Hoe Oscar Kneppers ruimte maakt door zwaartekracht te voelen

Happyplaces stories (video)

Marcel Kampman
Happyplaces Stories
18 min readMar 11, 2020

--

Ik zag op het Instagram account van Almost Perfect, een ‘retreat space for creative individuals’ in Tokio gerund door Luis Mendo en zijn vrouw, een bericht dat Oscar Kneppers daar een presentatie zou geven. Toevallig ook nog in de periode dat ik er zou zijn. Luis had ik ook al benaderd, voor koffie, bijklets en ook om zijn verhaal vast te leggen. Ik had jaren geleden al herhaaldelijk contact gehad met Oscar, maar op de een of andere manier was het nooit tot afspreken gekomen. En plop, ineens is hij in Tokio in dezelfde periode als ik. Soms moet je dus ver weg om mensen van dichtbij te kunnen spreken. Dat had ik al wel eerder geleerd dat het zo werkt. Dat wanneer je samen reist of uit je normale omgeving bent er ineens de tijd is die wanneer iedereen in zijn dagelijkse realiteit, ritme en omgeving is, niet of nauwelijks is. Dan verdwijnt alle ruis naar de achtergrond, wordt horen ineens luisteren en kijken ineens zien en heeft tijd ook een heel andere waarde. Ook nu. We troffen elkaar in Almost Perfect, samen met Luis. Wat ik toen leerde was dat Oscar de weken daarvoor dat als zijn schrijf- en verblijfsplek had gehad om letterlijk afstand te nemen van waar hij vandaan kwam, de juiste ruimte te hebben om mogelijk te vinden waar naartoe hij zou willen gaan.

Oscar startte in 1998 met Emerce (blad, website, event) over online business. Dat ging goed tijdens de internethype van eind jaren negentig, slecht in 2003. Startte met Bright (blad, evenement videokanaal, tv). Na een sabbatical richtte hij in 2011 Rockstart op tot hij stopte, een bedrijf dat tech startups helpt succesvol te zijn. Nu zat hij in Tokio te bedenken wat het volgende zou moeten zijn. Opnieuw iets op het gebied van technologie en start-ups? Nee, geheel niet. Er was geen mooier moment en plek hem te treffen dan precies op dit moment en precies op die plek. Waarbij alles open ligt, de ruimte maximaal is, alles kan. In Tokio, een omgeving die volledig anders is en daardoor elke interactie, uitzicht, inzicht onversneden inspiratie is. Letterlijk en figuurlijk op een kruispunt, ergens vandaan, maar met de mogelijkheid om alle kanten op te kunnen.

This transcript is edited for clarity and length.

Opnieuw op een kruispunt

Ik sta nu op de kruising waar ik afgelopen maanden sinds 31 december 2019 — de laatste dag van vorig jaar, de dag nadat ik hier was aangekomen, nu bijna twee maanden geleden — elke dag op uitkeek. Dat ik nu gewoon midden op straat sta, is eigenlijk heel bizar. Dat komt omdat er een vrouw was die hier op een dag stond. Ik zat te schrijven zoals elke ochtend, zij stond hier bijna een uur met de rug naar mij toe die kant op te kijken. Omdat daar niks gebeurde, maar toch iets. Pas een uur later werd ze door iemand die ze kende gehaald en ging ze naar binnen. Ik hoorde later dat ze niet helemaal bij haar positieven was. Maar ze inspireerde mij enorm, want zij stond hier gewoon en iedereen ging om haar heen. Niemand zei dat ze daar niet mocht staan, of dat het niet klopte. Daardoor durf ik hier nu te staan, terwijl het eigenlijk best een druk kruispunt is.

Vandaag is het toevallig een feestdag. Het is maandag, maar het is een nationale feestdag vanwege de verjaardag van de keizer. Daardoor is het nu niet zo druk. Ik heb deze plek, deze kruising zo’n 50 dagen lang elke dag bekeken. Voor mij was dit de plek waar ik een nieuw begin aan het maken was dit jaar. Maar ook een begin aan het maken was voor wat hierna gaat komen nadat ik een heel lange periode had afgesloten van een jaar of twee, drie. Afscheid nemen van mijn vorige bedrijf waar ik al een tijdje weg was. Een paar andere dingen, midlife dingen. Ik probeerde een soort… Geen idee, kwijt te raken denk ik. Veel aandacht aan privé besteed. Toen dacht ik: ‘Ik moet naar een plek gaan waar ik helemaal weg ben, zodat ik me helemaal kan concentreren op wat ik hierna ga doen.’ Ik had niet echt een idee, maar ik had wel een soort sensatie van iets waar ik aandacht aan wilde besteden. Achteraf bleek te keus voor Tokio heel erg goed, omdat ik me wilde gaan verdiepen in ambachten.

Ik zocht ruimte om me te laten overvallen denk ik. Of om toevallig over iets te struikelen. Ik dacht: ‘Ik hoef er maar één ding voor te doen, en dat is ergens naartoe gaan waar niets vanzelfsprekend is zoals ik dan ken.’ Waar je fietst aan de linkerkant, in plaats van aan de rechterkant van de straat. Hoe je met elkaar omgaat, wat je eet, de taal, het kanji schrift. Alles is zo anders, dat ik dacht: ‘Ik ben dan zo gewend om de niet vanzelfsprekende dingen te doen, dan kom ik vanzelf wel tot iets.’

Ruimte vinden

Ik altijd ben bezig geweest met technologie, vooral de afgelopen 25 jaar. Toen ik de beslissing had genomen om in Tokio te gaan wonen voor een paar maanden, realiseerde ik me dat ik 25 jaar geleden in San Francisco ben gaan wonen. Toen had ik een baan en werkte ik voor een grote uitgeverij. Die hadden een uitwisselingsprogramma. Daardoor kon ik ineens in San Francisco wonen en op de redactie van MacWorld werken, waar ik toen in Nederland de hoofdredacteur van was. Ik had behoefte aan ruimte, behoefte aan nieuwe beweging in mijn leven. Toen vroeg ik aan mijn directeur: ‘Ik wel eigenlijk wel naar Amerika, een half jaar.’ Hij zei toen: ‘Een half jaar kan ik je niet missen. Dan kan ik je ook voor altijd wel missen. Maar we hebben een uitwisselingsprogramma, dus je kan een paar maanden weg.’ Ik geloof dat ik een maand of twee maanden later, ik weet het niet meer precies, daar woonde. Een appartement op Russian Hill, uitzicht op Alcatraz en als ik op het dak stond, de Golden Gate Bridge. Ik kon het bijna niet geloven toen ik er was, dat ik er zat. Ik heb me toen helemaal ondergedompeld in Silicon Valley.

Ik werkte mee aan de lancering van MacWorld door html-dingen te doen. Wat ik niet kon, maar dat maakte me niet zoveel uit. Ik had mijn ticket binnen. In de tijd die ik voor mezelf had, die ik daarvoor vrij maakte, ben ik allemaal mensen gaan bezoeken. Om wat ik toen nog zag als het geheim van Silicon Valley te decoderen door met mensen te praten. Toen ben ik nog geweest bij een van de oprichters van Yahoo!, David Filo. Die heel erg vermoeid na een avondje doorwerken aan een tafeltje zat en me uitlegde wat ze deden. Zo probeerde ik een beetje Silicon Valley te decoderen. Pas toen ik de beslissing had genomen om in Japan te gaan wonen voor twee maanden, om me te richten op wat hierna gaat komen, bedacht ik me: ‘Verrek, ik heb hetzelfde gedaan 25 jaar geleden. Die reis van een paar maanden in de zomer van 1995 heeft mijn agenda bepaald voor de 25 jaar daarna.’

Ondernemerschap, innovatie, internet, technologie. Ik had afgelopen twee jaar het gevoel dat ik die beker helemaal had leeggedronken. Ik heb in de journalistiek en tech-media gewerkt als verslaggever, redacteur, eindredacteur en uitgever. Vervolgens ben ik ondernemer geweest op dat terrein. Eerst als uitgever met mijn eigen uitgeverij, heb toen de ritjes gemaakt die dan allemaal worden gemaakt naar Silicon Valley. Opzetten, team erop, er iets serieus van maken en dat ook nog weten te verkopen de eerste twee keer. Die beker was gewoon leeg. Ik was er niet klaar mee, maar ik had ruimte voor iets anders. Ik had er ruimte voor, maar ik zocht er ook ruimte voor. Om me te laten overvallen denk ik. Of om toevallig over iets te struikelen. Ik dacht: ‘Ik hoef er maar één ding voor te doen, en dat is ergens naartoe gaan waar niets vanzelfsprekend is zoals ik dan ken.’ Waar je fietst aan de linkerkant, in plaats van aan de rechterkant van de straat. Hoe je met elkaar omgaat, wat je eet, de taal, het kanji schrift; alles is zo anders, dat ik dacht: ‘Ik ben dan zo gewend om de niet vanzelfsprekende dingen te doen, dan kom ik vanzelf wel tot iets.’

Ik begon behoefte te krijgen aan zwaartekracht. Aan dingen die echt zijn. Die je kunt voelen. Ik had me ook gerealiseerd dat alles in mijn leven wat ik tot dan toe had gedaan niet door me heenging, dat voelde ik wel, dat gebeurde in mijn hoofd. Dat voelde ik niet door mijn handen gaan.

Zwaartekracht

Ik had een sensatie van een paar dingen die me al wat op het spoor hadden gezet van ambachten. Als je kijkt naar wat ik de afgelopen 25 jaar heb gedaan, dan zou je kunnen zeggen dat daar geen ambacht bij komt kijken. In zekere zin wel natuurlijk, maar dat was vooral ‘everything fast, everything digital’ in een tijd waarin ook nog eens alles ‘disposable’ blijkt te zijn. Ik begon me te realiseren dat ik behoefte begon te krijgen aan zwaartekracht. Ik weet nog goed dat ik in de zomer met het hele Rockstart team, mijn bedrijf waar ik toen nog zat, in Colombia was. Daar gingen we net een filiaal openen, een ‘accelerator’ beginnen. Daar vertelde ik aan een Amerikaanse collega dat ik het gevoel had dat ik de zwaartekracht niet kon voelen. Dat ik daar in mijn leven was op een plek waar ik niet meer voelde dat ik er was. Dat vond ik toen heel geweldig. Want ik voelde me heel licht en ik was allerlei dingen aan het doen die me min of meer denk ik aan het losweken waren van alles wat ik eerder had gedaan. Ik voelde me zweven. Dat was heel prettig. Maar ook niet verantwoordelijk als het ware, heel vrij. In die twee jaar daarna, in 2017/18 merkte ik dat ik behoefte begon te krijgen aan zwaartekracht. Aan dingen die echt zijn. Die je kunt voelen. Ik had me ook gerealiseerd dat alles in mijn leven wat ik tot dan toe had gedaan niet door me heenging, dat voelde ik wel, dat gebeurde in mijn hoofd. Dat voelde ik niet door mijn handen gaan.

Voor de verandering

Ik ben ik tien jaar geleden met mijn gezin in Spanje gaan wonen, in de Pyreneeën. Ook om ruimte te maken. Dat had een heel andere achtergrond. Ik had net mijn uitgeverij Bright verkocht en mijn schoonmoeder was overleden. De moeder van mijn vrouw, zij waren heel hecht. Zij had altijd gezegd: ‘Het ergste wat me kan gebeuren is dat mijn moeder overlijdt.’ Ze kreeg kanker en een maand later was ze dood. Dat was voor haar het begin van een heel grote verandering waarbij ze zich realiseerde dat ze meer tijd wilde besteden aan bepaalde dingen dan de dingen die ze deed. Ze hielp kleine creatieve bedrijven helpen met finance en operations. Ze realiseerde zich dat alle geldproblemen die ze voor haar klanten aan het oplossen was, zorgde dat zij er slecht van sliep. Terwijl het niet haar geld was, dus eigenlijk andermans probleem. Maar ze voelde zo verantwoordelijk… Het betekende dat ze in naam van haar opdrachtgevers, hele goede creatieve mensen, om meer te doen voor minder geld. Dat ervaarde ze als ‘bad karma’. Begrijpelijk en terecht. Toen besloot ze, toen we daar een half jaar in de Pyreneeën echt geïsoleerd woonden echt in een dorpje van niks en waar we onze kinderen zelf les aan het geven waren, dat ze dat niet meer wilde. Dat ze wat anders ging doen.

Toen besloot ze, toen we daar een half jaar in de Pyreneeën echt geïsoleerd woonden echt in een dorpje van niks en waar we onze kinderen zelf les aan het geven waren, dat ze dat niet meer wilde. Dat ze wat anders ging doen.

Het kostte haar twee jaar om te ontdekken dat ze kleermaker wilde worden. Ze was eerst aan het experimenteren met papier en textiel, met tactiele dingen. Ineens wist ze: ‘Ik wil kleermaker worden.’ Dat is negen jaar geleden. Toen werd ze kleermaker en heeft ze een opleiding gedaan in Amsterdam. In december 2016, drie jaar geleden, waren we in Tokio. Ik was uitgenodigd om hier te komen spreken en had haar meegenomen. We zijn toen naar de modeacademie hier gegaan, het Bunka Fashion College. Toen we daar binnenkwamen voelden we al dat het een Walhalla was. De creativiteit die je voelde, waar je mensen met hun handen werkend bezig zag. Om een gegeven moment zaten we in de kantine, omringd door jonge hele mooie mensen die zo geconcentreerd bezig waren. Vijf of tien minuten voordat het dicht ging, ontdekte Anoek, mijn vrouw, een ruimte waar ze stoffen verkochten met overschotten van stoffen. We liepen daar samen nog even snel doorheen. Toen zei ze: ‘Kijk dit!’ Ik zag het ook meteen: dat was een donkerblauwe dikke wol. We dachten beide hetzelfde, namelijk: ‘Hé, die wol doet me denken aan de wol van een overshirt wat ik ooit had, van Stone Island, al 25 jaar geleden.’ Een hele dikke. Dat was een van mijn eerste overshirts die ik ooit had gehad. Dat was zo’n ding waar ik altijd in leefde. Ze kocht die stof, naam het mee naar huis en ging op een hoop stoffen in plastic Ikea kratten waar allerlei overshot stoffen van Dries van Noten en anderen in zaten. Zo ook deze stof.

Dit is belangrijk

Fast forward. Twee jaar geleden op mijn verjaardag kreeg ik het overshirt dat ik nu aan heb. Gemaakt van die stof. Ik was zo verrast, omdat ik wist dat het een soort eigen interpretatie was van dat stuk wat ik jaren geleden had gehad. Maar ook het verhaal dat we allebei hadden van Japan eind 2016 en de lading die het had. Toen ik dit shirt voor het eerst aantrok, toen voelde ik iets wat je natuurlijk voelt als je iets krijgt van iemand van wie je houdt, iets bijzonders. Maar ik voelde ook iets anders. Ik heb dat later steeds proberen te vatten. Maar ik wist: het was een belangrijk moment. Niet vanwege alleen de verrassing en het verhaal, maar ik voelde iets anders dan bij elk ander cadeau dat ik van iemand anders kon krijgen. Dat bleef een beetje plakken. Ik weet nog dat ik dacht: ‘Dit is belangrijk, dit moet ik onthouden.’ Zoiets dergelijks. Dat was op mijn verjaardag in 2018. Toen ik na ging denken over wat anders te gaan doen want ik was Rockstart aan het verlaten, daar wilde ik uit, toen dacht ik: ‘Stel nou dat je je altijd bewust bent van degene die de spullen die je gebruikt heeft gemaakt. Dat de tafel waaraan je zit, dat die is gemaakt van de plataan van de Nassaukade waar ik woon, een boom is die ik altijd heb gezien, dat daar de tafel van gemaakt is waaraan ik zit. Die tafel zou ik nooit weggooien. Of op straat zetten. Die zou ik altijd houden. Als je hem niet houdt, dat zou je hem aan iemand cadeau geven of maak je er misschien nog een broodplank van. Omdat je het verhaal van dat hout kent.’

Als je bewust bent van de oorsprong van dingen, waar het vandaan komt, wat het verhaal is van degene die het heeft gemaakt, dan kom je in de buurt van de ziel van de maker en van het product. Het product heeft daarmee een ziel.

Dit shirt zou ik nooit weg doen natuurlijk. Ik zou het op dragen. Ik zou het zelfs als het niet meer gedragen kan worden iets met de stof doen. Toen ben ik door gaan denken: als je bewust bent van de oorsprong van dingen, waar het vandaan komt, wat het verhaal is van degene die het heeft gemaakt, dan kom je in de buurt van de ziel van de maker en van het product. Het product heeft daarmee een ziel. In dat ongestructureerde denkproces waar ik alle tijd voor had, ging ik me steeds meer realiseren dat alles waar liefde, tijd en aandacht in is gestoken, dat elk ambacht dat heeft. Ik had dat woord ‘ambacht’ al zo vaak gehoord van Anoek, dat het eerst duizenden uren kost om het in haar vingers te krijgen en het vervolgens nog duizenden uren kost om dat wat in haar vingers zit uit haar vingers te krijgen. Dat vond ik zo’n mooie gedachte, zo klein, zo sterk, zo’n bewijs van zwaartekracht, zo bijzonder.

Oorsprong

Ergens afgelopen half jaar dacht ik: ‘Stel dat ik in staat zou zijn om ergens een verband te leggen tussen maker en gebruiker, dat is vast interessant.’ Maar ik had geen idee wat daar dan mee te doen. Nog steeds niet. Toen bedacht ik me om het simpel te houden: ‘Ik hoef er alleen maar over na te denken en het in een vorm te gieten waarmee ik er alle kanten mee op kan. Waarmee ik in ieder geval het handen en voeten kan geven. Het een oorsprong kan geven. Met een beetje geluk kan ik er een manifesto uit halen wat beschrijft of weergeeft wat ik voel. In het beste geval heb ik dan een document waar ik regelmatig naar kan kijken, maar dan heb ik de eerste stap gezet en dan komt daarna de rest vanzelf wel. Zelfs als er dan niks komt, blijft het akelig stil, dan heb ik in ieder geval een stap gezet van de plek vandaan waar ik was.’ Toen besloot ik dus om naar Tokio te gaan en daar ga ik elke dag schrijven.

Ik heb me altijd helemaal ergens in gestort. Als ik er dan middenin zat dan voelde ik altijd dat er allemaal dingen aan me werden gehangen, waarvan ik dacht: ‘Ik doe dit alleen maar, ik ben dit niet, ik doe dit. Ik doe dit nu, maar misschien vind ik er over maand wel niks meer aan en dan wil ik er niet meer aan herinnerd worden.

Ik realiseerde me ook dat ik dat altijd wil. Ik heb me altijd ergens helemaal in gestort. Als ik er dan middenin zat dan voelde ik altijd dat er allemaal dingen aan me werden gehangen, waarvan ik dacht: ‘Ik doe dit alleen maar, ik ben dit niet, ik doe dit. Ik doe dit nu, maar misschien vind ik er over maand wel niks meer aan en dan wil ik er niet meer aan herinnerd worden. Maar misschien over een jaar. Misschien doe ik het over 30 jaar nog.’ Maar ik kon altijd wel met heel veel bewondering kijken naar mensen die iets 30 jaar konden doen en dan nog steeds hetzelfde deden. Ik had dat nooit gekund. Ik wilde altijd spelenderwijs nieuwe dingen proberen.

Diep voelen

Ik heb toen op deze plek, een beetje rechts bezien vanaf waar ik nu sta, naar buiten zitten kijken en elke dag geschreven, gelezen, me verdiept, rondgelopen en de cultuur in me opgenomen. Daar is een manifesto uitgerold wat ik op 28 februari hier voor het eerst heb voorgelezen voor 35 mensen. Toen was het klaar. Toen dacht ik: ‘Zo, nu heb ik het opgeschreven, nu ga ik eens kijken wat er waar van is.’ Ik ben de afgelopen twee weken naar Kyoto gegaan, naar Osaka, en heb ik heel veel mensen gesproken soms uit de derde, vierde, vijfde en soms zelfs tiende generatie familiebedrijven met hele specifieke ambachten. Ik merkte, als ik dan met mensen sprak en ze kon uitleggen wat ik aan het doen was en zei spraken over wat zij deden, dat ik regelmatig door emoties werd overmand. Omdat ik zo voelde wat ze zeiden. Ik voel het nu weer. Het kwam zo van een diepte die ik niet kende. Ik dacht altijd dat ik me wel iets kon eigen maken. Dat lukte dan wel. Als het dan niet lukte, dan blufte ik me er wil een beetje in. Dan kwam ik wel ergens.

Ik merkte, als ik dan met mensen sprak en ze kon uitleggen wat ik aan het doen was en zei spraken over wat zij deden, dat ik regelmatig door emoties werd overmand. Omdat ik zo voelde wat ze zeiden. Ik voel het nu weer. Het kwam zo van een diepte die ik niet kende.

Ik leerde uit al deze gesprekken dat al die mensen soms in stilte in kleine ruimtes, sommige wel 50 jaar lang, op hun knieën zaten te werken. Dat ze op dezelfde plek, hetzelfde ding deden met zoveel eer en eerbied, genoegen en plezier en geluk iets deden, dat wanneer ze er over spraken het dwars door me heen ging. Toen dacht ik: ‘Ja, dit is echt.’ Dat wist ik in ieder geval zeker. Ik merkte ook dat wat ik in het manifest probeerde te vatten, die behoefte aan zwaartekracht was. Mijn aanname of hypothese, het klinkt wat technischer misschien dan dat hoe ik het bedoel, maar we zijn zo het gevoel van zwaartekracht kwijt geraakt. Of aan het kwijtraken. Het verhaal van ambachten gaat niet over het redden van die familie die het al jaren heeft gedaan, die nu door het putje gaat door allerhande ontwikkelingen. Dat is helemaal niet het verhaal. Het verhaal van ambachten gaat over dingen die zo echt zijn, die zo diep voelen. Over het verlangen van iedereen die iets koopt niet om het weer weg te gooien, maar om het te gebruiken voor de rest van je leven en mogelijk daarna. Daar zit zoveel vreugde in liefde in. Wat een mooie betekenis kan het dan hebben. Daar moet het zich ergens gaan afspelen.

Ik heb hier in Tokio daar echt de ruimte voor gevonden. Ik heb veel momenten van wanhoop gehad, daar achter het glas, uitkijkend over deze straat terwijl het leven aan me voorbij ging met de rituelen van elke dag. Met mensen die haastend naar kantoor gingen. Het hele gewone leven. Deze plek, dit uitzicht achter me, die straat, dat vergezicht, dat gekke perspectief en al die kabels, dat zal voor mij altijd heel erg hangen aan wat hier is uitgekomen. Ik probeer, zo vrijblijvend als ik altijd graag probeer te zijn, het niet te zwaar te beladen met allerlei verwachtingen maar gewoon maar eens te zien wat hier uit gaan komen. Misschien praten we er over een paar weken nooit meer over, misschien komt er nog wel wat uit ook.

nl/minato is an educational platform that aims to create a dialogue from social, political and cultural perspectives. In this programme, the Embassy of the Kingdom of the Netherlands and Shibaura House, as well as various groups in the Minato-ku area, collaborate to organise events to make Minato-ku and its neighbouring area a stage for study, with citizen participation and lively discussions.

Thank you for taking the time to read the article and/or watch the video. I hope that you enjoyed it. If you did, don’t forget to hit the clap button (the icon of the hands below or on the left side of your screen) so I know I connected with you. Follow me here on Medium to automagically see new stories pop up on your Medium homepage. Or follow me on LinkedIn, I also share updates and stories there. Thank you for your support!

--

--

Marcel Kampman
Happyplaces Stories

Creates space and matter, and places that matter, in the universe of infinite possibility. Founder of Happykamping & Happyplaces Project, author, sense maker.