Bij de Academie Organisatie & Ontwikkeling maakt men gebruik van ouderejaars studenten als student-slb’ers voor de eerstejaars. En met succes. Tijd om dit fenomeen HAN-breed in te zetten?
Tekst: Herman van Deutekom
Foto’s: Marcel Krijgsman
Ongeacht corona sta je als beginnend student voor een hele opgave: na het middelbaar onderwijs maak je de grote stap naar het hoger beroepsonderwijs of de universiteit. En dan moet je het verder maar uitzoeken. Als je iets niet weet, wil je ook niet voor elk kleinigheidje je studieloopbaanbegeleider lastigvallen. Hoe handig is het dan om een ouderejaars student als back-up te hebben? Bij de Academie Organisatie & Ontwikkeling worden deze student-slb’ers ingezet bij de opleidingen Bedrijfskunde, Facility Management, Logistics Management en Human Resource Management.
Congres ‘student als partner’
“Het idee is ontstaan tijdens een bezoek aan het congres ‘Student als partner’, in 2018 in Canada”, weet docent Matthijs Kolthoff van de Academie Organisatie & Ontwikkeling nog goed. “Een mooi congres. En met de opgedane informatie wilde ik concreet iets doen. Met welke problemen hebben beginnende studenten te maken? De overgang van het voortgezet onderwijs en het mbo naar het hbo is groot. Hoe kunnen we die stap verkleinen, het makkelijker maken? Eerstejaars lopen overal tegenaan, niet alleen inhoudelijke zaken, ook praktische dingen. Dan heb je het liefst een ‘peer’, iemand uit dezelfde sociale omgeving, die hetzelfde heeft meegemaakt en je met allerlei zaken op weg kan helpen. Je weet dat die gesprekken anders zijn dan met de docent-slb’er. Ze zijn informeler.”
Praktische en inhoudelijke begeleiding
Kolthoff besloot niet te wachten tot er officieel uren voor werden vrijgemaakt. De betrokkenen gingen aan de slag en zijn tot drie hoofdpunten gekomen waarin eerstejaars hulp kunnen gebruiken: 1: praktische begeleiding, bijvoorbeeld: waar moet je je inschrijven voor een tentamen? 2: inhoudelijke begeleiding, zoals werken in teamverband. 3: studievaardigheden. Denk daarbij aan het maken van een studieplanning. Het idee is dat de student-slb’ers de eerstejaars met name op deze vlakken ondersteunen.
Bij de vier eerdergenoemde opleidingen heeft elke klas 1 of 2 student-slb’ers, rond 40 in totaal. Na 7 weken volgt er een functioneringsgesprek tussen de slb’er en elke student. Soms wordt de student-slb’er bij dit gesprek betrokken.
Studiepunten
Een van deze student-slb’ers is Inaame Dalouh, tweedejaars Bedrijfskunde. Voor de zomervakantie werd haar en haar klasgenoten gevraagd of ze interesse hadden om in het nieuwe jaar student-slb’er te worden. Als tegenprestatie kregen ze enkele studiepunten. Ze gaf zich op en is nu samen met Mitchell, een andere tweedejaars, student-slb’er van een klas van zo’n 25 eerstejaars studenten Bedrijfskunde. Een cursus studieloopbaanbegeleiding heeft ze niet gekregen. “Het gaat er vooral om dat wij al weten wat je als eerstejaars meemaakt, waar je tegenaan loopt. Daar kunnen wij bij helpen.”
Inaame Dalouh: “Het belangrijkste verschil met een docent-slb’er? Je praat niet als docent, je bent geen politieagent”
Whatsappgroep
En dat helpen gaat heel snel. De studenten en de twee student-slb’ers zitten in een Whatsappgroep. “Daarin beantwoorden wij vragen van en voor de hele groep. En als een student een vraag liever één op één stelt, kan dat ook. We weten hoe moeilijk het eerste jaar kan zijn, zeker in deze coronaperiode.
Het belangrijkste verschil met een docent-slb’er? Je praat niet als docent, je bent geen politieagent. Je bedenkt hoe je het zelf fijn vindt om geholpen te worden en dan hoop je dat de student dat ook prettig vindt.”
Meteen antwoord
Volgens eerstejaars Bedrijfskunde Alex Mehlbaum werkt dat heel goed. “Ik was aangenaam verrast. Ze staan altijd voor je klaar. Je hoeft maar een vraag te stellen in de appgroep en ze geven meteen antwoord.” Bij de projectgroepen, waarbij de studenten moeten samenwerken, kunnen makkelijk problemen ontstaan, weet Alex inmiddels uit ervaring: “Bij onze projectgroep was een student die niets deed. Dat had Mitchell snel in de gaten. Hij heeft toen met onze projectgroep een gesprek gehad, waarna de situatie is opgelost. Die student is later met de opleiding gestopt”, weet Alex nog. “In principe, als je een student in je projectgroep hebt die niks doet, dan moet je dat melden aan de docent-slb’er. Maar in dit geval heeft Mitchell het snel en goed opgepakt.”
Signalerende functie
Waar is de docent-slb’er dan nog voor nodig? “Die houdt de studievoortgang van elke student bij en heeft persoonlijke gesprekken”, zegt Kolthoff. “En hij of zij heeft regelmatig gesprekken met de student-slb’ers. Dan wordt er bekeken tegen welke problemen ze aanlopen. Als er wat binnen een groep speelt, willen we dat graag weten. De student-slb’ers hebben een signalerende functie. Je moet hen zien als de schakel tussen de docent-slb’er en de studenten. Daarom moeten de docent-slb’ers de student-slb’ers ook serieus nemen.”
HAN-breed?
Met het inzetten van ouderejaars studenten als slb’ers denkt Kolthoff een serieuze bijdrage te leveren aan het verkleinen van de problemen waar beginnende studenten mee te maken hebben. Is dit niet iets om bij alle HAN-opleidingen in te zetten? “Dat lijkt me wel. Van de slb’ers en de eerstejaars hoor ik alleen maar positieve geluiden.”
