Wat is dat toch met jouw geheugen?

Scenario door Helen van den Broek

INT. — WOONKAMER OUDERLIJK HUIS — ZONDAG NAMIDDAG
Sandra (50 jaar) bezoekt haar ouders. We zien haar vader (80 jaar), hij zit alleen in de woonkamer in een fauteuil, maaltje sperziebonen op schoot, pan met water op de grond. Op de salontafel staat zijn glas bier, nog onaangeroerd. We horen Sandra, zij is buiten beeld in de keuken waar haar moeder het eten voorbereidt.

SANDRA
Sandra zucht: Mam, dat is tig jaar geleden.
Staat de wijn in de koelkast? (We horen koelkastdeur opengaan.)
Wat ongezellig zo’n klein flesje. (We horen koelkastdeur dichtgaan.)
Natuurlijk verklap ik de uitslagen niet, ik weet ze niet eens, geen flauw idee wat Ajax heeft gedaan. (We horen hoe Sandra de wijn in een glas schenkt.)
Ja, vroeger wel ja. Vroeger dronk ik ook suiker in mijn thee en droeg ik een bikini.

SANDRA komt de kamer binnenlopen, glas wijn in de hand, en ploft neer op de bank.

SANDRA
Komen wij aankakken. Johan Cruijff Arena. In Barcelona hebben ze al vier pleinen, drie straten en een fontein naar ’m vernoemd. Logisch dat Danny liever daar woont.

VADER
Dat heeft met het weer te maken. Bijna mei en ik moet nog steeds een hoed op buiten. Zeg, als je maar niet de uitslagen verraadt.

SANDRA
Natuurlijk niet.
Richting keuken: Lekker mam die wijn. Had alleen iets droger gemogen.
Tegen vader: Weet je nog dat ik het nooit kon hebben als Cruijff iets verkeerd deed. Eén foute pass en ik zei: ‘Cruijffie is weer niks vandaag’. Heel stellig. En dan blies jij de loftrompet: snel, slim, ogen van achter, kwikzilver in het kwadraat. Geen idee wat dat was, maar het klonk magisch. En als jij het zei…

Uit de keuken horen we zacht zingen: Vader was een mooie held, vader was de baas…(Uit Op een mooie Pinksterdag van Annie M.G. Schmidt)

VADER werpt blik op de pan.

VADER
Hoeveel bonen eet jij?

SANDRA
Komen ze uit de tuin?

VADER
Luister jij wel eens als ik je iets vertel? Boontjes komen pas in juni, en dan ben ik nog vroeg, de eerste.

SANDRA
Vertel nog ’ns over Cruijff.

VADER
Cruijff? Die is dood.

SANDRA
Hij was geniaal toch?

VADER
Daar kopen we nu niks voor. Wat vind je van die nieuwe spits, hoe heet ie ook alweer?

SANDRA heeft geen idee, maar wil dit niet laten merken. Ze pakt ook een paar bonen en breekt de uiteinden eraf, gooit ze dan in de pan.

SANDRA
Weet je nog dat we voor het eerst naar het stadion gingen? Ajax-Feyenoord. Al die mensen. Het was zo druk dat we in de berm moesten parkeren.

VADER
Toen we terugkwamen hadden we verdomme een bekeuring.
Goh, dat jij nou niet weet hoe die spits heet.

VADER kijkt Sandra half vragend half onderzoekend aan, SANDRA speelt met wijnglas en neemt nog een slok.

SANDRA
We gingen al heel vroeg naar het stadion. We hadden wel genummerde plaatsen, maar dat stelde niks voor. Doet haar vader na: Als je te laat bent is je plek bezet, dan moet je d’r een suppoost bij halen en wordt ’t een heel gedoe.
Nog steeds ben ik overal op tijd. Bij de opera zit ik twintig minuten van te voren in de zaal, terwijl, dat slaat nergens op.

VADER
Ik snap ook niet wat je aan zo’n opera vindt. Genoeg boontjes zo?

SANDRA
Mwah, doe maar wat meer.
Die trappen, er leek geen eind aan te komen, alsof we de Westertoren beklommen. Het rook naar nat beton, naar plas en sigaren, naar grote mensen. Ineens het licht, de zwartblauwe lucht, het gras groener dan gras: ik was in de hemel, de hemel van Amsterdam.

VADER
Je hebt wel fantasie.

VADER laat handvol boontjes in de pan vallen waardoor het water opspat.

VADER
Kijk, een fontein.

SANDRA
Voor ons zat een groepje Rotterdammers. Ze praatten heel grappig. Eentje droeg een Ajaxsjaal. Een Rotterdammer die voor Ajax was, wat was ik trots. Hij wedde met z’n vrienden dat Ajax zou winnen. Om een joetje, en ik wist wat een joetje was!

VADER
Toen had geld nog waarde. Maar sinds ze die euro…

SANDRA
Richting keuken: Wat zeg je mam? Tegen haar vader: ze wil weten hoe lang het nog duurt met die bonen.

SANDRA EN VADER trekken gezichten naar elkaar, zweren samen.

SANDRA
Het is geen aangenomen werk.

SANDRA maakt luistergebaar, probeert haar moeder in de keuken te verstaan

SANDRA
Zeven uur bord op schoot, redt ze niet meer.

VADER EN SANDRA halen schouders op.

VADER
Hij ligt op het puntje van m’n tong, een buitenlander is het…

VADER kijkt naar Sandra in de verwachting dat ze de naam inmiddels weet

SANDRA
Eh, Suarez?

VADER
Gaat het wel goed met jou? Die speelt hier al tien jaar niet meer. Sandra haalt schouders op.

SANDRA
Ben jij nog in het oude Olympisch Stadion geweest, ik bedoel voordat die betonnen ring erop werd gezet?

VADER kijkt Sandra aan alsof ze gek geworden is.

VADER
Dat was 1928!
De Meer, dat was ons stadion, dat weet je zelf ook. Daar konden we niet verliezen.

SANDRA
Tegen Honved wel.

VADER
Wat is dat toch met jouw geheugen? Die wedstrijd wonnen we. Ray Clarke maakte 1–0 en daarna scoorde Tahamata.

SANDRA
Ray Clarke, die had toch geen tanden?

VADER
Nee, dat was die Schot, hoe heet ie ook alweer? Een miskoop van jewelste.

SANDRA
We wonnen wel, maar we gingen niet door.

VADER
Nee, we gingen niet door.

VADER EN SANDRA zwijgen even.

VADER
Wat was het koud.

SANDRA
Min tien.

VADER
Je moeder had brood met warm gehakt meegegeven, toen we het wilden eten, was het bevroren.

SANDRA
In de rust verkochten ze warme chocomelk uit een pan, met vellen. Lékker!

VADER
De ene aanval na de andere. Lat, paal, het kruis van de keeper, alles hebben we geraakt.

SANDRA
Maar die derde wilde er niet in. Ik weet nog hoe we terugliepen over de Middenweg.

VADER
Het leek de Stille Omgang wel.

SANDRA
Gek, hoeveel geluk er in een nederlaag…

VADER
Hoe laat is het?

VADER kijkt op zijn horloge en staat op.

VADER
Zeven uur al.

VADER kijkt zoekend om zich heen.
SANDRA geeft hem de afstandsbediening aan en keert zich richting keuken.
VADER is verbaasd en licht ontdaan.

VADER
Moet jij niet kijken?

SANDRA aarzelt.

Uit de keuken horen we zacht neuriën: Op een mooie Pinksterdag, laat ze je alleen.

SANDRA
Ik ga mama helpen.

SANDRA pakt de pan met bonen en loopt naar de keuken.

VADER kijkt haar na. Zet dan de tv aan en gaat dan zitten, recht tegenover de tv. We kijken naar vader — hij oogt breekbaar — en horen de commentator een weergaloze actie van Kasper Dolberg begeleiden.

VADER
Dolberg, natuurlijk. Richting keuken: San, het is Dolberg, Kasper Dolberg.

Helen van den Broek over ‘Wat is dat toch met jouw geheugen?’

Het gedicht van Marjon Zomer voerde mij terug naar m’n eigen jeugd. Smeltend asfalt, automerken raden, zomervakanties. Maar het was niet alleen prettig, er was ook iets dreigends, iets noodlottigs. Alsof ergens in die herinneringen de reden zat waarom de dichter en Henck het contact verloren hebben. Drie zussen is de hel. Onschuldige plagerij of toch meer? Hoe zou Henck zich het verleden herinneren? Ik overwoog om een telefoongesprek tussen de dichter en Henck in scene te zetten. Maar hield het uiteindelijk dichter bij mezelf. In mijn scenario een familie-inkijkje waarbij vader en dochter herinneringen ophalen. Zij delen een voetbalverleden, de vader is nog altijd fan, maar de dochter drinkt nu witte wijn (zo droog mogelijk) en gaat naar de opera. Net als in het gedicht gaat het over de pijn van dingen die voorbijgaan, maar het is klein leed, de liefde blijft.

Over Helen van den Broek

Helen van den Broek vertaalt beleid van overheden en bedrijven in prettig leesbare teksten. Op de Schrijversvakschool experimenteerde zij met proza, essay, poëzie, scenario en toneel. Zij heeft een voorliefde voor het mixen van feiten en fictie en werkt momenteel aan een historische roman.

Terug naar het publicatieoverzicht ‘Automatisch geparfumeerd (denk ik aan Henck)’

--

--

literairwerk.nl
Marjon Zomer: Automatisch geparfumeerd (denk ik aan Henck)

Dit is Expeditie [werk], een reeks digitale specials van Literairwerk.nl. Verhalen verrijkt met achtergrondinformatie, analyse en beeld- of geluidsmateriaal.