“Afval is alleen maar een grondstof zonder identiteit”

Tweede editie Circulaire Economiefestival in Nijmegen

SAM
sambyhan
5 min readMay 29, 2019

--

We lijken het er met zijn allen over eens: de toekomst wordt circulair. Bedrijven, gemeentes en andere instellingen pakken die toekomst ieder op hun eigen manier aan. Maar hoe precies? Dat werd duidelijk tijdens de tweede editie van het Circulaire Economiefestival in Nijmegen.

Tekst: Hans van Lissum
Foto’s: Circulaire Economiefestival

‘Kom je met het openbaar vervoer? Vanaf Nijmegen CS pendelt de gratis zonnetrein naar het festivalterrein bij de Vasim’, zo stond er te lezen op de website van het Circulaire Economiefestival 2019. Tja: je bent een festival over duurzaamheid en innovatie, of je bent het niet.

De Vasim als circulaire hotspot
De tweede editie van het festival, georganiseerd door Euroforum samen met ARN, Rabobank, Gemeente Nijmegen en Provincie Gelderland, werd gehouden op het terrein van culturele broedplaats De Vasim. Niet bepaald een lukraak gekozen locatie, zo onderstreepte de Nijmeegse GroenLinks-wethouder Harriët Tiemens tijdens haar welkomstwoord. “De Vasim wordt straks een circulaire hotspot in de stad. En dat past helemaal bij een stad als Nijmegen: wij zijn circulair tot onze bushokjes en rioolbuizen aan toe. Aan die ontwikkeling blijven we hard doorwerken.”

De Vasim als circulaire hotspot van Nijmegen

De verbrandingsoven in
Hard doorwerken aan een circulaire toekomst: het bleek het verbindende thema van de dag. Verschillende changemakers vanuit het bedrijfsleven, de overheid en andere organisaties vertelden, verspreid over het Vasim-terrein, hoe zo’n toekomst er volgens hen uit moet zien.
Anne-Marie Rakhorst, ondernemer en oprichter van Duurzaamheid.nl, hamerde in haar gepassioneerde presentatie daarbij vooral op het ondernemen van actie. Want de feiten, die liegen er niet om.
“We kopen gemiddeld zesenveertig kledingstukken per jaar. Daarvan gooien we er zo’n veertig per jaar weg”, zegt Rakhorst. “Dat komt neer op tweehonderd miljoen kilo textiel, waarvan er maar vijfentwintig worden hergebruikt. De rest gaat, páts, de verbrandingsoven in. Hetzelfde geldt voor matrassen: anderhalf miljoen worden er jaarlijks vernietigd. Dan kunnen we met zijn allen gaan zeggen: goh, wat erg. Maar alleen daarmee kom je er niet.”

Ploeteren en innoveren
Actief samenwerken en innoveren is volgens Rakhorst broodnodig. “Ik zeg altijd: afval ontstaat alleen maar omdat het een grondstof is zonder identiteit. Wij kunnen als geen ander van afval iets bijzonders maken. Door te ploeteren, hard te werken en na te denken met elkaar kunnen we uiteindelijk producten maken die 100% duurzaam zijn. Dat hoeft echt niet meteen allemaal perfect te gaan. Juist door te leren van je fouten maak je innovatie leuk.”

Circulaire matras
Daar sloot het verhaal van Ine Stultjens, hoofd marketing bij Auping, naadloos op aan. De matrassenfabrikant heeft met zijn eerste circulaire matras een wereldprimeur te pakken. “Als je die anderhalf miljoen matrassen die jaarlijks in Nederland worden verbrand bovenop elkaar legt, is dat zo hoog als honderd keer de Mount Everest. Daarom zijn we in 2017 aan de slag gegaan met een circulaire matras, waarbij alle lagen van een oude matras kunnen worden hergebruikt: van de veren tot de lattenbodem. Zo nemen we actief deel aan het verminderen van de afvalberg.”

Paneldiscussie
Mooie initiatieven, daar leek iedereen het donderdag wel over eens. Maar een snel groeiende circulaire economie roept tegelijkertijd ook onvermijdelijke nieuwe vragen op. Tijdens een paneldiscussie konden zes deskundigen reageren op een aantal stellingen, en hun licht laten schijnen op wat de toekomstige rol van de overheid, het onderwijs en het bedrijfsleven in een circulaire economie moet gaan zijn.

Onderwijs op de schop
Panellid Christien Lokman, programmamanager Sustainable Energy & Environment bij de HAN, ziet in die toekomst vanzelfsprekend een belangrijke rol voor het onderwijs weggelegd. Met de tweede stelling, ‘Om een circulaire economie te behalen moet het onderwijs op de schop’, bleek ze het dan ook hartgrondig eens. “We werken vanuit de HAN al veel samen met bedrijven en de overheid: ons hele onderwijs is al gestoeld op het samenwerken in die driehoek vanuit onderwijs en onderzoek. Alleen door die partijen bij elkaar te brengen vind je oplossingen voor vraagstukken op het gebied van circulaire economie”, is haar overtuiging. “Het is een multidisciplinaire aanpak waar je niet meer omheen kunt. Ook bedrijven moeten echt in die nieuwe aanpak mee. Je ziet nu nog te vaak dat bedrijven op de korte termijn denken. Ze denken wel aan vandaag en morgen, maar kijken verder nog te weinig vooruit. Maar juist met die toekomst moeten ze bezig zijn, anders missen ze de revolutie.”

Hybride leeromgeving
Wat die multidisciplinaire aanpak betreft, neemt de HAN geen halve maatregelen. “We zijn nu bijvoorbeeld bezig met het opzetten van een innovatielab waar onderwijs, onderzoek en het bedrijfsleven elkaar kunnen ontmoeten”, vervolgt Lokman. Zo ontstaat volgens haar een hybride leeromgeving: “Bedrijven krijgen zicht op nieuwe professionals en hebben toegang tot onze kennis. Andersom weten wij weer precies waar we onze studenten voor opleiden. Daarnaast gaan we een masteropleiding Circulaire Economie aanbieden: die begint al in september. Zo verbind je onderwijs, onderzoek en bedrijfsleven nog meer aan elkaar.”

Groentekneusjes
Na de circulaire lunchbreak, bestaande uit sinaasappelcake van fruit dat normaliter zou worden weggegooid, en broodjes belegd met zogenaamde ‘groentekneusjes’, waaierde het publiek uit over het terrein voor diverse presentaties en lezingen. Daar werd meteen duidelijk hoe breed het begrip ‘circulaire economie’ eigenlijk reikt: zo kwam Cathy van Beek, strategisch adviseur Duurzaamheid van RadboudUMC, praten over hoe de zorg duurzamer kan en moet. Elders werd geschetst hoe straks niet alleen de inhoud van supermarktschappen circulair kan worden, maar ook hoe die supermarkten zélf kunnen worden gebouwd van volledig gerecycled materiaal.

Luierrecycling
Toch bleek de grootste verrassing van de dag misschien wel de presentatie van Willem Elsinga, van Elsinga Beleidsplanning & Innovatie. Hij verraste de toehoorders met een betoog over het belang van luierrecycling, en deed tijdens zijn presentatie helder uit de doeken hoe er uit een onwaarschijnlijke bron als gebruikte luiers door slimme recycling maar liefst vier bruikbare eindproducten gehaald kunnen worden: biogas, compost, kunstmest en plastic.

Identiteit
Het onderstreepte maar weer eens dat een succesvolle circulaire economie draait om innoveren en out of the box durven denken. Na de presentatie van Elsinga leek de uitspraak van Anne-Marie Rakhorst eerder die dag dan ook definitief bevestigd: namelijk dat afval, zelfs in de vorm van een vieze luier, in werkelijkheid een prima bruikbare grondstof is. Een grondstof die gewoon nog even een identiteit moet krijgen.

--

--

SAM
sambyhan

Journalistiek medium van de Hogeschool Arnhem & Nijmegen