Hoe Koert van Mensvoort ruimte maakt door grip op de toekomst te geven

Happyplaces Stories (video)

Marcel Kampman
Happyplaces Stories
18 min readJul 22, 2017

--

Ik was al lange tijd gefascineerd door de initiatieven van Koert. En had dan ook verschrikkelijk veel in om even zijn universum te zijn, het universum van Next Nature Network. Een universum met geprint voedsel, gehackte roggen en wat je je letterlijk ook maar kunt voorstellen bij toepassingen van technologie op verrassende manieren, die een andere blik geven op wat hun mogelijkheden en dilemma’s kunnen zijn.

In dat universum is niks vanzelfsprekend of vaststaand, alles wordt bevraagd en onderzocht in wat iets ook zou kunnen zijn. Door telkens het onvoorstelbare voorstelbaar te maken, helpt Koert ons mee kritische keuzes te maken, ruimte te maken waarin we onze eigen toekomst kunnen vormgeven.

Zo mooi.

‘Mijn drijfveer is, toch ook wel een beetje omdat een beetje vreemde maar ook wel mogelijke dingen en fenomenen aan mensen te laten zien. En daar dan een gesprek over te hebben. En daarbij breng ik mogelijke toekomsten dichterbij want we krijgen daardoor ook wat meer grip op wat iets kan betekenen. Maar het laat ook iets zien over de wereld van vandaag. Want je zet een soort alternatief neer.

Uitnodigen voor discussie

Een ander voorbeeld van een project waarbij we dat heben gedaan is een project dat heet ‘The Rise and Fall of Rayfish Footwear’. Daarin heb ik met een aantal mensen een fictief bedrijf opgericht dat zogenaamd in Thailand was gevestigd. En dat bedrijf maakte bio-customised schoenen van genetisch gemodificeerd roggenleer. Dat klinkt super ingewikkeld, maar het idee was dus dat, of de aanname was eigenlijk dat dit hypermoderne Thaise bedrijf het DNA van roggen, stingrays, helemaal had ontrafeld en dat zij ieder willekeurig patroon op een vis konden laten groeien. Dus, net als een zebra, die heeft bepaalde strepen en waarom heeft die zebra die strepen? Omdat in de DNA van dat dier zitten bepaalde patronen die er voor zorgen dat die patronen zichtbaar worden op die huid. Daar zit natuurlijk een heel ingewikkelde mapping tussen, maar de aanname was dat dit bedrijf dat helemaal had gehackt en dat zij dat dus ook helemaal konden manipuleren. Wat presenteerden ze dus: een website waar jij als consument, als bezoeker, kon jij je eigen vis ontwerpen. Die dan zou worden gekweekt voor jou. Met jouw patroon erop, dus dat konden allerlei verschillende patronen zijn en dan na een goed leven in de fish farm, werd die vis geslacht. De huid van de vis werd dan gebruikt om een persoonlijke, vissenleren schoen te maken.

Nou, vissenleer is hier in het westen niet zo heel bekend, maar als je naar Azië gaat of naar Thailand dan koop je overal stingray leather. Het bestaat gewoon. Het is tien keer zo sterk als koeienleer. Dus dat product is er gewoon, terwijl wij het nog een beetje maf vinden. Maar dat is dus een realiteit. Het enige dat wij hadden gedaan was net dat gekke laagje er op leggen, dat je vissen kunt laten groeien met een patroon. Dat jij had bedacht. En dan heb je een heel interessante discussie, omdat dan 50% van de mensen zegt: ‘Wow, te gekke schoen, ik wil nu absoluut dit kopen en ik doe mee aan jullie wedstrijd en ik ontwerp mijn vis en ik hoop dat ik mijn schoen win’, en 50% van de andere mensen zegt: ‘Ja, ho, stop. Hier gaat onze consumptieve relatie met diren een soort grens over. De vis wordt hier puur instrumenteel ingezet om alleen maar jou een mooie schoen te geven. En ik vind dit echt niet oké. Mensen moeten hier van afblijven. Dit is een toepassing van biotechnologie die ik absoluut niet wil.’

Nu juist wanneer 50% zegt ‘ik ben voor, ik wil het nu kopen’, en 50% zegt ‘dit mag nooit gebeuren’, dan heb ik het eigenlijk heel goed gedaan. Want dan heb ik iets neergezet wat er voor zorgt dat die mensen vervolgens met elkaar in discussie gaan. Ik ben zelf niet zo heel erg geïnteresseerd in om dan te bepalen of dit dan wel of niet goed is. Ik vind de vraag wel interessant. Is zo’n gegroeide schoen van een vis waarbij je weet dat het gewoon transparant is — oké, er wordt een dier voor geslacht en jij krijgt dan jouw schoen; oké, we dragen ook leren schoenen dus hoe raar is het eigenlijk — hoe verhoudt het zich eigenlijk tot de Nike customised schoenen, of Puma, of Adidas. Daar kun je ook op websites je eigen schoenen ontwerpen. Die wordt dan misschien door kleine vinger handjes ook in Vietnam in elkaar gezet. Hoe ethisch is dàt eigenlijk. Wat is eigenlijk nou de ‘foute’ schoen? Hoe kan het eigenlijk dat een schoen van een schoenenmerk dat je doe voor 20 euro kunt kopen? Zou een schoen eigenlijk niet veel duurder moeten zijn? Al dat soort observaties, het zijn allemaal losse eindjes, maar al dat soort gedachten en observaties die liggen daar dan onder. Daar wil ik mensen dan ook toe uitnodigen om daar over te discussiëren, door zo’n fictief bedrijf neer te zetten.

Versuft

Op die manier werk ik vaak. Dat ik mogelijke toekomstige technieken nu al heel tastbaar maak, om vervolgens mensen er over te laten praten en discussiëren in de hoop dat we er ook meer grip op krijgen. Want dat is iets wat ik ook observeer. Niet alleen in mijn eigen leven. Ik vind dat we nu eigenlijk slaapwandelend de toekomst inlopen. In relatie tot al die nieuwe technologieën. Ieder mens op aarde heeft te maken met nieuwe technologieën. Niet alleen in de westerse wereld. Overal op aarde, ieder mens heeft te maken met nieuwe technologieën. En wat hebben we eigenlijk voor kaders, modellen of guidelines voor onszelf om te bepalen welke technologieën we wel of niet toelaten. Ik vind dat we daar ongelooflijk naïef in zijn en echt een beetje ja, sluimerend, versuft en slaapwandelend de toekomst in wandelen. Ik wil daar toch iets meer grip op krijgen. Heel persoonlijk gewoon, maar ik denk dat het iets is wat anderen ook aanspreekt.

Next nature

Om een voorbeeld te noemen van zo’n nieuwe technologie die in je leven komt, dan denk ik altijd aan de mobiele telefoon. Ik herinner me nog wanneer ik mijn eerste mobiele telefoon kocht. Dat was in 1998. Niet echt vroeg, ook niet echt laat. Beetje gemiddeld. Ik denk dat het ook wel typisch is dat ik best wel in mijn eigen gedrag, redelijk middle of the road ben. Nou ja, zo’n telefoon. Op dat moment denk je:’Nou, iedereen heeft een mobiele telefoon nu, dus ik koop er ook gewoon maar één.’ En dat is het dan. Je denkt niet echt na over wat dat gaat betekenen. Maar nu als je je huis verlaat zonder je mobiele telefoon, dan heb je bijna het gevoel alsof je een lichaamsdeel op tafel hebt laten liggen. Je voelt je naakt. Ik heb hem nu ook weer in mijn tas zitten. Als ik hem thuis zou laten liggen dan dan voel ik me toch van: ‘Ik mis iets’. Dus hij is echt onderdeel geworden van, niet van mijn lichaam, daar gaat het dus niet om. Het is niet het punt of zo’n telefoon onderdeel is van je lichaam. Maar hij is wel fundamenteel al van je levensstijl, van je identiteit. en dat is allemaal gebeurd in tien jaar tijd. De meeste mensen zijn nog oud genoeg om te hebben geleefd zonder een mobiele telefoon. En nu ben je er zo aan gewend, je kunt eigenlijk niet meer zonder. Daar zie je dus hoe technologie ons leven eigenlijk binnendruppelt, binnensijpelt. En al heel snel niet alleen maar een extraatje wordt, maar ook een soort next nature wordt. De mobiele telefoon is eigenlijk al een next nature. Omdat als je het nu weg zou halen, dan heb je ook een crisis. Dan moet iedereen weer wennen.

Er zijn natuurlijk heel veel voorbeelden te noemen van technologieën waarbij dat ook is. Denk aan riolering. Als je nu alle riolering weg zou halen uit heel Nederland, dat zou echt een interessante situatie zijn. Het zou echt wel een grote rommel opleveren dat je met 17 miljoen mensen het zonder riolering zou moeten doen. Dat is gewoon onderdeel van hoe wij leven. Nou is riolering één voorbeeld, een veel recenter voorbeeld is het internet. Het internet, ik heb ook nog meegemaakt dat het een nieuw fenomeen was. Zo oud ben ik inmiddels al wel. Nu als je het weg zou halen, dan moet iedereen zich weer aanpassen. Het is helemaal onderdeel geworden van ons leven. en wat je dus ziet als je echt gaat studeren op de geschiedenis van technologie, dan zie je dat dit proces al veel langer bezig is.

Van nature technologisch

Als we dit gesprek 100 jaar geleden hadden gehad, hadden we het niet over het internet gehad, want dat bestond toen nog niet. Maar hadden we het misschien gehad over elektrisch licht. Dat was toen een nieuwe technologie. Het was de tijd dat we niet alleen met kaarsen licht maakten, maar dat we ook elektrisch licht kregen. En toen het werd geïntroduceerd was het ook iets waar mensen zich zorgen over maakten. ‘Tast dat mijn nachtrust niet aan?’ Nu denken we daar niet meer over. Het is gewoon onderdeel geworden van ons leven.

Nog verder terug. Stel dat we dit gesprek hadden gehad, niet 100 jaar geleden, maar 10.000 jaar geleden. Oké, toen waren er ook hele nieuwe uitvindingen en technologieën. 10.000 Jaar geleden was landbouw een nieuw fenomeen. Dat ook een radicale ingreep in onze relatie met de natuur inhield. Het feit dat we niet meer als jager-verzamelaar op de savanne een beetje rondscharrelden en zo een beetje onze voeding verzamelden, maar dat we gingen settelen, landbouw gingen bedrijven, plantjes planten, wachten tot ze waren gegroeid en ze dan oogsten, was op dat moment een uitvinding. Nu zou je kunnen zeggen dat het onderdeel is van de menselijke natuur. Dat we landbouw bedrijven. Je kunt je ook niet meer voorstellen dat we zouden leven in een land als Nederland, met zoveel mensen, zonder aan landbouwtechnologie te doen.

Je kunt zelfs nog verder terug in de tijd. Stel je voor dat we dit gesprek niet 100, of 10.000 jaar gelden, maar 100.000 jaar geleden zouden hebben gehad. Zelfs daar waren al nieuwe technologieën. Een voorbeeld van wat ik denk dat één van de vroegste technologieën is, is het beheersen van vuur. En ook het idee van koken dat daarbij kwam. Dat wij mensen, of onze voorouders, want waren we al mensen, misschien een beetje op de rand van, maar dat we begonnen ons voedsel te koken. Voordat we het innamen. Dat was een hele handige truc, een hele handige uitvinding, want daardoor kon je meer calorieën in minder tijd binnenkrijgen. Waardoor we ook een kleiner maag-darm-systeem kregen, denken veel onderzoekers. En ook omdat we meer calorieën konden binnenkrijgen, werd het ook mogelijk om onze hersenen groter te laten groeien. Want die gebruiken namelijk waanzinnig veel energie. Maar we konden het ons dus permitteren om grotere hersenen te krijgen, sociaal te worden en eigenlijk moderne mensen te worden.

Dus wat je hier leert is dat we al mens van nature technologisch zijn. Vanaf de allereerste dag dat we mens zijn, zijn we al technologisch. Dus wij leven ook samen met die technologie. in tegenstelling tot heel veel andere dieren die niet zijn uitgerust, of die juist zijn uitgerust voor één specifieke leefomgeving. Denk aan een adelaar die heel goed kan kijken, of een tijger die zijn prooi kan pakken. De mens is niet echt uitgerust voor één leefomgeving. Wij zijn in die zin ook heel kwetsbaar en naakt geboren, in vergelijking met een giraffelam. Als die wordt geboren, die kan al na een paar minuten op eigen benen staan en rondlopen. Terwijl een mensenbaby, die moeten we zo’n beetje tien jaar of nog langer goed verzorgen en als kind heel veel leren om mee te kunnen in de moderne mensenwereld. Dat laat ook zien dat we van nature technologisch zijn.

Ik vind ook heel interessant dat kinderen nu, als ze jong zijn, bepaalde technologieën verwerven om ze dan later weer te vergeten. Een heel goed voorbeeld daarvan is het alfabet. Als we het hebben over het alfabet, of het schrift. Mensen denken niet als ze denken aan het schrift als zijnde een technologie. Maar werkelijk, het alfabet is een ancient informatietechnologie. Het is echt een heel oude informatietechnologie die ons in staat heeft gesteld om onze gedachten en stemmen vast te leggen in de omgeving. Niet alleen in boeken, tijdschriften, kranten, ook signage, billboards, of zelfs graffiti, overal wordt het alfabet toegepast. Wij denken er niet over na als een technologie, maar het is wel degelijk een oude informatietechnologie. Die ook ons leven heel duidelijk heeft veranderd. Als kind moet dus nog altijd heel veel tijd investeren om het alfabet te leren beheersen. Dat is ook typisch de tragiek van de mens. Alhoewel ik het ook prachtig vind dat wij eigelijk onvolgroeid geboren worden en wij moeten ook na de geboorte ons nog dingen verwerven. Denk aan kleding, wat eigenlijk ook een technologie is. Om dat een leven te kunnen leiden. Daar zijn we ooit in verdwaald geraakt maar daar zijn we ook mens in geworden.

Besef

Het is gewoon vanaf de dag dat we mens zijn al bezig, en het zal dus ook doorgaan. Dat is wel iets waarvan ik denk: dat mogen we ons als samenleving wel iets beter beseffen. Omdat wanneer mensen het nu over technologie hebben, hebben we het vaak over dingen waar een stekker aan zit. Eigenlijk dingen die bedacht zijn nadat jij en geboren bent, dat noemen we technologie. Terwijl iets als landbouw, het alfabet, het schrift, geld, dat zien we niet als technologie, want dat was er al. En dat nemen we dan maar aan. Terwijl het eigenlijk ook oude technologieën zijn. En eigenlijk heel succesvolle technologieën. En op die manier zouden we er ook van kunnen leren, om ook een toekomst voor onszelf te creëren die wenselijk is. Dat we in dat samen leven met die technologie beter onze behoeftes en onze wensen kunnen sturen. Dat is ook echt een beetje het scharnierpunt waar we nu op staan. Dat we weten allemaal dat onze wereld volstrekt technologisch is. Iedereen heeft te maken met technologische verandering, maar hoe gaan we die stap naar een toekomst maken, dat die technologie ook door ontwikkelt op een manier die bevredigend is voor ons als mens? Die onze menselijke behoeftes als uitgangspunt neemt, die ook aansluit bij onze zintuigen in plaats van ze af te stompen. Die ons in onze kracht zet, in plaats van alleen maar mensen te outsourcen. Die misschien ook intuïties faciliteert, die intuïtief is. Soms kunnen zelfs intuïties waarvan we dachten dat we doe niet meer hadden, via technologie naar boven komen. En uiteindelijk kan technologie ons ook helpen onze dromen over wat we als mens nog meer zouden kunnen zijn, te realiseren of dichterbij te brengen. Als je op die manier kijkt, dan krijgt je eigenlijk een ander perspectief op hoe wij samenleven met onze technologie.

Droom

Om nog even terug te komen op het voorbeeld van de mobiele telefoon. Wat is eigenlijk de droom onder mobiele telefonie? Ik denk telepathie. We hebben al eeuwen de droom gehad om telepathisch te kunnen zijn. Om op afstand te kunnen communiceren. Die die menselijke droom is er. Ja, en wat hebben we? Een mobiele telefoon waarvan de batterij altijd leeg is. Die die is nog niet helemaal verwezenlijkt. Oké, als je dan weet, dit was eigenlijk de droom: telepathie. En die mobiele telefoon is de onvolmaakte realisatie van die droom, hoe moet ik dan die telefoon doorontwikkelen zodat het ook dichter bij mijn droom komt. Hoe ga ik dat vormgeven? Nou dat soort vragen vind ik heel spannend om naar te kijken. Want uiteindelijk gaat het ook over: hoe co-evolueren wij met onze technologie?

Vooruit naar de natuur

Als je beseft dat we vanaf de allereerste dag dat we mens zijn, technologisch zijn, dat er ook geen menselijke toekomst is voor te stellen zonder na te denken over de toekomst van technologie. Oké, er zijn misschien wat mensen die zeggen: ‘We hebben de verkeerde afslag genomen, we moeten terug.’ ‘Terug naar de natuur’ wordt er dan wel gezegd. Wat dat precies inhoudt weet ik niet. Wil je dan terug naar grootmoeders tijd? Maar daar was ook elektrisch licht. Daar was ook landbouw. Terug naar de periode voor de landbouw? Als jager-verzamelaar mens? Ja, misschien. Alhoewel, daar kookten we ook al. Daar waren we ook al vuur aan het domesticeren. Dus waar wil je precies naar terug. Er is sowieso geen mogelijkheid om terug te gaan. We moeten vooruit, evolutie gaat door. We kunnen wel kijken wat de kwaliteit in het verleden was. En hoe kunnen we dat weer transformeren naar een toekomst die anders is, maar die wel interessant is. Dus niet terug, maar vooruit naar de natuur. Daar ben ik dan naar op zoek. En ook in co-evolutie met die technologie.

De natuur transformeren

Wij co-evolueren eigenlijk met onze technologie. Net zoals de bloemen en de bijen, die zijn ook samen geëvolueerd. De bijen halen de nectar uit de bloemen, maar terwijl ze dat doen verspreiden ze ook de pollen van de bloemen. Dus eigenlijk helpen de bijen de bloemen ook om zicht voort te planten. Nou ja, als je kijk evolutionair, wij zorgen ook wel heel erg goed voor onze technologie. Wij helpen ook die technologie om zich voort te planten, waardoor er steeds van te komt. Op die manier denk ik dat wij ook steeds in een co-evolutionaire relatie zitten met met onze technologie, waarbij niet alleen de behoeften van de mens goed moeten worden bestudeerd, maar waarbij de bijna natuurlijke dynamiek van de technologie ook moet worden begrepen en bestudeerd. Vervolgens kunnen we een pad vinden wat die co-evolutie goed vorm geeft. En hoe dat er uit zal gaan zien, dat is echt waar ik op zit te wachten. Dus wat ik graag wil, is technologie zo sturen en neerzetten om een natuurlijker wereld te maken.

Nieuwe fase

En dat lijkt dus een tegenstelling, omdat wij altijd nadenken over natuur en technologie als tegengesteld, als zwart en wit bijna. Maar zodra je realiseert dat wij met onze technologie een next nature veroorzaken, een soort natuur creëren die ook in het hele evolutionaire plaatje op aarde gewoon een nieuwe fase is, zodra we ons dat realiseren besef je ook dat we de natuur transformeren. Wij halen als mens niet alleen maar natuur weg, dat we het bederven, verpesten of dat wij als mensen eigenlijk de anti-natuurlijke soort zijn. Nee, wij zijn als mens ook onderdeel van de natuur en transformeren die natuur. Hoe gaat dat er uit zien? Hoe kunnen we daar ook iets heel spannends van maken? Gaan we lantaarnpalen vervangen door bomen die ’s nachts licht geven? Gaan we ons voedselprobleem ook oplossen door kweekvlees mogelijk te maken? Door wel een stukje vlees te eten zonder dat je er een dier voor hoeft te slachten? Gaan we ook ons vervoer… Ik zit eigenlijk te wachten op een auto die ik kan aandrijven met mijn eigen spierkracht. Bijvoorbeeld de auto zoals die nu is, is natuurlijk veel te passief. Dat vind ik echt een voorbeeld van als mens gereduceerd worden tot een zak met botten, die in die auto zit en dan zit je daar in een sportwagen met 120 kilometer per uur en je hoeft zelf niks te doen. Ik zou juist wel een auto willen die echt als een huls om je lijf zit en die je ook moet aandrijven. Dat wordt dan echt sportief rijden. Wat dat betreft denk ik ook nog dat, als je de juiste visie hebt, je een heel andere wereld krijgt.

De stad als metabolisme

eOok het nadenken over de stad. Tegenwoordig woont meer dan 50% van de wereldbevolking in de stad. Sinds enkele jaren is die grens bereikt dat meer dan de helft van de mensen in de stad woont. Dus die stad, die we altijd maar als kunstmatig en artificieel zien, dat begint toch een beetje de standaard manier van leven voor mensen te worden. En zoals een bijenkorf een standaard manier van leven voor bijen is. Als de stad onderdeel wordt van onze menselijke natuurlijke manier van leven, hoe gaat dat er dan uit zien? En hoe kunnen we een stad maken die niet meer ook vraagt dat je er zo nu en dan uit rent om dat te kunnen ‘recreëren’ in de bossen of op het platteland? Nee, dat wil je allemaal gewoon in die stedelijke omgeving kunnen doen, kunnen vormgeven. Dus hoe ziet een natuurlijke stad er uit? gaan we anders nadenken over architectuur? Ik denk dat architectuur totaal gaat veranderen. We zitten nu in een gebouw, het is gewoon geconstrueerd volgens een blauwdruk, een blueprint, als een tekening. En vervolgens gaan we dat zo bouwen. Eigenlijk op de dag dat het af is, is het al een skelet. Architectuur, gebouwen: er worden gewoon skeletten neergezet die vervolgens langzaam gaan afbrokkelen en die we dan gaan onderhouden. is er ook groeiende architectuur mogelijk? Kunnen we ook op die manier nadenken? Kan ik bijvoorbeeld met 3d-print-botjes wanneer ik gezinsuitbreiding heb, en een nieuw kind heb gekregen in mijn gezin, dat er dan ook een kamer aan mijn huis groeit? Oké, dit is farfetched, alleen je zou het eigelijk wel willen. Dat je op die manier de stad ook meer als metabolisme gaat zien.

Dromen en nachtmerries naast elkaar

Vanuit die gedachte denk ik vaak. Sommige van de dingen die ik noem die lijken extreem surrealistisch, die zijn ook technisch niet haalbaar. Maar ik denk ook dat iedere innovatie, of iedere technologie begint bij een droom of een visie. Die moet je eerst hebben. Je moet tijd besteden om te denken van: ‘Goh, hoe zou het zijn om hier in te leven?’ Dat hoeft niet alleen over dromen, dat mag ook over nachtmerries gaan. Want juist het feit dat we juist onze dromen en nachtmerries naast elkaar kunnen zien maakt ook dat we meer grip krijgen en dat we veel beter kunnen kiezen van: ‘Dit is dus de droom. Dit willen we, En die kant gaan we op.’ En waar kom je dan uit? Ik hoop dat het lukt om een pad te vinden waarin we dus co-evolueren met die technologie maar wel op een manier die bevredigend is, niet alleen voor de mens maar ook voor de planeet als geheel. En als dat lukt, dan hebben we wel iets gedaan waar we echt trots op kunnen zijn denk ik. Ik zou nu al wel een kijkje willen nemen, al sik in een tijdmachine zou mogen stappen, en je hebt maar één ticket, je mag maar één keer reizen. Waar zou je dan naar toe gaan? Ik zou het moeilijk vinden om te kiezen. Aan de ene kant zou ik heel graag persoonlijk willen meemaken hoe het nou was als jager-verzamelaar. Dan zou ik terug gaan heel ver in het verleden. Laten we zeggen 40.000 jaar geleden. En dan helemaal ervaren hoe het is in zo’n tribe van maximaal 150 mensen als jager-verzamelaar te leven. Hoe werkt werk? Hoe werkt vrije tijd? Is er dezelfde liefde tussen mensen of is daar ook iets veranderd? Hoe voed je jezelf?

Nou ja, als je vijf kinderen hebt dan zullen er misschien drie van de vijf nooit de leeftijd van tien jaar oud bereiken omdat we toen niet al die medische zorg hadden. We waren gewoon ook kwetsbaarder. Dat lijkt me wel heel spannend om daar te leven. En toch, als ik zou mogen kiezen, om een ticket in een teletijdmachine te nemen, dan zou ik toch vooruit gaan. Ik zou graag willen zien of we het goed hebben gedaan. Ik zou bijvoorbeeld naar 100.000 jaar in de toekomst gaan. En dan op aarde. Ik neem aan dat de aarde er dan nog is, over 100.000 jaar. We weten dat natuurlijk niet. Kan ook ontploft zijn. Maar die aarde zou er denk ik zo fundamenteel anders uitzien. Ik weet ook niet of er nog mensen zullen zijn. Ik hoop het wel. Of in ieder geval iets in het verlengde van mensen. Wat uiteraard zich weer heeft doorontwikkeld. Ik zou het wel mooi vinden als, wanneer ik dat ticket zou nemen naar 100.000 jaar in de toekomst dat ik iets van een mens daar in zou herkennen. Ik denk dat ik teleurgesteld zou zijn als het gewoon een kaal Marslandschap zou zijn. Maar ik zou het ook heel vreemd vinden als er dezelfde mensen rondliepen als nu. Dat gaat zeker niet gebeuren. Want het is duidelijk dat, hoewel het verleidelijk is om te denken dat wij het eindpunt van de evolutie zijn. Dat ooit de microben, de vissen op het land zijn gaan leven om vervolgens als moderne mens over te blijven en dan, tada! Dit is het eindpunt van de evolutie. Dat gaat zeker niet gebeuren. Dus die mens, die gaat veranderen. En ik zou superbenieuwd zijn wat er nog voor menselijkheid, of sporen van menselijkheid te herkennen is op aarde, over 100.000 jaar. Dat zou ik heel graag zien.

--

--

Marcel Kampman
Happyplaces Stories

Creates space and matter, and places that matter, in the universe of infinite possibility. Founder of Happykamping & Happyplaces Project, author, sense maker.