Passend onderwijs: niet makkelijk, wel mogelijk

Romy Schreijer
Leren van verhalen
Published in
5 min readMay 15, 2016

Elke dag gaat hij met plezier naar school, sinds kort zelf fietsend, zich verwonderend over hoe de wereld werkt en zoekend naar woorden om zijn wereld met ons te delen. Ik stel jullie graag voor aan Jeroen*.

Zorgen

Jeroen gaat van kleins af aan twee dagen per week naar de kinderopvang. Door een verhuizing en gezinsuitbreiding hebben de ouders van Jeroen besloten hem naar een andere kinderopvang te laten overstappen. Hij was toen 2,5 jaar oud. In het begin leek de overstap goed te gaan, maar de ouders en het personeel van de kinderopvang begonnen zich al snel zorgen te maken. Jeroen trok zich namelijk terug in zichzelf, ging contact mijden, begon te ‘fladderen’ met zijn handen en bleef achter met zijn spraakontwikkeling.

Observeren van Jeroen

De ouders hebben samen met het personeel van de kinderopvang besproken hoe ze het welbevinden van Jeroen konden vergroten. De conclusie was dat Jeroen geobserveerd moest worden. De ouders hebben bij de kinderopvang en het consultatiebureau aangegeven dat ze graag meerdere observaties wilden op meerdere momenten. Ook wilden ze graag weten in hoeverre het advies vrijblijvend was. Deze wensen zijn goed opgepakt door het consultatiebureau en de kinderopvang. Ze hebben hier samen met de ouders afstemmingsgesprekken over gevoerd. Een van de adviezen was om meer begeleiding op de groep te zetten. Dit advies leek mooi, maar was niet haalbaar, omdat Jeroen zich steeds meer terugtrok en afzonderde zowel in de groep als richting het personeel.

Driestroom

Ook thuis leefde Jeroen steeds meer in zijn eigen wereldje. Hij kreeg er een broertje bij, waardoor het systeem thuis ook veranderde. Om het beste voor Jeroen te krijgen zijn de ouders met de zorgorganisatie Driestroom gaan praten over mogelijkheden voor een observatiegroep. Het belangrijkst voor de ouders was dat Jeroen langdurig geobserveerd zou worden in een setting die dit mogelijk maakt, begrenst is en uitgaat van de mogelijkheden van Jeroen. Het proces van de voorliggende indicatiestelling verliep over het algemeen prima. De ouders werden goed begeleid door de zorgcoördinator van de GGD. Ze verbaasden zich wel over uitspraken als: ‘Ik kan niet bij uw papieren, want die liggen op het bureau van een zieke collega.’ Wel kregen de ouders vroeg bericht dat de indicatie rond was. De wachttijd was ook goed te overzien. De kracht van Driestroom lag vooral in de kennisoverdracht en dat ze de observaties van de ouders zo serieus namen. De ouders ervoeren dat medewerkers van Driestroom, kinderopvang en het consultatiebureau zeer betrokken waren.

Wennen

Jeroen vond de observatiegroep erg wennen in het begin. Hij moest wennen aan een nieuwe omgeving met ander personeel, andere kinderen en een ander ritme. Toch voelde Jeroen zich snel op zijn gemak in de groep. De observatieperiode verliep goed. Jeroen werd ook thuis geobserveerd door Driestroom. Driestroom gaf de ouders dan begeleiding in de omgang met Jeroen. De ouders durfden open te bespreken wat ze qua gedrag thuis zagen bij hem en wat ze hieraan moeilijk vonden. Hierdoor kregen ze het gevoel dat ze hem steeds krachtiger konden ondersteunen. Ze hadden echt het gevoel dat iedereen het beste wilde voor Jeroen.

Spraak-taalontwikkelingsstoornis

De uitkomst van de observatie was dat Jeroen zich gemiddeld lijkt te ontwikkelen op het vlak van non-verbale intelligentie en op het vlak van sociale redzaamheid. Wel leek de taalontwikkeling achter te lopen. Daarom was logopedisch onderzoek nodig voor hem. Ook moest Jeroen gediagnosticeerd worden om zijn gedrag te verklaren en moest zijn ontwikkeling gevolgd blijven worden om te kijken of bijzonderheden blijven of verminderen. Jeroen ging op logopedie bij Roost Hermsen. Deze praktijk is gericht op logopedie voor de langere termijn. Driestroom heeft een zorgvuldige afstemming gehad met deze praktijk en ook de huisarts is op de hoogte gesteld. Uit het onderzoek van de logopediepraktijk bleek dat Jeroen een primaire spraak-taalontwikkelingsstoornis heeft. Jeroen is gestart met therapie gericht op uitbreiding van het taalbegrip, taalproductie en innerlijke spraak.

Basisschool

Het zou nog een aantal maanden duren, Jeroen werd alweer vier jaar. En in het individueel begeleidingsplan was destijds opgenomen hem naar school te laten gaan wanneer hij vier jaar is. Echter, de ouders zagen het als een risico om hem opnieuw terug te plaatsen naar de kinderopvang en vanuit daar naar school te gaan. Dat zouden te veel overgangen zijn voor hem. Een lastig moment in de samenwerking met Driestroom kwam nu op tafel, namelijk met betrekking tot de beoordeling of Jeroen naar speciaal of regulier onderwijs zou moeten. Het was voor de ouders niet duidelijk in hoeverre Driestroom hier een advies in kon geven. De ouders wilden Jeroen liever niet naar het speciaal onderwijs sturen omdat ze dachten een school gevonden te hebben in Lent waar passend onderwijs kon worden gegeven: Basisschool de Verwondering. Dit was voor de ouders daarom een lastige keuze. In de periode dat Jeroen bij Driestroom zat, zagen ze een enorme vooruitgang. Ze waren bang dat er onvoldoende hulp aanwezig zou zijn als Jeroen op een reguliere school zou zitten. De ouders hebben gesprekken gevoerd met de zorgcoördinator van de GGD en de directeur en onderwijzers van de Verwondering om te kijken of het wel een goed idee zou zijn om hem naar deze school te sturen. Hierbij waren ook de verpleegkundige van het consultatiebureau en de huisarts betrokken. Samen zijn ze tot het plan gekomen om Jeroen op deeltijd basis naar de basisschool te sturen. De overige tijd zou hij dan nog naar Driestroom gaan. Hierdoor zou hij nog voldoende begeleiding krijgen. Als hij zich positief bleef ontwikkelen, zou hij uiteindelijk voltijd naar de basisschool kunnen. De school en Driestroom hebben dit goed op elkaar afgestemd, in partnerschap.

Passend Onderwijs. bron: Maak werk van onderwijs

Begeleiding op school

Driestroom heeft Jeroen vervolgens nog een periode geobserveerd op de Verwondering. Hierbij hebben ze met de leraren afgestemd welke hulp en ondersteuning Jeroen nodig heeft. Verder hebben de ouders, Driestroom en de basisschool regelmatig overleg gehad. Toen Jeroen vier jaar en vier maanden was, hebben de ouders, Driestroom en de basisschool gezamenlijk besloten om Jeroen volledig naar de basisschool te sturen. Driestroom blijft laagdrempelig beschikbaar voor advies. Maximaal vier uur per week kan Driestroom nog aanvullende ondersteuning bieden op school.

Plezier op school

Vanaf het begin gaat het goed met Jeroen op school. Hij gaat met plezier naar school, maakt vriendjes, wil letters lezen en zegt dat hij ‘meester Tom’ wil worden als hij groot is. Wel blijven een aantal dingen moeilijk voor hem. Hij heeft behoefte aan overzicht en structuur en hij vindt nieuwe dingen leren lastig. Ook heeft Jeroen nog logopedie nodig, want zijn primaire spraak-taalontwikkelingsstoornis is nog aanwezig.

Passend aanbod

De school staat open voor de adviezen van Driestroom en voor de ouders is er geen enkele drempel om Driestroom te bellen voor advies. De ouders zijn ontzettend blij dat de hulp zo laagdrempelig en integraal geboden kon worden en dat Jeroen zo veel mogelijk in zijn waarde wordt gelaten. Jeroen wordt nu liefdevol ondersteund in zijn ontwikkeling op zijn eigen niveau. De ouders zijn dankbaar dat hij een passend aanbod en indicatie heeft gekregen waarbij vertrouwen, interactie en samenwerking de basis zijn.

De weg die Jeroen heeft doorlopen is niet makkelijk, omdat er veel onderlinge afstemming nodig was. Maar hieruit is wel gebleken dat het wel mogelijk is. Jeroen zit nu echt op zijn plek.

*Wegens privacy is de naam Jeroen in dit verhaal gefingeerd.

--

--