is om te koesteren.
Donderdag
De spelregels. Al decennia bij buitenlandse weekendtrips. Zo ook de twintig jaar dat we al in Berlijn komen. Frank bepaalt het dagprogramma. Ik het avond/nachtprogramma. Donderdag overdag staat Marzahn op het programma. Destijds, in de jaren zeventig en tachtig dé nieuwbouwflatwijk van Oost-Berlijn. Veel hoogbouw. Had beetje het imago totaal verpauperd te zijn — een soort Teutoonse Bronx of Ossie-Bijlmer waar de Duitse hiphop floreerde. Kriskras met de bus er doorheen lijkt het allemaal nogal mee te vallen. Uiteindelijk beland bij Eastgate Berlin (2) — ‘zählt zu den größten Einkaufs- und Erlebniszentren in Berlin und Brandenburg’ — dat op de website indrukwekkender oogt dan het is. We willen koffie en een broodje kaas, maar de ‘Foodlounge’ met een dozijn fastfoodketens lokt niet. Twee tafeltjes bij de bakkerij in supermarkt Rewe bieden soelaas.
Donderdag, eind van de middag, SO36 Kreuzberg. (3) De Berlijnse club die als punkpodium net zo’n legendarische status heeft als ooit het NewYorkse CBGB’s had. Ik zit in de langwerpige zaal en zie de
flightcases van Stiff Little Fingers naar binnen gereden worden zoals hier al vijfendertig jaar de spullen van eindeloos veel groepen naar binnen gerold zijn. Roadmanager James Kazeze wenkt. Of ik mee wil komen naar de kleedkamer. Jake burns zit klaar voor het interview — maar daarover kun je elders meer lezen. (4) Net als over het concert. Het is over elven als we weer buiten staan. Berlijn is groot en de avond nog jong. Tijd voor Eschschloraque.
Over deze bar in Mitte, die gefrequenteerd wordt door de entourage van Neubauten, schreef ik al eerder, toen ik bijna een dag lang net N.U. Unruh door Berlijn zwierf (5). Deze avond wordt gevierd dat de kroeg achttien jaar bestaat. Neubautens Jochen Arbeit draait platen. Neubauten-drummer Rudi Moser hangt hangt er rond. Blixa Bargeld laat zich bij dit soort gelegenheden nooit zien. Unruh en Hacke soms wel en soms niet. Nu niet.
Het doek voor het podium schuift open. Een gemaskerde percussionist. Even later komt er een zangeres bij, Yuko Matsuyama; eigenlijk meer een performancekunstenares. Dan een drummer. En een jazzbasssist, Eduardo Delgado Lopez, die de broer van DAF’s Gabi blijkt te zijn. En tenslotte nog zanger, rapper, striptekenaar en wat al niet meer, Infenite Lives, een Brit met banden met Ninja Tune, die tegenwoordig in Berlijn woont. Het gezelschap improviseert en dat gaat er behoorlijk goed en funky aan toe. Pauze met Arbeit-plaatjes en dan de tweede set. Het is donderdagnacht, druk, bier stroomt, de muziek is underground. Berlijn ten voeten uit.
Even later, terug lopend naar het hotel, blijkt Alt Berlin gesloten. Even verderop, op de Schonhauser Allee, is de bar 8MM echter nog open (6). Ze draaien er, zoals op veel meer plekken in Berlijn tegenwoordig, rock-underground uit de jaren zestig, zeventig en tachtig. Cool.
Vrijdag
Vrijdag. Tijd voor wat Duitse historie en hedendaagse realiteit. Eerst naar de Majakowskiring in Pankow, ten Noorden van Penzlauerberg. Een villawijkje waar ooit de DDR-kopstukken woonden en destijds voor de gewone Oostberlijner niet toegankelijk. Maar nu kun je er dus langs wandelen, de wat tuttige, maar voor DDR-begrippen luxueuze vrijstaande huizen van Erich Honecker, Walter Ulbricht, Wilhelm Pieck en nog zo wat ‘Genossen’ die zich in het ‘reëel bestaande socialisme’ verstri
Woonhuis van voormalig DDR-leider Erich Honecker
kten. (7) Eén kilometer lopen, noordwaarts, vanaf U-bahnstation Pankow.
En ik had mij ook nooit gerealiseerd dat de (Westduitse) rocker Udo Lindenberg naar de Majakowskring wilde als hij zijn Duitse versie van ‘Chattanooga Choo Choo’ — ‘Sonderzug nach Pankow’ (8) — zong. Lindenbergs reisdoel was partijleider Erich Honecker die hij over wilde halen om hem een concert te laten geven in de communistische ‘boeren- en arbeidersstaat’ waar Der Udo vele fans meende te hebben.
Van Pankow is het een minuut of veertig met U- en S-bahn naar Karlshorst in het oosten, om het Duits-Russische museum (9) te bezoeken waar de nazi’s in mei 1945 hun onvoorwaardelijke nederlaag ondertekenden. Het museum is echter tot eind april dicht. Dus onverrichter zake weer terug naar het S-Bahnstation en vandaar nog een stukje meer zuidwaarts naar het stadsdeel Schöneweide dat zich de afgelopen jaren ontwikkeld heeft tot het centrum van de Berlijnse neonaziscene.
De Brückenstraße is in een brochure van de Berlijnse antifascisten (10) al ‘Die braune Straße von Berlin’ genoemd omdat zich er twee van de meest beruchte neonazi-verzamelpunten bevinden. Om te beginnen de weinig
uitnodigend ogende, volstrekt gebarricadeerde kroeg Zum Henker, die mogelijk moet sluiten omdat bij het aangaan van het huurcontract, vier jaar geleden, de extreemrechtse connectie is verzwegen. En honderd meter verderop Hexogen, een winkel die zich heeft gespecialiseerd in kleding en accessoires voor ondermeer militairen, kampeerders en securitypersoneel. Uiteraard is er geen nazisymbool of illegaal wapen te zien in de etalage — ze kijken wel uit. Maar wie niet tot het donkerbruine politieke segment behoort, die waagt zich hier niet binnen.
Van Schöneweide naar Neukölln is het wel een klein uurtje lopen. Maar dat is prima. En tegen die tijd is het concerttijd. Doel is in eerste instantie Sowieso, een podium in een voormalig winkelpand waar veel jazz en impro, maar zo nu en dan ook een singersongwriter te zien is. (11)
Vandaag is het impro. De Mexicaanse vibrafonist Emilio Gordoa speelt met de in Taiwan geboren celliste Hui-Chun Lin en de van oorsprong Finse bassist Antti Virtaranta die net als de twee anderen in Berlijn resideert. Ze spelen goed. En ze spelen interessant voor wie Nederlandse improsessies gewend is. Terwijl de huidige Amsterdamse improscene doorgaans onderling met klanken in dialoog gaat, kiezen deze import-Berlijners juist voor harmonie. Vindt één van hen een melodielijn die de anderen aanspreekt, dan gaan de anderen daar in mee en kleden die melodielijn verder harmonieus aan. Tot iemand dat zat wordt, een andere richting in slaat en de andere twee musici weer daarin mee trekt.
Tegen elven is het afgelopen. Nog op tijd om naar NK te gaan, een ander undergroundpodium in Neukölln, ergens twee hoog achter in een bedrijfspand, waar de concerten zelden eerder dan half elf beginnen.
(12) Dit weekeinde is er een festival onder de titel ‘Ritual Meetings’. Eenmaal binnen komt de lucht van wierook ons al tegemoet. Het blijkt de performance van het Duitse duo LO†PH, dat elektropop met ambient en veel suggestieve filmbeelden combineert, maar desondanks — of juist daardoor — een wat knullige indruk maakt. Al is de naam van hun platenlabel wel weer mooi: Katholischer Kunst- Und Kulturverband.
Vervolgens het Italiaanse duo Msmiroslaw en Laura Dem. De mannelijke helft verzorgt de sjamanistische klanken — en doet dat overtuigender dan het duo dat hem vooraf ging. Laura Dem is verantwoordelijk voor de beelden die donker, traag en voor veel interpretaties vatbaar zijn. Maar het bier smaakt bij NK gelukkig zoals het overal smaakt. Ruim na middernacht houden we het voor gezien. De rock´n´roll lokt weer. Bij het weggaan pakken we nog een flyer op met het programma van de komende weken. Hee, onze eigen Rutger Zuydervelt, alias Machinefabriek, speelt hier eind april ook.
Geen zin om een route via het nachtnet uit te zoeken, met het risico van langdurig wachten bij een overstap, besluiten we naar Kreuzberg te lopen. Binnendoor, via de voetbrug over het Landwehr-kanal en Görlitzer Park, doen we er een kleine drie kwartier over om bij Club Monarch, vlakbij Kotbusser Tor te komen. (13)
Daar is het afgeladen, zoals altijd. Een publiek van grotendeels dertigers. Ruim een jaar geleden, toen ik hier eens met de Berlijnse Utrechter Peter Bijl zat, grapten we dat alle Start-Uppers en App ontwerpers hier kwamen. De muziek is OK. Garagerock, punk, rauwe rhythm & blues. De biertaps lijken hier permanent open te staan. Een voortdurende stroom van komende en gaande mensen. Natuurlijk wordt er Duits gesproken, maar ook heel veel andere talen. Dit is geen stamkroeg waar iedereen elkaar kent. Hier ga je in groepjes van twee, drie of vier naar toe en buiten dat groepje ken je niemand. Hoewel… Bij onze tweede pul bier worden we aangesproken door een jongen: Waren jullie eerder vanavond ook niet bij SoWieSo? Ja daar waren we.
Zaterdag
Zaterdag. Op het dagprogramma staat de Zitadelle van Spandau — een zestiende eeuws fort, dat er nog altijd indrukwekkend uitziet en goed onderhouden is. (14) Zomers wordt het overigens ook voor concerten gebruikt; dit jaar ondermeer door Toto, Portishead, Queens of the Stone Age en Patti Smith. We lopen het toeristische rondje, pakken en passant het historisch museum van Spandau mee, en dan is het alweer tijd voor de U-Bahn richting Münsterdamm, ten zuiden van het centrum.
Daar in het Planetarium am Insulaner (15) wordt om zes uur ‘s middags Pink Floyds ‘Dark Side of the Moon’ in ‘surround sound’ afgespeeld, met bijbehorende beelden. We zijn weliswaar opgegroeid met Pink Floyd, maar gaan er vooral uit een soort curiositeit naar toe. Zouden daar mensen op af komen? Nu, reken maar! Honderden, jong en oud. Shag rokende zestigers in vettige spijkerjacks en tieners die net op de muziekschool zitten en middels hun doncert Pink Floyd hebben leren kennen als ‘serieuze popmuziek’.
Het licht gaat uit. De muziek die ik — hoewel niet de laatste jaren — honderden keren gehoord heb en waarvan ik iedere noot kan meezingen. En
dan de beelden. Voorspelbaar: Abstract, spyrograph-motieven, de bekende klokken bij ‘Time’, schaakspel bij ‘Us and Them’, kassa’s, munten en banbiljetten tijdens ‘Money’. Ik heb er een beetje hetzelfde bij als bij paintbrush-schilderijen: Knap gedaan, maar daar blijft het bij. Wat niet wegneemt dat ik de muziek koester.
Dan is het opschieten. Om half acht heb ik een afspraak met A Hawk And A Hacksaw in Haus Ungarn bij Alexanderplatz — in de slagschaduw van de Funkturm (16). Ik kom tien minuutjes te laat, maar dat lijkt het folkduo niet te deren. ,,We zijn allang blij wat om handen te hebben in de tijd tussen de soundcheck en het concert,’’ zegt oprichter en enig permanent lid van de groep, Jeremy Barnes, bij de begroeting. Samen met violiste Heather Trost doet de accordeonist en cymbalonspeler een korte tournee door Europa om het verschijnen van het nieuwe album ‘You have already gone to the other World’ te ondersteunen. Een album vol Balkanfolk — deels gearrangeerde traditionals en deels nieuw geschreven repertoire. Barnes weet waarover hij het heeft. Hij weet zijn muziek goed te duiden.
Ruim twee uur later begint het concert in het voormalige Hongaarse cultuurgebouw dat is ingericht in een stijl die in de jaren zeventig in het Oostblok ongetwijfeld voor ‘modern’ doorging. Veel donkerbruin hout en abstracte ornamenten. De zaal zit vol met een paar honderd folkliefhebbers.
‘Hippe’ folkliefhebbers welteverstaan. Niet het soort dat volksdansclubs of wereldwinkels frequenteert. Barnes drumde ooit in een trendy indierockband en is er in geslaagd zijn huidige muzikale project eveneens bij een tot de verbeelding sprekend en nog altijd in de rockvoorhoede mee marcherend platenlabel onder te brengen en dat scheelt een slok op een borrel. Het drukt je weer eens met de neus op het bijna banale feit dat het in de muziek niet om de ‘muziek’ gaat in de betekenis van noten, melodie, arrangementen of instrumentbeheersing, maar om sociale circuits waarin en vooral waarmee je je profileert.
Na afloop, even voor middernacht, is het tijd voor Musicbar Yesterday (17). Een jaar of zes geleden nog mijn favoriete Berlijnse ‘hangout’ — want laat open — maar sinds ze begin 2012 verhuisden naar een ander pand, vlakbij het oorspronkelijke, maar in een zijstraat, lijkt de loop er een beetje uit en gaat de handdoek op doordeweekse nachten vaak al voor tweeën over de taps. Maar nu is het zaterdag, dan zijn ze langer open. En omdat het vlakbij het hotel is en we ons voor de vierde achtereenvolgende nacht voornemen om niet tot vijf uur door te zakken — de vorige drie nachten bleek het voornemen tevergeefs — lijkt Yesterday een mooie bestemming. We treffen er Peter Bijl (18) en de Nederlandse punkologe Leonor Jonker (19). Het bier stroomt. De muziek is goed. En Maya de Bij vliegt haar rondjes.
Zondag
Zondag. Onze vertrekdag. En voor het eerst prachtig weer in Berlijn. En uitgerekend deze middag hebben we gereserveerd voor het Hamburger Bahnhof, al vele jaren één van mijn favoriete musea in Berlijn. Het meest onder de indruk ben ik ditmaal van de klanksculpturen van de in 2011 overleden Rolf Julius. Dines kort na zijn dood verschenen
Werk van Rolf Julius
album ‘Music for a Distance’ (20) behooprt voor mij tot de meest fascinerende abstracte platen van de afgelopen jaren. Telkens als je al luisterend een beeld van de muziek denkt te hebben gemaakt — regeldruppels op losse plaatjke metaal, piepend ronddraaiende wielen — lijkt de klank weer te veranderen, of in ieder geval een andere bron te hebben, terwijl het algehele geluidpatroon goedbeschouwd niet of nauwelijks verandert.
Voornaamste doel van het bezoek is echter de grote overzichtstentoonstelling ‘Sehr Gut / Very Good’ (21) van het werk van de in 1997 overleden Martin Kippenberger. Hij was het prototype van de omnikunstenaar — hij schilderde, maakte objecten, muziek, ontwikkelde concepten, ontwierp posters en boekomslagen, speelde in films, maar het diende goed beschouwd allemaal ter onderbouwing van het enige kunstwerk dat er voor hem werkelijk toe deed: Hijzelf. Het werk van Kippenberger kun je ook alleen maar bekijken in de vorm van een overzichtstentoostelling met honderden werken — veel van de individuele stukken vallen domweg door de mand als te obligaat of gemakzuchtig. Maar het geheel maakt indruk. En interessant is ook zijn betrokkenheid bij club SO36 — diezelfde waar we drie dagen eerder Stiff Little Fingers zagen — waar Kippenberger eind jaren zeventig een tijdlang bedrijfsleider was. Mooier dan de wat al te gemakkelijk naar Picasso en andere kunstenaars knipogende schilderijen conceptuele projecten, vind ik de vitrine met 7’’-vinylsingletjes van zijn groep Luxus — nota bene uitgebracht op het label SO36 — en de in een klein zaaltje uit de
Kippenberger — Paris Bar, 1993
luidprekers knallende uurtje ‘Sehr Gut Radio’, samengesteld door Gudrun Gut. Met muziek van Malaria!, DAF, Bowie, Palais Schaumburg, Neubauten, James Chance en natuurlijuk Kippenberger zelf. (22)
En dan zijn er de filmpjes van Kippenberger — nogal wat opgenomen in datzelfde SO36. Kippenberger uitdagend en provocerend, zoals bij ons Peter Klashorst dat jarenlang deed. Je ziet hem zitten op de rand van het podium in SO36. Achter hem staan de spullen van de band die die avond gaat spelen: The Vibrators. Kippenberger de bohémien/provocateur. ,,Er wordt aan altijd maar gevraagd: waarvan leef je?’’ zegt hij. ,,Maar de vraag die je zou moeten stellen luidt: Waarom leef je?’’
Peter Bruyn
Noten:
1 — Adres en een paar foto´tjes van Bierstube Alt Berlin vind je hier. Deze Kneipe figureert ook in de Tatortaflevering ‘Die Unmöglichkeit sich den Tod vorzustellen’ en die klun je hier op Youtube compleet bekijken.
2 — Eastgate Berlin. Ook de Rewe supermarkt waar we koffie dronken kom je bij de virtuele rondleiding tegen.
3 — SO36. Dit is de website. Daarop ook al foto’s van het Stiff Little Fingers concert uit dit verhaal: hier
4 — Stiff Little Fingers-verhaal verschijnt binnenkort in Het Platenblad. Zodra het gepubliceerd is kun je het hier lezen.
5 — Zie: De Neubauten-bedevaart: Oudere mannen en hun nostalgie — Berlijns Dagboek 2
6–8mm. Coole bar, toffe muziek. Dit is de website.
7 — De historische villa’s aan de Majakofskiring bijeen op deze webpagina.
8 — Dit liedje dus
9 — Das Deutsch-Russische Museum Berlin-Karlshorst
10 — Informatie over de concentratie van neonazi’s in de Berlijnse wijk Schoeneweide vind je hier.
11- Sowieso in Neukoeln. De website
12 — NK in Neukoeln. De website
13 — Monarch. De website
14 — Alles over de Zitadelle in Spandau vind je hier
15 — Het Planetarium am insulaner heeft een muziekprogramma waarbij platen met panaromabeelden vertoond worden. Vooral veel Pink Floyd. Zie hier
16 — Haus Ungarn. De website
17 — Musikbar Yesterday. De website
18 — Peter Bijl, oftewel Bijl in Berlijn. Utrechter in de Duitse hoofdstad. Een van de mensen achter het multimediaproject ‘Trekhaak gezocht’
19 — Leonor Jonker schreef No Future Nu over de geschiedenis van de punk in Nederland.
20 — ‘Music For a Distance’ van Rolf Julius verscheen bij Western Vinyl
21 — De expo ‘Sehr Gut / Very Good’ van het werp van Martin Kippenberger duurt nog tot en met 18 augustus 2013
22 — De complete tracklisting van de Sehr Gut Radio die Gudrun Gut voor de Kippenberger-expo samenstelde vind je hier.
Lees ook de eerder verschenen Berlijnse Dagboeken:
— “Het experiment is hier de mainstream” — Berlijns dagboek
— De Neubauten-bedevaart: Oudere mannen en hun nostalgie — Berlijns Dagboek 2
— Zweten in de Raster-Noton sauna — Berlijns Dagboek 3
— Microtonaal in de koeienstal — Berlijns Dagboek 4
— Bier met Blixa (hij betaalt) — Berlijns Dagboek 5 (slot)
— Neubauten Karaoke — Berlijns Dagboek 6
— Adidas, Bild en travestie — Berlijns Dagboek 7
— Camera macht alles wieder Neu! — Berlijns Dagboek 8
En ook Theo Ploeg hield onlangs tijdens een Duitslandreis een dagboek bij:
Duitslandreis halte #1: over Kompakt, Wolfgang Voigt en veel Kölsch.
Duitslandreis halte #2: krautrock, mode en de theorie van popmuziek.
Duitslandreis halte #3: stadsontwikkeling en verleden als speelbal in Hamburg.
Duitslandreis halte #4: Mediaspree versus de stad die eeuwig in beweging is.
Duitslandreis #5 (slot): wat hebben Melt! en Bauhaus gemeen?
Originally published at frnkfrt.net.