Leren kijken in de dovenwereld

Marlieke Kieboom
jongLAB Nijmegen
Published in
4 min readNov 17, 2015
Als je elkaar niet begrijpt is de telefoon een heel goede uitkomst, dan laat je het gewoon zien! Foto: Kennisland — cc-by.4.0

Jongerenblog —17 november — door Marlieke

Jacob (27 jaar) komt foeterend binnen. Of ik wel wist dat er twee locaties van LUX in Nijmegen zijn? O ja? Ik verontschuldig me gauw, ik ben na 6 maanden duidelijk nog steeds geen ‘local’ in Nijmegen! Of hebben we een communicatief misverstand?

Het maakt allemaal niet uit, ik zit met leuke mensen aan tafel! Floor en Simone, studenten Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, zijn ook aangeschoven. Ze zijn net als ik nieuwsgierig naar het verhaal van Jacob.

Slechthorend, niet doof

Jacob is slechthorend. Nee, niet doof, want doof ben je als je echt helemaal niets meer hoort, leer ik meteen. Ik ontmoette Jacob eerder in de wijk Dukenburg, waar ik een wandeling maakte met Lisette Bros, socioloog en ex-raadslid van jongerencentrum Staddijk. Jacob (petje, overall) stond er te schoffelen in een hofje, terwijl Lisette en ik luisterden naar twee mopperende dames die al jaren overhoop lagen met de gemeente rond het thema ‘hangjongeren’. De mopperende dames waren blij met het ‘hofje’ voor hun wooncomplex waar Jacob stond te schoffelen, want zo konden ‘die rotgasten’ (lokale hangjongeren …) daar nu niet meer rondhangen. Ik liep naar Jacob toe en vroeg hem ‘Hoe is het eigenlijk voor jou om jong te zijn in Nijmegen?’. Nou daar wilde Jacob best wel wat verder over vertellen.

Lekker stampen in Nijmegen

Jacob woont in Hatert, maar komt oorspronkelijk uit het hoge Noorden. ‘Ik ben geboren in Leeuwarden. Toen ik zeven jaar oud was besloten mijn ouders dat ik naar een speciale school moest in Nijmegen. Daar heb ik tot mijn twaalfde op internaat Kentalis gezeten. Ik kreeg er iedere dag logopedieles op school om te leren spreken, en ik leerde er goed gebarentaal natuurlijk. Maar taal uitspreken en begrijpen is zo moeilijk als je niets hoort. Dan dacht ik dat iemand zei: ‘Naar de klote lopen.’, en dan dacht ik ‘jee, wat is dat nou weer?’. Uiteindelijk heb ik veel spreektaal en spreekwoorden geleerd, maar lange zinnen, dat lukt me nog steeds niet goed.’ ‘Ik heb een heel leuk leven, eerst op de internaatgroep, nu zelfstandig in een appartement. Ik ga met mijn internaatgroep regelmatig de stad in, naar het gebarencafe bijvoorbeeld. Stampen noemen we dat, wie het hardste op stap kan!

Elkaar begrijpen in de dovenwereld

Inmiddels werkt Jacob bij een lokale groenbeheerder, die huurt hem en andere collega’s met een beperking in vanuit een sociale werkplaats. Jacob heeft veel passie voor zijn werk: ‘’Werken in de stad Nijmegen is leuk, maar de buitenwijken zoals Staddijk Noord, dat ligt vol troep: fietsen, tassen, rommel’. Dus daarbuiten werken is niet zo leuk. Ik moet soms schoffelen. Maar ik ben meer maaier. Maaien, soms zelfs s’nachts langs de snelwegen, daar hou ik van.’

Sinds een jaar of vijf heeft Jacob een hoorapparaat, een implantaat. Dat praten gaat dus inmiddels stukken beter, vooral een op een, vertelt hij. Maar niet als zijn accu op is, dan gaat het ‘geluid uit’. Jacob leert ons ondertussen wat gebarentaal aan tafel, zoals ‘liefde’ en ‘hoi!’. Jacob: ‘Elkaar begrijpen is soms nog steeds lastig. Ik heb vooral veel dove vrienden. Er zijn zo’n 160.000 doven en slechthorenden in Nederland. We ontmoeten elkaar op veel plekken in Nederland, dat noemen we de ‘dovenwereld’. We communiceren veel via whatsapp op de telefoon. Ook zijn er festivals voor ons, Sencity heet dat. Daar kun je ruiken, proeven voelen, van alles voor je zintuigen eigenlijk. Er komt er weer eentje aan, in februari in Haarlem. Jullie mogen ook komen hoor, maar dan moet je wel verplicht oordoppen in daar, hoor!’.

Heimwee

Hoe is het leven als dove of slechthorende jongere in Nijmegen, vragen we Jacob. ‘Nou, ja het gebarencafe is niet zo vaak. Er gebeurt meer in Nijmegen. Ik heb veel heimwee naar de dovenwereld als ik er weer ben geweest. Dan praten we met elkaar, de hele dag, praten, praten, praten. Daarna is het heel stil, zeg maar. En daarna moet ik weer van de ‘dovenwereld’ naar ‘de wereld’, dat vind ik wel moeilijk. Terug naar de Whatsapp enzo. Misschien verhuis ik nog wel eens. Maar dan zou ik wel eerst werk willen hebben. Gooi nooit je oude schoenen weg voor je nieuwe hebt!’. Een van de mooie one-liners van Jacob. ‘Verder zou ik wel graag willen zien dat de Gemeente haar commmunicatie zou verbeteren voor slechthorenden en doven, zoals meer gebruik maken van mail en sms, wanneer je je paspoort klaar is en je rijbewijs. Maar dat doen ze wel al veel beter dan eerst.

Hoe meer je om je heen kijkt, hoe preciezer je weet wat je moet doen.

Er is duidelijk een wereld, de dovenwereld, die ik niet ken. We kunnen veel leren van Jacob. Jacob: ‘Dove mensen zijn praktijkmensen. Ik doe bijvoorbeeld nooit mee aan werkoverleg bij mijn werk. In plaats daarvan kijk ik goed om me heen. Hoe meer je om je heen kijkt, hoe preciezer je weet wat je moet doen. Zo doe ik het altijd. De praktijk is goed, slechthorende mensen, die leren, die kijken naar de praktijk, die doen meer praktijk dan theorie.’

Jacob leert ons gebarentaal

We sluiten af. Jacob vertelt dat hij het wel leuk vindt, hij ontmoet niet zoveel horende mensen, zegt hij, en vooral niet zoveel meisjes ;-).

--

--

Marlieke Kieboom
jongLAB Nijmegen

Service designer + anthropologist in BC Public Service | Dutchie in Canada/Turtle Island | people, power, politics | Views my own