Vals plat

Pauline Libeert
RuimteAap
Published in
2 min readAug 28, 2023

Ik nam de trein naar Antwerpen-Centraal en daar in de hal vooraan stond Gert op me te wachten. Tandem in de hand, versierd met valse bloemen, rugzak gevuld met Ice Tea en chips. Eigenlijk wou hij een pannenkoekenmix meenemen met een gasvuurtje, maar dat bleek uiteindelijk iets te veel gedoe. We fietsten helemaal naar Lilo en namen de overzetboot tot Doel. Daar reden we rond, tuurden we naar huizen. Als hij me terug in het station afzette, gaven we elkaar een knuffel. Ik begon te blozen en stapte helemaal van de kaart op de trein.

Die dag was een van mijn beste dates ooit.

Want ik was heel nieuwsgierig naar Doel. Gert had me perfect ingeschat. En op een tandem rijden is een veilig avontuur waarvoor ik weinig overtuiging nodig had.

Soms vraag ik me af of ik het beste al heb gehad. De golven van iemand die verliefd wordt op mij, lijken soms ver weg. Wat als niemand ooit nog zou beseffen dat ik het wel eens kan zijn? Wat als ik het al te vaak heb verknoeid?

In het voorbeeld van Gert kan ik mezelf niets kwalijk nemen. Eens ik verliefd was, verhuisde hij naar Zuid-Afrika en we zijn nu tien jaar, een huwelijk en twee pagadders later. Zo moest het lopen!

Maar in de andere weet ik het niet goed. Ik zie twee paden voor me:

  1. Ik leer iemand kennen en ineens ben ik niet te stoppen. Tot over mijn oren verliefd, trouwuitnodigingen in mijn hoofd aan het opstellen, knettergek aan het worden van spanning en constant aan het ontploffen van geluk. Als dat gebeurt, heb ik best wat volk in de buurt om me terug op de grond te zetten. Want dan loop ik pardoes in mijn ongeluk. Het kan even goed gaan, maar we weten allemaal dat het uiteindelijk voor mij of de ander genoeg zal zijn. En dan mag je me weer bij elkaar komen vegen.
  2. Dit pad suckt. Op dit pad besef ik soms pas jaren na datum dat iemand misschien wel perfect voor me had kunnen zijn. En dan zie ik hoe die verder gaat, met iemand anders, en het leven leeft dat ik wou. In dit geval heb ik mensen om me die blijven herhalen dat ik mezelf iets wijsmaak. Handig wel, zo’n netwerk.

Dus wat moet ik daarmee? Een derde pad gaan zoeken, waarvan ik niet weet of het wel bestaat? Misschien heb ik niet de juiste schoenen om het te bewandelen. Of is het vals plat. Of nog erger: zodanig plat dat ik me ga vervelen.

Ik weet het allemaal niet, maar ik ben nog niet wanhopig. Soms vraag ik luidop aan iemand: “Met wie zou ik trouwen?” en dan behandel ik het als een groot geheim, dat anderen al kennen, maar voor mij een verrassing is.

Ik kan niet wachten tot het voor mij onthuld wordt!

Amai, dat gaat goed zijn.

--

--