Relativeren kun je leren

Christan Hakkert
Invisible Cities NL

--

Mark Oogjes is een prettige aanwezigheid binnen de opleiding journalistiek en hij beweegt zich kalmpjes voort binnen zijn jaarlaag. Zelden zal je hem dingen op zien schudden onder zijn klasgenoten. Waarom is dat zo? Hij is er in ieder geval een stuk bewuster van dan op het eerste gezicht lijkt…

Even kennis maken

Mark Oogjes is 21 jaar oud, woont in Duiven bij zijn ouders in een gezin van vier en studeert journalistiek aan de Christelijke Hogeschool Ede. Hij heeft een mbo-studie facilitair leidinggevende achter de rug en studeerde daarna een half jaar communicatie aan de Hogeschool van Arnhem om erachter te komen dat dat hem niet lag. Hij maakte dat schooljaar af door te werken, en bedacht zich toen dat hij werkstukken maken voor het vak Wereld Oriëntatie altijd leuk heeft gevonden op de basisschool. Van daaruit lag de keuze voor journalistiek al vrij voor de hand. “Deze opleiding wil ik ook wel afronden,” zegt hij.

“Ik heb een goeie opvoeding gehad,” vertelt hij verder. Het was een vrije opvoeding, en volgens hem is hij op het juiste moment vrijgelaten. Deze vrijheid blijkt erg belangrijk voor hem: “Je moet je eigen leven kunnen leiden. Mijn gezin is een basis voor mij.” Daarnaast betekenen zijn vrienden veel voor Mark. “Je wordt niet voor niets vrienden,” vertelt hij. “Meestal doe je dezelfde dingen en heb je dezelfde interesses. Het principe van vriendschap vind ik belangrijker dan familie buiten het gezin. Vrienden worden omdat je hetzelfde DNA hebt, daar zie ik de logica niet van in.”

“Vrienden worden omdat je hetzelfde DNA hebt, daar zie ik de logica niet van in.”

Carrière en school

Mark zegt niet de ‘die-hard’ journalistiek in te willen. Zijn droom is om voor een productiehuis te werken dat programma’s als ‘de Reünie’ maakt. “Ik vind het leuk om op de achtergrond te werken,” zegt hij. “Ik zorg er liever achter de schermen voor dat alles geregeld is dan dat ik als presentator voor de camera sta.” Verder vertelt hij: “Ik denk dat ik in mijn journalistieke werk niet te veel mijn eigen mening door kan laten schemeren. Ik heb nooit zo wat met ‘mijn eigen kleur’, waar ze het vaak over hebben op de opleiding.” Maar aan de andere kant zegt hij met een brede glimlach: “Meedoen met een programma als Foute Vrienden lijkt me heel gaaf.”

Mark zit op een christelijke hogeschool maar is zelf niet gelovig. Zijn opa en oma zijn de enige in zijn familie die naar zijn woorden nog minimaal protestantschristelijk zijn en zijn ouders houden zich sinds het einde van hun tienerjaren niet meer bezig met het geloof. “Ik ben naar deze school gegaan omdat het in de buurt ligt en omdat het hoog aangeschreven staat,” vertelt hij. “Ik dacht dat ik een vreemde eend in de bijt zou zijn op deze school; waar ik vandaan kom is niemand gelovig. Maar dat is dus helemaal niet zo. Ik heb niet echt andere gesprekken met de mensen hier dan dat ik met mijn vrienden thuis heb. Het enige wat ik merk is dat mensen met een christelijke achtergrond bepaalde dingen in de lessen als vanzelfsprekend zien terwijl het voor mij nieuw is.”

Geloof in de klas

Op de introductiedagen van zijn opleiding wist Mark niet waar hij beland was. “Ik heb hiervoor op de HAN gezeten, en dan gingen we vaak stappen. Hier was het bij een kampvuur zitten en liedjes zingen en om 12 uur werden we naar bed gestuurd. Maar uiteindelijk viel het wel weer mee: er zit niet heel veel verschil tussen christelijke en niet-christelijke jongeren.”

Als lessen vroeg beginnen wordt er vaak een Bijbeltekst voorgelezen en gebeden in de klas. Dit vindt Mark prima. “Ik vind het bidden ’s ochtends niet gek. Ik kijk wel altijd mee, en wat me opvalt is dat sommige mensen die wel christelijk zijn soms niet meedoen. Ik vind dit interessant om te zien. Dan vraag ik me af waarom ze niet meedoen. Misschien wel omdat het een verschillende stroming van geloof is. Maar ja, ‘mensen in hun waarde laten’, hè,” zegt hij.

“Met huisje, boompje, beestje ben ik wel tevreden.”

Toekomst

“Mijn levensmotto is dat als ik tachtig ben en ik zit in een verzorgingstehuis, ik wil kunnen zeggen dat ik alles uit het leven heb gehaald wat erin zit. Ik wil lol hebben gemaakt, m’n droombaan hebben gehad en alle kansen hebben gepakt,” vertelt hij. Hij heeft een relatie van ondertussen bijna vijf maanden. “Daar zit toekomst in. Ze is alles wat ik zoek in een meid: goed uiterlijk, relaxed, zorgzaam, niet claimend en ze laat me vrij. We hebben ook onze eigen vriendengroepen.”

Over toekomstige vriendschappen zegt hij: “Natuurlijk verwateren er een paar als je ouder wordt. Ik heb iets van twintig vrienden met een paar goeie vrienden waarvan ik denk dat ik die nog ga zien als ik ouder ben. Als je later een gezin hebt met een paar vrienden om je heen dan wordt het wel erg druk als je nieuwe vrienden gaat maken. Met huisje, boompje, beestje ben ik wel tevreden.” Ook noemt hij nog: “Maar als er nu vriendschappen met ruzie zouden stoppen dan zou dat heel jammer zijn.”

Levensles

“Voor mij staat vrijheid van meningsuiting sowieso op nummer één. Als mensen zich maar binnen de norm van de wet houden, dan is het goed,” zegt Mark. “Wel volgens de Nederlandse wet. Ik begrijp het bijvoorbeeld totaal niet dat je in een ander land drie jaar in de gevangenis kan komen te zitten als je in het bezit bent van hasj. Ongeschreven regels heb je natuurlijk ook,” vervolgt hij, “maar dat verschilt per groep mensen. Hoe je in een vriendengroep met elkaar omgaat zou in een andere vriendengroep misschien totaal niet kunnen.”

Hij gaat verder: “Luisteren naar een bepaald soort muziek is ook vrijheid van meningsuiting. Maar waar ik me niet in kan vinden is dat je bijvoorbeeld zou gaan demonstreren tegen een bepaald soort muziek. Mijn belangrijkste levensles is dat je alles kan relativeren. Ik wil mensen vooral in hun waarde laten. Dat zit ook in mijn karakter,” vertelt hij. “Iedereen heeft zijn eigen referentiekader: je moet mensen een beetje met rust laten.” Aldus Mark Oogjes.

--

--