Kickboksen, bingo en hangen op straat

Geschreven door Simone

Simone van de Wetering
PLAATSMAKERS
4 min readSep 3, 2017

--

Een stukje buiten de Aker, dichtbij de Osdorper Ban staat de kickboksschool Ajuau & Etta. Het lijkt alsof we een verlaten industrieterrein oprijden, maar wanneer we de school naderen zien we al gauw drukte: vooral veel scooters en een paar auto’s en fietsen staan voor de ingang. De ramen van de kickboksschool zijn beslagen. Hier wordt hard getraind. We hebben afgesproken met een paar leerlingen van Ajuau om met hen te praten over het wonen in de Aker. We hebben al veel verhalen verzameld van volwassenen uit de wijk, van buurtbewoners tot ondernemers, maar zijn ook benieuwd naar wat deze jongens ons te vertellen hebben. Bij de gym worden we verwelkomd door Ajuau. Maar ook door Tarik, die achter de balie staat. Hij wordt ook meteen mijn eerste gesprekspartner.

Gewoon gezellig

Tarik is 18 jaar oud en woont al zijn hele leven in de Aker. Hij kan me dan ook goed vertellen wat er vroeger allemaal beter was in de buurt: “Vroeger was er Paradox, daar waren voetbaltoernooien, playstation-toernooien. Maar Paradox bestaat niet meer. Nu is er alleen nog de Hood.” De Hood is een ‘activiteitencentrum’, niet ver van de kickboksschool vandaan. Maar volgens Tarik is dat net voor een andere buurt bedoeld. Tarik: “We zijn wel welkom, maar het is niet zoals Paradox onze thuisbasis. We hebben nu niet iemand die ons aantrekt, die ons stimuleert.” Zo’n rol zou hij zelf wel op zich willen nemen. Bijvoorbeeld door later gymmeester te worden, of jongerenwerker. Tarik: “Ik vind het leuk om mensen te stimuleren. Of bijvoorbeeld bingo avonden te organiseren voor oma’s en opa’s. Zoals vroeger bij Paradox, toen we voor mensen gingen koken.” Wat ‘m dan nog tegenhoudt? Tarik: “Nu kan dat nog niet, daarvoor heb ik het te druk met school. Ik studeer ROC sportopleiding.”

Tarik bij Ajuau & Etta Gym. Foto: Kennisland (CC BY)

Naar Tarik’s idee was er vroeger in de buurt veel meer sfeer dan nu, was het gewoon gezellig en was er altijd iets te doen. Nu, zegt hij, is het dood op straat. Maar daar zijn de jongens die ik naast Tarik spreek het niet mee eens. Achmed (15) en Mohamed (16) wonen ook in de Aker en zijn er ook allebei opgegroeid. Na een goede kickboks work-out komen ze met me praten in de kantine. Naast kickboksen bestaat hun leven uit naar school gaan, buiten op straat hangen met vrienden, voetballen, uitslapen en muziek luisteren. Mohamed: “We luisteren naar rappers met een verhaal”. Zij vinden het helemaal niet saai in de Aker. Volgens hen is de Aker een fijne buurt waar je chill kan hangen met je vrienden. Achmed: “Het is gewoon gezellig. Er zijn veel leeftijdsgenoten.”

Jongeren die hangen

Als ik, geïnspireerd door Tarik, vraag of ze niet ook een buurthuis zouden willen, zegt Mohamed daar het nut wel van in te zien. Mohamed: “Als er geen buurthuis is gaan jongeren hangen. Dat is niet altijd erg, maar soms wel en dan zorgt het voor overlast. In ieder geval voor oudere mensen.” Als ik vraag wat dan het verschil is tussen hoe zij hangen op straat, en wie ‘hangjongeren’ zijn, leggen ze uit: “Wij hebben iets om onze tijd mee te benutten, het kickboksen. Maar sommige mensen niet.”

Mohamed en Achmed bij Ajuau & Etta Gym. Foto: Kennisland (CC BY)

Hoewel voor hen het onderscheid tussen ‘hangjongeren’ en ‘jongeren die hangen’ duidelijk is, lijkt dat onderscheid minder duidelijk wanneer ze vertellen hoe andere mensen uit de buurt hen benaderen. Zo vertelt Mohamed over de keer dat een onbekende vrouw tegen hem zei: “oh, jij bent een van die jongens” omdat hij stilstond op een fietspad. Mohamed: “Ik had wel de neiging om haar uit te schelden, maar dat deed ik maar niet. Dan laat je zien dat je dus niet zo bent.” Als ik vraag naar het contact met mensen uit de buurt begint Achmed te lachen en zegt tegen Mohamed: “Je weet wie ik bedoel toch?” Ze begrijpen elkaar. Achmed legt uit: “Je hebt van die mensen, zij willen jou niet kennen, en ze willen dat je hen ook niet kent.” Als ik vraag of zij ‘die mensen’ wel willen leren kennen, antwoorden ze: “Dat heeft toch geen nut, want ze mag ons niet.” Dan voegt hij toe: “Maar soms is ze ook wel oke, hoor.”

Het is wel duidelijk dat de jongens zich wel vermaken in de buurt. Met kickboksen, met samen hangen op straat, of met het volgen van een opleiding. Toch denk ik, wanneer we alweer onderweg zijn terug naar huis, dat zo’n bingo of diner met wat volwassenen uit de wijk en georganiseerd door jongeren, helemaal niet zo’n slecht idee zou zijn.

--

--

Simone van de Wetering
PLAATSMAKERS

Researcher and advisor social innovation at Kennisland