“Vaak denk ik: waar maken we ons druk om?”

Kevin van Buuren
Invisible Cities NL
4 min readDec 19, 2018

Hij denkt al na over zijn nalatenschap, 20 jaar jong. Wouter Kempenaar, als een visionair lijkt hij in de toekomst te kijken. Zijn ogen dwalen af van het gesprek. “Ik wil wel iets nalaten in de vorm van kinderen, absoluut. Prachtig lijkt me dat, om iets op de wereld te zetten van jezelf”. Een lach vormt zich op zijn gezicht. Een tekenend beeld voor de persoon die Wouter is. Ook zijn lach hoopt hij eeuwig aan zichzelf te verbinden. “Ik hoop vooral dat ik herinnerd zal worden als iemand die altijd vrolijk was”.

“Ik hoop vooral dat ik herinnerd zal worden als iemand die altijd vrolijk was”

Eenvoudige levensdoelen. Wouter doet gewoon niet zo moeilijk. Het leven lijkt zo eenvoudig te zijn wanneer het uit zijn mond komt. “Nihilistisch is niet het juiste woord, het gaat meer om nuchterheid en relativeren. Vaak denk ik: waar maken we ons druk om?”. Als voorbeeld noemt hij de letters ‘iamsterdam’, die recent in Amsterdam zijn verwijderd. Wanneer hij de letters noemt, moet hij weer lachen. “Eigenlijk wel tegenstrijdig he? Ik kan me om zoiets kleins echt druk maken, terwijl ik juist roep: maak je niet zo druk!”. Voor het eerst lijkt hij niet helemaal uit zijn woorden te komen, nu hij zijn paradoxale karakter beschrijft. “Op sommige punten ben ik ook vast wel een beetje hypocriet, maar eh… ja…”. Hij haalt op bijna nihilistische wijze zijn schouders op. Want wat maakt het eigenlijk ook uit? “Het klinkt misschien wat oppervlakkig, maar ik denk dat het leven vooral bestaat uit plezier maken en genieten.”

Ondanks dat hij zeer impulsief antwoord, lijkt alles wat hij zegt diep doordacht, bijna berekend. Wellicht een overlevingstechniek die hij vanuit huis heeft meegekregen. Wouter groeide op in Woubrugge, vlak bij Alphen aan de Rhijn. Met zijn vader, moeder, twee jongere en één oudere broer. “Of dan het rechtst van de sterkste geldt? Daar heb ik nooit zo over nagedacht…” Hij lijkt af te dwalen naar vroeger, alsof hij weer even aan het stoeien is met zijn broers. “Mijn jongere broertje, die werd toch altijd iets verwend. Dat is nu wel degene die het hardst schreeuwt om boven ons uit te komen”. Alsof hij een openbaring heeft gehad knikt hij. “ja, ik denk wel dat er een concurrentiestrijd is, maar wel broederlijk. Je bent geen vijanden. Familie is altijd een enorme basis voor liefde geweest”, concludeert hij.

Wouter in de radiostudio op zijn school, de CHE

Inmiddels heeft Wouter zijn drukke thuis verlaten. Voor zijn studie journalistiek is hij op kamers gaan wonen in Ede, waar hij zich altijd de koning van de jungle voelt. “Geweldig, die vrijheid”. Al moet hij toegeven dat het niet altijd zo soepel ging. “Eerst studeerde ik in Dronten, als 17-jarige, daar ging ik ook op kamers. Dat was heel gezellig, maar van studeren kwam weinig. Ik moet iets echt leuk vinden, anders moet ik er heel hard aan trekken”. Na een chaotische tijd besloot hij vorig jaar de studie journalistiek in Ede te gaan doen, op een andere manier: “Ik dacht, ik ga het vanuit huis doen. Weer de basis oppakken en mijn verantwoordelijkheid leren nemen. Nu zit ik weer op kamers, dat gaat een stuk beter dan de eerste keer!”. Zijn trotse glimlach verandert voor heel even in een kritische blik. “Ik studeer al drie jaar, maar heb alleen mijn Propedeuse journalistiek, daar heb ik wel een beetje spijt van, maar aan de andere kant ook veel van geleerd”.

Zijn studie journalistiek is geen voorbode voor zijn toekomst, maar wel een goede voorbereiding. Ondanks dat hij journalistiek erg interessant vindt, lijkt het hem leuker om aan de andere kant van het spectrum te staan. “Mij lijkt het veel leuker om zelf het nieuws te zijn. Niet dat ik per se het middelpunt van aandacht moet zijn hoor. Maar de politiek in, dat lijkt me wel heel leuk. Daarvoor is een studie journalistiek ook een goed opstapje”. Dat is het. Zijn zelfverzekerde manier van praten, zijn charismatische lach. Wouter is een politicus, natuurlijk. Zijn passie is van zijn gezicht af te lezen. Hij begint te stralen als een verliefd schoolmeisje. “Ik weet het niet. Het fascineert me echt! Brussel… de tweede kamer in Den Haag… daar word ik echt door gegrepen. Misschien omdat het juist zo een ongrijpbaar wereldje is. Het lijkt me prachtig om daar deel van uit te maken”.

Wouter Kempenaar, rijp voor de politiek!

Hij klinkt idealistisch, ambitieus en vaak politiek correct. Wellicht geboren om ooit met wereldleiders aan één tafel te zitten en te beginnen met: ‘luister mensen, dit gaan we doen…’. Maar beantwoorden wat hij tegen deze wereldleiders zou zeggen, is lastig. Na een lange stilte begint hij weer met zijn levensmotto. “Wat zal ik dan zeggen. maak je niet zo dr…”, hij onderbreekt zichzelf. Alsof hij zich even voorstelt dat hij daadwerkelijk aan die tafel zit, herpakt hij zich: “Ja, stop met oorlogen of zo?” Hij beseft het al direct. “Dat is heel cliché hè? Nogal idealistisch, en totaal niet realistisch”. Hij lijkt in de stilte even een spoedoverleg met zichzelf te hebben. Het leek ook een vraag die onmogelijk te beantwoorden was. Toch weet hij als een echte politicus af te sluiten: “Realisme is belangrijk, maar het is ook goed om onrealistische doelen na te streven. Dan bereik je altijd iets wat daarop lijkt, dat daar zo dicht mogelijk bij in de buurt zit.”

--

--