Hooikoortspatiënten: de nieuwe paria (column)

SAM
sambyhan
Published in
3 min readMay 18, 2020

Heb je hooikoorts? Dan ben je de klos, beweert columnist Martijn. Mensen met allergieën worden in onze nieuwe samenleving met de nek aangekeken. Hij raadt ons aan om van het verleden te leren.

Tekst: Martijn van Koolwijk

Ik schreef ooit een kortverhaal. ‘Kinkhoest: Een Liefdesgeschiedenis’. Het was een dystopisch, sci-fi, fantasyverhaal over een futuristische stad op een enorme metalen paal, in het midden van een woestijn. Onderaan die paal bevond zich een enorm tentenkamp, opgedeeld in zones. In deze zones woonden diverse soorten onrendabelen. Een groep daarvan bestond uit mensen die besmet waren met kinkhoest.

Ik moet de laatste tijd vaak denken aan dit verhaal, vooral sinds het RIVM een aantal dagen geleden hun ‘Hooikoorts of COVID-19’-video plaatste. In anderhalve minuut legt de video de overeenkomsten en verschillen tussen de twee aandoeningen uit. Wetenschapsjournalist Tonie Mudde wees ons er in De Volkskrant echter op dat zelf het verschil weten volkomen nutteloos is. Wie met zijn hooikoortssnotkop voor de supermarkt, de kroeg, bios of trein staat kan namelijk zomaar geweigerd of als paria behandeld worden.

Volgens diverse bronnen heeft ongeveer 20% van de Nederlanders een allergie, waarvan het grootste gedeelte — in totaal zo’n 2 miljoen mensen — hooikoorts. Dat zijn 2 miljoen mensen waarvoor in ‘het nieuwe normaal van de anderhalvemetersamenleving’ van de maanden februari tot september eigenlijk geen plaats is. De allergischen als een nieuwe groep onrendabelen. Onrendabelen die zichzelf kapot schamen om hun waterige ogen en de kriebel in hun neus.

De laatste tijd is Stephen King vaak te gast in talkshows, niet alleen om zijn nieuwe boek te promoten, maar ook omdat de uitbraak van COVID-19 volgens sommigen ‘voorspeld’ is in Kings boek The Stand, waarin op de eerste paar honderd pagina’s de hele wereld dankzij reislustige mensen besmet raakt met een supergriep. Het deed mij denken aan een interview met filmmaker Martin Koolhoven, waarin hij vertelde hoe de Amerikaanse regering bij rampen te rade gaat bij scenarioschrijvers. Zij zouden een sterker voorstellingsvermogen hebben en oplossingen kunnen bedenken waar politici nog niet van kunnen dromen. De echte creatievelingen en kunstenaars als perfecte bedenkers voor wetenschappelijke hypothesen.

Nu sterft in The Stand echter om en nabij 95% van de bevolking uit. In ‘Kinkhoest’ zijn de zieken verbannen en door andere verstotenen te herkennen aan de roze band om hun arm, dus het lijkt mij goed de ingebrachte oplossingen voor het doorvoeren ervan altijd even langs de historische meetlat te leggen. Het lijkt mij sowieso goed om te doen, want momenteel gebeurt dat met de oplossingen van creatieve managers en politici ook niet. Een gemiste kans, want zonder geschiedenis om van te leren en de kunsten die je helpen het onvoorstelbare voor te stellen en je makkelijker in een ander te kunnen verplaatsen, houd je een hele nare, holle samenleving over.

Martijn van Koolwijk is een paar jaar geleden afgestudeerd bij de HAN. Sindsdien werkt hij in de geestelijke gezondheidszorg. Hij schrijft om de week een artikel voor SAM. Lees zijn vorige bijdrage hier.

--

--

SAM
sambyhan

Journalistiek medium van de Hogeschool Arnhem & Nijmegen