Crossroads in Social Work: Meeting the challenges of a new era?

Saskia Weijzen
MWD Onderwijs Innovatie
7 min readJun 12, 2018

Met deze mooie titel startten op 4 juni the international days in Social Work in het Oosterijkse Linz met wel 10 verschillende nationaliteiten. MWD Collega’s Paulien Taken, Joris van Halder, Niek Maassen en Saskia Weijzen bezochten de ‘international days’ georganiseerd door de Fach Hochschule Upper Austria. Meer dan inspirerende en even zo gezellige dagen in een prachtige studentenstad, iets kleiner dan Nijmegen. Centraal stond de vraag: zijn sociaal werkers zich bewust van de verschuiving naar een nieuw tijdperk, dat een nieuwe houding lijkt te vragen? Een tijdperk dat door onze Oostenrijkse collega’s geduid wordt als het ‘post-postmodernisme’ (Turner, 1995) en dat vraagt om herwaardering van (alle)menselijke verhalen voor samenlevingsontwikkeling.

Internationale uitwisseling: Why?

De dagen werden inhoudelijk geopend op dinsdag 5 juni door Andreas Zehetner, hoofd internationalisering van de FachHochschule. Hij verraste ons met een visionair verhaal over het WAAROM van hogescholen en van internationale uitwisseling in het bijzonder. Hij stelde dat hogescholen (universities of applied science) in essentie verantwoordelijk zijn voor het samen oplossen van de universele problemen die hij duidde als:
1. voeding
2. veilige en stabiele omgeving
3. reproductie
4. onszelf organiseren om goed en veilig samen te leven

Hij gaf aan dat hogescholen allemaal op hun manier proberen om deze problemen op te knippen in kleinere, ‘manegerial pieces’ om in hun eigen omgeving te zorgen voor stabiliteit. En dat het daarnaast ook nodig is om internationaal samen te werken aan het oplossen van deze problemen om drie redenen:

  • de problemen als geheel te blijven beschouwen en bekijken (wat interacteert met wat?);
  • de variëteit in verschillende ‘manieren’ van aanpakken van deze problemen te benutten (cultural mixing);
  • en om daarin te leren van elkaars aanpakken en hierop voort te bouwen.

Behalve de ideologische strekking van het verhaal van Andreas was mooi dat hij liet zien dat álle disciplines van een hogeschool, van economie tot welzijn, een verantwoordelijkheid hebben in het realiseren van sociale waarde en innovatie vanuit menselijke (basis)behoeften. Andreas sloot zijn oproep om als hogescholen samen te werken aan — in essentie — een wereld waarin mensen beter samenleven af met een passende uitspraak: “Let’s do this together with a smile, because smiling is a currency :-)”

Post-postmodernisme als nieuw tijdperk?!

Op woensdag gaf Joris een lezing over het organiseren van social work in de driehoek van markt, samenleving en overheid (Espin-Andersen, 1990). Wat zijn de belangrijkste ‘drijvers’ voor social work, hoe verschillen deze in verschillende landen en welk model is gewenst om de missie van social work te realiseren? Duidelijk werd dat er grote culturele en historische verschillen zijn in hoe sociaal werk georganiseerd is. En dat sociaal werkers in alle landen op zoek zijn naar wat het beste model is. Er lijkt overeenstemming te zijn dat een ‘mixed model’ waarin overheid, markt en samenleving (civil society) samenwerken het meest optimaal is. Maar hoe die samenwerking goed te realiseren in een systeem dat overwegend gebaseerd is op korte termijn politiek, een beperkte interpretatie van kennis (= harde data) en op het nastreven van groei (economische waarde)?

De workshop die Saskia en Paulien op woensdag volgden gaf mogelijke antwoorden op deze vraag. Een workshop door docenten van de Fachhochschule Upper Austria die net als de inleiding van Andreas Zehetner liet zien dat de Fachhochschule bezig is met conceptualisering van hoe de wereld zich ontwikkelt als gevolg van technologische, economische en politieke ontwikkelingen. En wat de betekenis hiervan is voor interacties tussen mensen, sociaal werk en social work onderwijs. Titel van de workshop was post-postmodern social work 4.0. Social Work in een tijd (4.0) waarin kennis niet langer meer beschouwd kan worden als praktische wetenschap, maar als construct dat mensen met elkaar en met behulp van bronnen construeren (connectivisme). En dat alles wat we kunnen weten continue weer verandert in iets anders. Charlotte Sweet, facilitator van de workshop verkende met ons of het mogelijk zou zijn om als samenleving te gaan accepteren dat ‘dé waarheid’ niet bestaat en dat de (sociaal werk) praktijk geen objectieve validiteit vraagt. Dat zou betekenen dat we niet langer op zoek gaan naar de waarheid in verhalen, maar dat we in plaats daarvan de waarde van verschillende verhalen leren (h)erkennen. Dat we diversiteit juist gaan aanmoedigen in plaats van mensen proberen zich ‘aan te laten passen’. In de workshop oefenden we met een systeemopstelling die de verkenning die Charlotte voorstelde mooi illustreerde. De opstelling liet zien dat:

  • De wijze waarop een persoon naar een situatie kijkt een eigen construct (frame) is van die situatie. En dat dat construct iets zegt over hoe die persoon naar zichzelf kijkt en naar de wereld om hen/haar heen;
  • De handelingsmogelijkheden (en frames) in elke situatie oneindig zijn, omdat veel factoren van invloed zijn op de situatie en beïnvloed kunnen worden;
  • Verandering van een persoon invloed heeft op een systeem en vice versa;
  • Alle mensen dezelfde (basis)behoeften hebben en dat hierover communiceren een wezenlijke stap naar verbetering van interactie/samenleven/samenwerken kan opleveren.

Charlotte sprak over post-postmodernisme als een verandering van basisaannames onder hoe ons systeem (onderwijs, sociaal werk, etc.) georganiseerd is. En dat betekende wat haar betreft een radicaal nieuw systeem: als de basisaannames niet meer werken dan moeten we het hele veld opnieuw onder de loep nemen. Dit deed ons sterk denken aan ‘de omwenteling’ waar Jan Rotmans op dit moment in Nederland voor pleit.

De workshop van Niek op donderdag sloot mooi aan bij de post-postmodernistische inzichten die Charlotte gaf. De workshop ging over onvrijwillige hulpverlening aan mensen. ‘Dancing or wrestling’ met deze mensen? Niek benadrukte het belang van ‘dancing’: erkenning van verhalen, gevoelens en ideeën van mensen in het sociaal werk, specifiek bij mensen die onvrijwillig geholpen worden. Geïnteresseerd zijn, meebewegen, empathizeren, vragen naar wensen en behoeften. Mensen niet willen veranderen, maar mensen willen begrijpen, accepteren en ondersteunen in hun (basis)behoeften naar autonomie, competentie en verbinding. Niek gaf een indrukwekkende demonstratie met Joris als cliënt. Hij liet zien hoe ‘dancing’ in de praktijk kan werken, bij een eerste ontmoeting tussen sociaal werker en cliënt. Duidelijk werd dat ‘dancing’ lang niet in alle landen gebruikelijk is in het onvrijwillig kader. Van sociaal werk in bijv. Rusland en Armenië wordt nadrukkelijk meer repressie verwacht. Tegelijkertijd liet de workshop zien dat sociaal werkers — ongeacht cultuur -het liefst oordeelvrij, vanuit erkenning van de situatie en ondersteunend werken. De workshop van Niek heeft mensen geïnspireerd om hier een weg in te gaan zoeken.

Ontwerpend denken & doen

Paulien en Saskia waren na Niek aan de beurt met een workshop over Social Design. Denken als een designer om vanuit menselijke waarden en behoeften oplossingen te maken voor individuele problemen en wensen als ook voor het type problemen die Andreas Zehetner in de inleiding aanduidde als common universal problems. Niet door de problemen op te knippen, maar door te empathiseren, door verhalen van alle betrokkenen op te halen en door met betrokkenen te kiezen voor een inspirerend/uitdagend frame dat nieuwe mogelijkheden biedt om naar de situatie te kijken. En door vervolgens zoveel mogelijk ideeën te genereren die oplossingen bieden voor de situatie vanuit dat frame. Deze tastbaar maken, testen en daarvan leren.

In een ‘challenge’ gingen deelnemers in tweetallen aan de slag om voor hun partner een nieuwe portemonnee te ontwerpen via de design methode. Deze manier van werken was voor veel deelnemers nieuw en het leverde behalve een goede sfeer ook fijne inzichten op voor het gebruik van het ‘ontwerpend werken’ als sociaal werker, zoals:

  • Ontwerpend werken is een heel gelijkwaardige manier van werken. De kennis van de ‘cliënt’ staat centraal. De sociaal werker heeft kennis van de methode. De cliënt geeft continue feedback op het ontwerp. Dat is nodig om iets te ontwerpen dat (duurzaam) werkt!
  • Ontwerpend werken helpt om de vraag achter de vraag te gaan begrijpen. Om echt/oprecht nieuwsgierig te zijn en oordeelvrij. De vraag om een portmonnee kan voor iets heel anders staan, bijvoorbeeld behoefte aan er leuk uitzien, of erkenning of contact. Dat is belangrijk om te weten voor een goed ontwerp.
  • Ontwerpend werken maakt het werken aan uitdagingen leuk en laagdrempelig. Omdat het creatief is en omdat het handelingsmogelijkheden laat zien en omdat het snelle feedback geeft.
  • Ontwerpend werken helpt om te leren van elkaar. Om grip te krijgen op een situatie en om steeds beter aan te kunnen sluiten. Ontwerpend werken is een aanvullende en vernieuwende methode om te werken met cliënten en mogelijk ook met collectieve wensen/behoeften.

Rode draden: trends in Social Work

We kunnen terugkijken op zeer geslaagde ervaringen met het programma en de ontmoetingen tijdens de International Days. Duidelijk is dat we in Nederland als in Oostenrijk en in andere landen herkennen dat de samenleving verandert en dat specifiek de rol van ‘kennis’ verandert. De internationale missie van het vak en de universele mensenrechten blijven houvast bieden voor social work, en die dagen sociaal werkers uit — juist nu de ‘common universal problems’ zo manifest zijn — om te zoeken naar nieuwe aanpakken, nieuwe verhoudingen en nieuw beleid. Rode draden door ontwikkelende aanpakken, verhoudingen en beleid lijken te zijn:

  • werken vanuit acceptatie van menselijke verhalen en behoeften;
  • mensen verbinden en connecten ongeacht mensbeeld/perspectief op leven;
  • ervaringskennis en intuïtie naast formele kennis benutten, gelijkwaardig, non-hiërarchisch werken;
  • stimuleren van diversiteit;
  • empathizeren/dialogiseren i.p.v. overtuigen;
  • erkennen van meerdere waarheden/verhalen, sociaal construeren;
  • systeemdenken;
  • nieuwe inspirerende frames verkennen;
  • ontwerpend werken.

Mooi om te merken dat we met onze bijdragen vanuit HAN Social Work hebben kunnen laten zien dat wij ons bewust zijn van ‘the challenges of a new era’ en dat we aan het uitvinden zijn wat dit vraagt van sociaal werk en van het social work onderwijs.

Persoonlijke leeropbrengsten

Tot slot onze persoonlijke bespiegelingen als terugblik op deze internationale uitwisseling: “waar heb je het meest van genoten tijdens de international days?”:

Joris: Veel plezier en inspirerende ontmoetingen en verhalen van collega’s en studenten in buitenlanden voor nieuwe perspectieven op Social Work en onderwijsorganisatie.

Niek: Het was heel leuk om collega’s aan het werk te zien en om te merken dat er veel raakvlakken zijn in de basisprincipes van waaruit we werken en in onze enthousiasme voor het vak. En gezellig samen.

Paulien: Kunnen oefenen met geven van workshops in het Engels. Ontdekt dat design denken en social design aanspreekt voor het internationale sociaal werk en mensen toepassingen zien nadat ze het zelf eenmaal ervaren hebben.

Saskia: Fijn om tijd te hebben om (samen) te reflecteren op alle ervaring en input. Inspirerende mensen ontmoet, Engels kunnen oefenen en beetje vertrouwen gekregen ;-). Helemaal enthousiast over post postmodernism, sw 4.0 en de aansluiting met social design. Leuke collega’s, veel gelachen, heel ontspannen.

--

--

Saskia Weijzen
MWD Onderwijs Innovatie

Maker van een verbonden samenleving waarin elk talent telt.