De zeven vinkjes: een boek dat ongelijkheid aan de kaak stelt met tegenstrijdige gevoelens

Nina Peters
Journalistiek Ede Kijk-luister-leeslijst
3 min readFeb 3, 2023

--

© Nina Peters | 3 februari 2023 | Recensie | De zeven vinkjes, Joris Luyendijk

In 2011 kwam de droom van de NRC-journalist Joris Luyendijk uit, hij mocht werken voor de Britse krant The Guardian. Hier vond Luyendijk nauwelijks aansluiting vanwege zijn Nederlandse achtergrond. “Zo had ik mezelf nog nooit bekeken: als iemand die in eigen land steeds bij de dominante groep zit, en die niet kan weten hoe het voelt om afhankelijk te zijn van mensen die anders doen, denken of eruitzien dan hijzelf”. In het boek De zeven vinkjes, dat vorig jaar op de markt verscheen, licht hij op een vlotte manier zijn ervaringen met maatschappelijke privileges en uitsluiting toe.

De zeven vinkjes, Joris Luyendijk

Zeven keer een vinkje

De auteur heeft het over een geprivilegieerde ‘elite’ die aan de zeven vinkjes voldoet: je hebt minstens één hoogopgeleide en welgestelde ouder, je bent een blanke heteroseksuele man, je hebt het vwo of gymnasium afgerond en daarna ben je doorgestroomd naar de Universiteit. Luyendijk stelt dat dit soort mensen de wind in de rug hebben: ze worden niet gediscrimineerd en hoeven zich niet aan te passen, wat leidt tot voortdurende dominantie van deze groep. Luyendijk’s brede benadering van gelijkheid in de samenleving is fijn voor de lezer. Hij kijkt vanuit verschillende aspecten naar gelijkheid, wat spreekt van een goede aanpak als journalist.”

Kijk naar mij en leer

“Ik voelde me als een spits die naar een topclub mocht en daar twee seizoenen lang nauwelijks een doelpunt wist te scoren. Niet omdat hij alle kansen miste, maar omdat hij niet van de reservebank kwam.” Zo beschrijft de auteur zijn tijd bij The Guardian, wat ik persoonlijk erg dramatiserend vind overkomen. Hij vertelt ook dat hij nu weet hoe het voelt voor iemand die in Nederland niet voldoet aan de zevenvinkjesnorm. Ik vind dat Luyendijk met deze opmerking de mist in gaat. Het voelt alsof de auteur zichzelf presenteert als de slimste van de klas. Het verhaal ging ook meer over hemzelf, wat ik niet snap bij een boek over diversiteit en ongelijkheid.

Ik ben niet de eerste die hier kritiek op heeft. Zo wordt ook in het boek besproken dat er na een lezing werd geroepen: “It’s not your fight! Ga je je als witte man nu ook dit onderwerp toe-eigenen door je eigen ervaringen te centreren?” Luyendijk reageerde hierop met: “Maar een verhaal van binnenuit over hoe het is om heel veel mee te hebben en eigenlijk niks tegen, kan alleen worden verteld door iemand met zélf deze vooroordelen en privileges.”

Zelfkritisch

Daarentegen geeft Joris Luyendijk een kritisch beeld weer: “Je hoort vaak dat het tijd wordt dat mannen zoals ik plaatsmaken zodat anderen erbij kunnen. Wij knikken dan braaf en bezweren dat we meer diversiteit juist prima vinden, zolang het niet ten koste gaat van de kwaliteit: wij moeten wel blijven bepalen wie ‘de besten zijn.’” Luyendijk spreekt hier van een “definitiemacht” die je hebt als zevenvinkje.

Ook besefte de auteur dat hij op een verkeerde manier keek naar de positie van de minder geprivilegieerden. “In mijn studie had ik al geleerd dat je mensen nooit los kunt zien van de context waarin ze leven. Alleen had ik deze kennis nooit op mezelf toegepast, als een dokter die rookt.”

De zeven vinkjes is een waardevolle bijdrage aan het maatschappelijke debat over ongelijkheid en onderdrukking. Vooral omdat het is geschreven voor de confronterende doelgroep, namelijk de zevenvinkjes. Kortom: een vlot en eenvoudig geschreven boek dat vooral aan te raden is voor de witte, hoogopgeleide Nederlandse heteromannen.

--

--