Eerlijk zullen we alles huren

Is ‘Deeleconomie’ wel een goede naam voor wat we bedoelen met Deeleconomie?

Albert Wieringa
3 min readMar 17, 2014

Het zijn mooie voorbeelden van de deeleconomie: Peerby, Airbnb en Snappcar. Alledrie online platformen om dingen te delen. Met Peerby deel je spullen met mensen in de buurt, met Airbnb deel je je huis (als een hotel) en met Snappcar deel je je auto.

Door te delen wordt je bezit beter benut en hoeven anderen niet iets aan te schaffen om het gebruiken. Dat is vooral handig bij dingen die maar sporadisch worden gebruikt. Met als meestgebruikte voorbeeld de boormachine. Iedereen heeft zo’n apparaat, maar gebruikt het nauwelijks.

Maar dat betekent niet dat we alles gaan delen.

Airbnb is misschien wel het beste en meest succesvolle voorbeeld van de deeleconomie. Alleen, wordt daar gedeeld? Niet echt, huizen worden verhuurd aan anderen.

Bij Snappcar — en andere autoleeninitiatieven — betaal je huur.

En Peerby? Daar worden gratis spullen gedeeld. Maar houdt Peerby het op lange termijn vol? Zonder verdienmodel? Het lijkt eerder een uitzondering.

Delen ≠ Huren

Toch is er een duidelijke verschuiving merkbaar. Ik denk alleen dat die verschuiving niet van hebben naar delen is. Eerder van consumptie.

Mensen kopen niet langer automatisch spullen en diensten van bedrijven. Nu is er de technologie om ook van andere mensen gemakkelijk het aanbod te vinden.

Mensen zijn aanbieders én afnemers geworden.

Waarom gaan mensen dan niet massaal met elkaar delen? Zou jij je spullen kosteloos willen uitlenen? De grootste groep mensen is pas bereid iets uit te lenen als ze er iets voor terugkrijgen. Vooral bij duurder bezit. Vooral bij onbekenden. Voor een vergoeding dus.

Airbnb is eigenlijk slechts een betaalde versie van het al jarenlang bestaande Couchsurfing. Waarom is de eerste nu veel succesvoller?

Platformen als Airbnb en Snappcar laten mensen verhuren aan elkaar en daarvan profiteren. Daarbij zijn de platformen ingericht op vertrouwen.

De verschuiving is niet van hebben naar delen. Het ligt eerder in de toegang tot bezit van anderen en het afnemen van elkaar. Peer to peer (P2P).

Delen is niet het nieuwe hebben. Toegang is het nieuwe hebben.

Denk aan het succes van Spotify, Netflix en Blendle. Mensen hoeven niet per se muziek, films of kranten te bezitten om er gebruik van te maken. De toegang is genoeg.

Dat gaat verder. Het maakt steeds minder uit van wie je afneemt. Of dat nu een bedrijf is of een persoon, als je maar kan krijgen wat je op dat moment nodig hebt.

Nieuwe technologie maakt het steeds makkelijker en veiliger bezit en diensten te gebruiken van andere mensen. Dat is bovendien een stuk persoonlijker. Het hoeft niet gratis te zijn, als het maar gemakkelijk en veilig is.

De trend is dus groter dan delen. De vraag is dan:

Is ‘Deeleconomie’ wel een goede naam voor wat we bedoelen met Deeleconomie?

Wat vind jij? Laat een reactie achter!

--

--