“Contact onderling is heel belangrijk!”

Geschreven door Maaike Verberg

We komen aan op De Horizon, het is koud buiten, dus gaan we snel naar binnen. Anneke van Schaick komt zelf ook net binnen, maar al gauw zitten we met een kopje thee klaar voor ons gesprek.

Anneke vertelt dat ze sinds 2002 op De Horizon werkt voor het derde jaar als ondersteuningscoördinator. De Horizon is een grote basisschool met 700 leerlingen. De school kreeg steeds meer te maken met kinderen die individuele trajecten nodig hebben, waaruit de functie is voortgekomen. Anneke woont ook sinds 10 jaar zelf in de wijk, ongeveer 5 minuten fietsen vanaf de school. Ze is toentertijd naar de wijk verhuisd vanuit het centrum vanwege praktische redenen, het huis is ruim en heeft een tuin en is vlakbij haar werk.

Buurt-apps en buurtbarbecues

Anneke heeft in haar eigen buurt veel contacten met de buren. “Ik ben wel iemand die gemakkelijk contact maakt met de buren, even een praatje maken buiten of een berichtje in de groepsapp. Ik loop de deuren niet plat, maar ik vind contact wel erg belangrijk; dat je op een prettige manier met elkaar in de wijk woont. Daarnaast spreek ik mensen ook gemakkelijk aan als ik iets zie op straat wat niet kan.” Er zijn twee groepsapps in de wijk. Een buurt alert-app voor belangrijke en/of criminele activiteiten in de buurt of alerts (bijvoorbeeld inbraken) en een voor de gezelligheid voor bewoners die daar behoefte aan hebben.

Het blijkt uit haar verhaal dat deze groepsapps erg nodig zijn. Anneke: “Zeker een keer in de twee weken wordt er wel ingebroken of een poging toe gedaan. Soms gaat het een maandje goed. Zo’n buurt alert-app zorgt ervoor dat bewoners zich meer verbonden voelen met elkaar en op die manier houden ze samen verdachte personen in de buurt in de gaten. Ook werd de app bijvoorbeeld ingezet bij een overlijden van een buurtbewoner. Op deze manier ondersteunen bewoners elkaar.”

De app klinkt als een goed middel voor dit soort zaken in deze tijd. Het lijkt erop dat mensen minder behoefte hebben aan echt persoonlijk contact onderling met buren of hier ook minder tijd voor hebben. Anneke: “Ik heb in het verleden ook wel geprobeerd contact te creëren in mijn buurt, bijvoorbeeld een buurtbarbecue, maar dit kwam niet van de grond. In kleinere groepjes ging dat beter, bijvoorbeeld met een bankje voor het huis waar mensen vrijblijvend kunnen aanschuiven.”

Kijk mensen eens aan met een lach op je gezicht

Wij vragen ons af of ook de school een rol kan spelen in het stimuleren van contact tussen bewoners/ouders van verschillende achtergronden. Bij de kleuterklassen zijn er sinds kort inloopochtenden voor de ouders. Dit fungeert als een soort ontmoetingsplek. Maar dat kan nog beter. Anneke: “Als je kijkt naar de school als centrale plek in de wijk met het plein er om heen, kan hier veel meer uitgehaald worden. Het is een groot plein met een weg er om heen. Het is niet veilig en niet schoon en er wordt niets georganiseerd. Er wordt buiten schooltijden veel gehangen door jeugd, waardoor de conciërge ‘s morgens het plein moet schoonvegen, zodat de kinderen er veilig kunnen spelen.” Dit heeft Anneke ook aangegeven bij het wijkpraktijkteam, wat onlangs vanuit het gebiedsteam van het stadsdeel is opgestart. Contacten met andere wijkpartners onderhoudt Anneke ook als onderdeel van haar functie.

De school is gemêleerd en daarmee een goede afspiegeling van de wijk. Anneke: “Persoonlijk vind ik het heel belangrijk om contact te maken met mensen. Met een klein gebaar zoals een groet of een praatje maak je verschil, dit probeer ik ook de kinderen op school mee te geven. Ik zeg dan bijvoorbeeld dat ze eens moeten opletten wat het effect is als je op de weg van school naar de Jumbo mensen aankijkt met een lach op je gezicht. Kijk dan wat voor reacties je krijgt.”

Na ons gesprek met Anneke vragen we ons af waar mensen nu precies behoefte aan hebben. Dat het belangrijk is dat bewoners zich met elkaar verbinden is wel duidelijk. Het is goed voor het veiligheidsgevoel in de wijk. Maar de vraag op welke manier dit in de praktijk het beste werkt en aan welke vorm van sociale contacten bewoners behoefte hebben is een tweede. Dit is een mooie vraag om mee te nemen tijdens de bijeenkomst op 19 januari.