Anne-Lisa van Maastricht
Beeld: Fleur van Engelenburg

“Echt ongelukkig heb ik me ook nooit gevoeld denk ik. Ik ben altijd wel tevreden.”

Fleur
6 min readDec 2, 2022

Fleur van Engelenburg

5.. 4.. 3.. 2.. 1… wie niet weg is, is gezien! Ik kom!

Ze was altijd buiten, want binnenspelen vond ze niks aan. Behalve lezen. Zo ging ze dagelijks langs de deuren om vriendjes op te halen voor spelletjes in de buitenlucht. “Ik was een soort leider, met een best wel grote mond. Ik besloot voor iedereen in welk team ze moesten spelen, ik bedacht de regels, maar zelf hield ik me er dus niet aan. Ik zei dan dat we niet achter het bergje bij de weg mochten verstoppen, maar ik ging altijd juist daar zitten” antwoordt Anne-Lisa van Maastricht op de vraag welk type kind zij vroeger was. Vooral op verjaardagen werd er veel verstoppertje gespeeld en verstopte kleine Anne-Lisa zich dus achter het bergje waar niemand kwam zoeken. “Dan ging de visite uiteindelijk allemaal naar huis en moest mijn vader me in een chagrijnige bui nog zoeken.”

Verjaardagen werden dus vooral met vrienden gevierd, want de familie woont ver weg. Buiten opa’s en oma’s om was er eigenlijk nooit familie bij het uitblazen van de kaarsjes. “Ik heb ook best wel een grote familie, dus we vierden de verjaardagen eigenlijk nooit samen. Daarom zit ik er ook niet mee denk ik, ik weet niet anders.” De Edenaar haalt haar schouders op. Anne-Lisa’s ouders zijn opgegroeid in Overijssel en daar woont dan ook de hele familie nog. Voor hun werk zijn haar ouders naar Ede verhuist. Zo zijn ze de enige die ver weg wonen. Haar vader was de jongste in het gezin — een nakomertje — wat haar nichten en neven een stuk ouder maken dan haarzelf. “Ik heb wel goede band met nichten en neven, maar ik ken ze niet heel goed door de lange afstanden. Ook is er gewoon een groot verschil tussen onze levens. Zij hebben al kinderen en een vaste baan, zo ver ben ik nog niet.”

Een échte boekenwurm
Op de basisschool had Anne-Lisa veel vrienden. Tot op de dag van vandaag zijn ze nog steeds bevriend en zien ze elkaar vaak in de kerk. “De basisschool verliep ook prima, ik was een goede leerling” vertelt Anne-Lisa. Als kind las de beginnend journaliste heel veel. “Elke vrijdagavond ging ik samen met mijn vader naar de bieb, met twee grote bigshoppers. Met mijn kinderpasje mocht ik maar 5 boeken meenemen, dus ik mocht altijd het pasje van mijn vader lenen, voor nog meer boeken. Ik las per week wel 20 boeken uit.” De rust van het lezen van een boek, is ook de energie die Anne-Lisa uitstraalt. Ze is relaxed en ziet wel waar het leven haar brengt. Tegenwoordig leest Anne-Lisa een stuk minder. “Ik neem er de tijd niet meer voor en ik heb het ook te druk met andere dingen zoals mijn studie en werk.”

Hoewel Anne-Lisa dus zeer positief op de basisschool terugkijkt, weet ze ook nog dat ze blij was om naar de middelbare school toe te mogen. “Ik had zin in een nieuwe start en ik was natuurlijk erg enthousiast om ouder te worden” vertelt Anne-Lisa met een glimlach op haar gezicht, overduidelijk terugdenkend naar die tijd.

De middelbare school begon voor de 19-jarige met het vmbo, met daarna nog twee jaar havo erachteraan. Door haar keuze in school moest ze het alleen avonturieren. “Nee, dat vond ik niet zo erg. Ik ben wel nuchter in dat soort dingen” zegt Anne-Lisa rustig. “Ik maak ook wel makkelijk nieuwe vrienden, dus ik had ook niks om bang voor te zijn. Daarnaast vond ik het wel lekker een nieuwe start te mogen maken.”

Op het vmbo maakte ze dan ook snel nieuwe vrienden, al spreekt ze op haar beste vriendin na daar nu niemand meer van. Ze vloog door de opleiding heen. “Ik heb nog nooit een onvoldoende gehaald daar.” Doordat ze de eindcito op de basisschool slecht had gemaakt — behalve het gedeelte taal — werd ze door haar leraar geadviseerd om vmbo te gaan doen. Dat deed ze met twee vingers in de neus. “In klas één vertelde ze mij dat ik ook best naar de havo had kunnen gaan, maar omdat ik zo’n leuke klas had, heb ik dat afgekaatst.” Ze ging na vier jaar samen met een ander meisje vanuit het vmbo naar de havo. “Tijdens die vier jaar vmbo had ik helemaal niks met haar, maar nu zitten we samen in een vriendengroep. We zijn een beetje samen opgeroeid.”

De keuze om na het vmbo ook nog havo te doen, was omdat ze journalist wilde worden. Haar hele basisschool tijd had ze rechercheur willen worden, “Ik wilde echt graag bij de politie, dat lijkt me nog steeds ook heel leuk.” Maar toch heeft ze gekozen voor de opleiding Journalistiek. “Ik hou ook ontzettend van schrijven en heb zo dus in klas één bedacht: ‘ik word journalist.’” Zo verliep ook de havo niet al te moeilijk. Met acht verschillende examenvakken, sloeg ze bijna cum laude, op 0,2 na. “Maar dat was niet mijn streven dus ik zit daar niet zo mee.” Tijdens de twee jaar havo, ontwikkelde Anne-Lisa weer nieuwe vriendschappen. “Hoewel we ver uit elkaar wonen, spreken we elkaar wel nog en gaan we zelfs vaak een paar dagen weg met zijn allen.”

Toen kwam het HBO, in de vorm van journalistiek. “Hier had ik echt veel zin in. Ik was helemaal klaar met de middelbare school na zes jaar.” Ze had zin in iets nieuws.

“Nu in het tweede jaar ben ik op mezelf gaan wonen in Wageningen, samen met twee vriendinnen die ik ken van de studentenvereniging. We hebben het ontzettend leuk.”

Het streven van het leven
Een echt voorbeeld in de journalistiek heeft ze niet. “Ik kijk niet zo op tegen mensen, ook niet eens tegen mijn ouders. Wel is Jezus natuurlijk een voorbeeld voor mij en mijn manier van leven.” Ze gelooft niet dat er iemand is op deze wereld die volledig goed is. “Iedereen doet zonde, niemand is volkomen volmaakt.” Anne-Lisa denkt dat ze pas zelf volmaakt kan zijn in de hemel. “Ik leef hier op aarde, omdat God mij hier heeft neergezet om mijn talenten te uiten nu ik hier ben. En ik mag er wel van genieten, maar dat is niet het uiteindelijke doel. Het doel is waar kom je hierna?”

Een belangrijk doel in haar leven is dan ook de kerk, zo gaat ze samen met haar ouders elke zondag twee keer. ’s Ochtens en ’s avonds. Tenzij ze moet werken — wat zo af en toe wel eens gebeurt — dan gaat ze alleen naar de avonddienst. Er is geen preek die haar echt is bijgebleven, ze zijn allemaal speciaal op hun eigen manier. Wel heeft ze altijd ervaren dat ze goed zat in de kerk en heeft ze nooit aan haar geloof getwijfeld. “Het maakt naar mijn beleving ook niet uit naar welke kerk je gaat, ik denk niet dat er één kerk is die helemaal goed is.” De kerk waar Anne-Lisa naartoe gaat is onderdeel van de Protestantse Kerk Nederland, ook wel de PKN. “De PKN is heel breed. Wij zijn onderdeel van de gereformeerde bond, dat is de wat strengere kant. Ik vind alleen niet dat dit zo voelt in de kerk.”

Later… als ik groter ben
In de toekomst wil ze niet voor altijd dezelfde baan blijven hebben. “Ik zou niet na mijn studie een baan kunnen vinden waar ik tot mijn pensioen zou blijven werken. Ik wil niet tot mijn 70e hetzelfde werk blijven doen.” Maar een echt duidelijk plan voor de toekomst heeft ze ook nog niet, zo lang het maar niet een baan in de harde nieuws wereld gaat worden. “Ik heb geschiedenis altijd al interessant gevonden, dus misschien dat ik na deze opleiding nog een master daarin zou willen doen”, ze haalt haar schouders op, wat aangeeft dat haar leven nog alle kanten op kan gaan. Op journalistiek gebied is ze vooral geïnteresseerd in — de schrijvende kant van — onderzoeksjournalistiek en misdaadjournalistiek. “De interesse voor het worden van een misdaadjournalist komt vanuit die kinderdroom om rechercheur te worden.”

Een nieuwe Peter R. de Vries zal ze niet worden. Ze wil bekend zijn van naam, maar niet van gezicht. “Ik hoef niet heel bekend te worden. Herkenning op straat lijkt me echt vreselijk.” Door de vertrekking in haar gezicht is af te lezen dat zichtbaar bekend zijn echt iets is wat van haar niet hoeft.

Ze is gelukkig. “Echt ongelukkig heb ik me ook nooit gevoeld denk ik. Ik ben altijd wel tevreden. Natuurlijk kan het altijd beter, maar ik heb nooit in een dip gezeten.” Een cijfer geven aan haar leven doet ze niet, uit principe voor een haat naar dat soort vragen. Anne-Lisa zit op haar plek in het leven en kan niet komen op iets wat haar nu nog gelukkiger zou maken.

--

--