Vijftig jaar in dienst: Allie Gordeau viert zijn jubileum als stratenmaker
Video: een middag op stap met de langst werkende stratenmaker van Den Haag.
De Hagenaar Allie Gordeau (64) werkt al sinds 1968 als stratenmaker (vroeger ‘straatmaker’) bij de gemeente Den Haag. Dit jaar viert hij zijn gouden jubileum. Hoe houdt hij het vijftig jaar vol?
TEKST: Femke Wiersma
BEELD: Ismay Gossen
,,Wat wil je weten?”, lacht Allie. Met zijn gulle lach, talloze grappen en kenmerkende openheid vertelt hij over een halve eeuw en bijna een heel mensenleven in dienst van de gemeente Den Haag.
,,Ik kom uit een familie van stratenmakers”, begint hij trots. Stralend vertelt hij dat zijn opa, zijn vader, zijn vier broers en zijn neef ook stratenmakers waren. Een van zijn twee zoons wilde in zijn voetsporen treden, maar maakte door een hernia de switch naar planner bij de afvalophaaldienst. ,,Als kind ging ik met mijn vader mee om te kijken hoe hij werkte. Ik kon niet wachten om zelf te beginnen. Maar dat mocht ‘pas’ op je veertiende.’’ Dus deed Allie de zesde klas nog maar eens over. Het had geen zin om voor een jaar van school te veranderen en hij wist heel zeker dat hij bij leermeester Jan Plugge in de leer wilde.
,,Voor ik het wist hadden ze me te pakken en slingerden ze me samen in de plomp’’
Harde leermeester
Zo ging dat destijds. Je werd gekoppeld aan een leermeester die je de fijne kneepjes van het vak bijbracht. En dat ging niet altijd zachtzinnig. Als ‘Ome Jan’ het werk niet goed genoeg vond kreeg de kleine Allie de wind van voren en mocht hij alle gelegde stenen eruit halen en opnieuw beginnen. ,,Het is ook echt een kunst om die unieke steentjes gelijk in zo’n zandbak te leggen. Je moet de holle kant van je af leggen”, legt Allie uit.
Na drie jaar in de leer ging hij in een ploeg werken en leerde daar ‘tempo maken’. Dat niet alleen, hij leerde ook omgaan met zijn collega’s en hun grollen. Met een brede lach memoreert Allie dat zijn ploeggenoten Theo Godschalk en Theo Hage hem vroegen of hij kon zwemmen. ,,Voor ik het wist hadden ze me te pakken en slingerden ze me samen in de plomp”, lacht hij hardop. ,,Ik vond het allemaal mooi. En vooral dat pak: apetrots was ik er op. Met zo’n mooie corduroy broek. Helaas heb ik het niet meer. En al had ik het nog, dan paste ik het niet meer.”
Voldoening
Na 25 jaar kreeg hij zijn eigen wijk: stadsdeel Haagse Hout. Hij reed er op de reparatiewagen. Dat was veel meer dan stratenmaken alleen. ,,We snoeiden takken, leegden containers, haalden vuil weg. Ik kende ieder steentje en alle mensen in mijn wijk. Dat was een mooie tijd”, mijmert Gordeau. ,,Als ze me voor de zoveelste keer lieten straten door een verzakking vroeg ik altijd: is Ciske de Rat weer bezig geweest?” [Verzakkingen in de weg ontstaan vaak door ratten.]
,,De uitgifte van zakken aarde in Benoordenhout was lachen. Dan stonden die keurige dames in de rij voor een zak aarde van anderhalve gulden, die ze zelf niet naar huis konden sjouwen. Wij hielpen ze wel hoor. Dingen voor mensen oplossen geeft zoveel voldoening”, verklaart hij zijn passie. ,,Op een dag ging een dame van een onderzoeksbureau een dag met ons mee. Tijdens de eerste klus — een aantal stoeptegels recht leggen, kwam er een bewoner naar ons toe om ons te bedanken dat we zo snel waren. Dat gebeurt wel vaker, maar het was goeie timing. En dat herhaalde zich nog twee keer die dag. Die onderzoeker was onder de indruk en stelde vast dat we echt dankbaar werk hebben. En zo is het!’’
Andere tijden
Nog steeds maakt het buiten zijn en het contact met de bewoners het werk leuk. Maar volgens Allie er is wel veel veranderd in de loop der jaren. ,, In 1968 had de gemeente nog 300 stratenmakers in dienst. Toen legden we nog hele straten.’’ Nu werken er bij de afdeling Onderhoud van het Haags Veegbedrijf nog maar tien stratenmakers, die zich alleen nog bezighouden met het onderhoud. Tegenwoordig doen we alleen nog onderhoud. Grote projecten worden uitbesteed.
,,Ik vind het ook jammer dat ik niet meer met mijn vaste maten werk. Dat familiegevoel is er niet meer. Dat mis ik wel”, vertelt Allie. ,,Maar mijn vriend Cees die met pensioen is, zie ik nog wel iedere week.”
Maar niet alles is slechter geworden. Zo krijgt hij tegenwoordig zijn werk mee op een mobiele telefoon en dat werk toch wel een stuk handiger dan zo’n A-4’tje. Wat echter nooit veranderd is, is de trots op zijn werk en zijn inzet voor de stad. ,,Stratenmaker is het mooiste beroep dat er is!”