Luisteren naar verhalen # Gennep

Peter Hendriks
Toekomstlabs Noord Limburg
7 min readOct 26, 2017

Om sociale kwesties beter te begrijpen is inzicht nodig in de belevingswereld van betrokkenen. Hoe wordt door hen de kwestie ervaren? Welke ideeën of wat voor een visie heeft men over de kwestie? Om deze vragen te kunnen beantwoorden gaan wij luisteren naar hun verhalen. Voor het Toekomstlab Gennep zijn deze verhalen zeer waardevol en dus gaan wij actief op zoek naar die verhalen om het leven en handelen van mensen te begrijpen. Het verhaal van de vertellers staat centraal en kan bijdragen aan het ontwikkelen van de gewenste situatie.

Perspectievenmap

Twee vrijwilligers van Stichting Vluchtelingenzorg Gennep wilden hun verhaal met ons delen. De vrijwilligers zijn actief als taalmaatjes en gekoppeld aan een statushoudersgezin om de Nederlandse taal te oefenen. Deze ‘taalkoppels’ zijn door de taalmaatjes aangemoedigd hun ervaringen en verhaal met ons te delen. Eerst zijn we op bezoek gegaan bij de taalmaatjes die al twee jaar betrokken zijn bij de statushouders. De taalmaatjes konden ons veel vertellen over hun ervaringen met de sociale integratie van statushouders in de gemeente Gennep. Voor het toekomstlab is het van belang om te weten wat er al goed gaat en wat er anders kan in de sociale integratie.

Visie van taalmaatjes

Als we vragen naar wat er goed gaat in de sociale integratie van statushouders, dan wordt verteld dat statushouders in Nederland het eigenlijk best goed hebben. Ze hebben een inkomen, een woning en worden geholpen door organisaties en vrijwilligers. De doelgroep is behoorlijk vindingrijk en is (vaak) op de hoogte van waar men recht op heeft. In Gennep gaan er best veel dingen goed in de sociale integratie. Voor de statushouders is er een vrouwengroep, een mannengroep, een kringloop winkel, een contactpersoon bij de gemeente en er is nu zelfs goed taalonderwijs dat is afgestemd op niveaus. “Er zijn veel initiatieven en organisaties die materiële en praktische steun geven aan statushouders, maar er heerst ook een gevoel dat ze aan hun lot worden overgelaten” aldus het taalmaatje. Vanaf de eerste dag dat de statushouders in de gemeente wonen krijgen ze een half jaar (voornamelijk praktische) begeleiding.

Na een half jaar begeleiding zijn ze op zichzelf aangewezen, maar weten vaak nog niet hoe alles werkt. Dat zou eigenlijk anders moeten, want het is naïef om te stellen dat die mensen in een hoogwaardig en technologisch ontwikkeld land zelf hun weg kunnen vinden.

Beide vrijwilligers delen de mening dat dat er in de begeleiding van statushouders meer uitgevoerd moet worden door professionals die specifieke kennis hebben. Wij luisteren aandachtig als voorbeelden genoemd worden, zoals een huishoudcoach die ondersteuning kan geven of een wijkverpleger die zicht heeft op het welzijn van kinderen.

Gelukkig is de papieren brigade sinds kort in de bibliotheek gevestigd die helpt met administratie en dat scheelt ons als vrijwilligers een hoop werk. Wij vragen ons al heel lang af wie er nou verantwoordelijk is voor de opvang van statushouders?

Beide taalmaatjes vinden dat de gemeente doet aan ‘over de schutting gooien’ en steeds meer verantwoordelijkheid, desalniettemin ongevraagd, aan vrijwilligers over laat. Ze vertellen ons over een voorbeeld dat van een brief en zijn daar nog steeds verbaasd over.

Een tijdje geleden kregen wij een brief met het aanbod dat vrijwilligers een cursus konden volgen. De cursus zou ons leren hoe wij met getraumatiseerde statushouders om moeten gaan, maar wij zijn vrijwilligers en geen hulpverleners!

De taalmaatjes geven aan dat er in de samenwerking tussen organisaties verbetering mogelijk is. In Gennep wordt er wekelijks op dinsdagochtend een vrouwengroep georganiseerd. De vrouwengroep bestaat uit buitenlandse en Nederlandse dames die gezamenlijk activiteiten ondernemen. Dit is een uitstekend initiatief dat bevorderlijk is voor de sociale integratie, want het is een geweldige mogelijkheid om met elkaar in contact te komen en het sociale netwerk te vergroten. Het is aannemelijk om te denken dat organisaties de vrouwen aanmoedigen hier deel aan te nemen, maar de ervaring schetst een ander beeld. Het taalmaatje zegt het volgende.

Het lesrooster van de inburgeringscursus wordt regelmatig aangepast en is op de tijd dat de vrouwengroep bijeenkomt. Nu kunnen vrouwen door het lesrooster niet naar de vrouwengroep gaan, maar ze willen dit wel heel graag. Dit zou toch makkelijk opgelost kunnen worden door het gezamenlijk te bespreken?

De kracht van verhalen

Samen met de taalmaatjes gaan we naar de statushouders die al op ons zitten te wachten. We worden open ontvangen en er heerst een gezellige sfeer. De man verteld met trots dat hij voor het onderdeel lezen van de inburgeringscursus een negen heeft gehaald. Waar het kan en mogelijk is doet het gezin mee aan activiteiten, zoals de mannengroep. Het voorbeeld van de vrouwengroep komt ter sprake en wij zijn benieuwd hoe het gezin dit ervaart. De vrouw zegt dat ze zo graag naar de vrouwengroep wil gaan, maar niet kan door de Nederlandse les. Terwijl ze dit verteld merk ik op dat ze wat emotioneel wordt van het onderwerp. Sociale integratie is voor haar erg belangrijk en het raakt haar.

De kracht van verhalen — storytelling als methode in het Toekomstlab

Haar emoties willen wij vanuit het Toekomstlab initiatief laten zien aan betrokkenen en doen dit door haar verhaal te visualiseren en te delen. Betrokkenen krijgen op deze manier, in dit geval het voorbeeld van de vrouw, inzicht in de belevingswereld van de ander. Het delen van elkaars verhalen zorgt voor meer begrip tussen de systeemwereld en leefwereld en dat biedt de mogelijkheden om tot een verandering te komen om de gewenste situatie te bereiken.

Empathy map — een zogenaamd ‘design tool’ dat wordt gebruikt in het Toekomstlab

Integratie in Gennep

Dankbaarheid is door ons van de gezichten af te lezen als ze vertellen dat ze het heel goed hebben in de gemeente Gennep. De mensen zijn aardig, behulpzaam en de gemeente heeft veel voor ons gedaan. Ondertussen wordt er thee aangeboden en is een schaal met dadels op tafel gezet, wat de gastvrijheid aangeeft van de statushouders. Graag zien zij dat er meer mensen op bezoek komen, maar in hun buurt zijn er weinig mensen op straat. “Buurtbewoners zijn aardig, maar druk met werk en hebben geen tijd om langs te komen” aldus de statushouders. Eerder hadden ze heel goed contact met de buren, maar deze zijn verhuisd en dat vinden ze erg jammer. Er is goed contact met de basisschool, want maandelijks is er een gesprek met de docent over de ontwikkeling van hun kinderen.

Al luisterend en verder vragend naar hun verhaal komt het onderwerp werk ter sprake. Wat het gezin niet begrijpt is dat gemeenten zelf bepalen welk beleid ze uitvoeren t.b.v. arbeidsparticipatie. “In Gennep moet je direct werken als je een uitkering ontvangt” zegt de man. Hij vind het niet erg, maar vind het lastig om te begrijpen dat er in andere gemeentes andere regels zijn. Hij noemt als voorbeeld “statushouders die in een andere gemeente wonen moeten eerst hun inburgeringscursus halen en mogen dan pas gaan werken”. Toen het gezin in Gennep kwam wonen moest de man een dag per week gaan werken. Daarmee zou hij sneller de Nederlandse taal leren en eerder kunnen instromen naar betaald werk. Echter was er meer belemmering dan bevordering om op die werkplek de taal te leren. Door eigen inzet en ondersteuning van zijn taalmaatje kreeg hij een andere werkplek die beter was voor zijn taalontwikkeling. Hetzelfde geldt voor situaties als leven van een uitkering en een goede huurwoning vinden.

Ik heb advies gevraagd aan mijn taalmaatje en hij zei mij om in gesprek te gaan met mijn leidinggevende. Op die manier kon ik mijn zorgen en ideeën bespreken. Dit heb ik gedaan en mijn leidinggevende begreep mij. Er volgde een andere werkplek voor het ontwikkelen van de Nederlandse taal en ik heb zelfs een certificaat gehaald, om te werken met een bosmaaier en kettingzaag.

De statushouders en taalmaatjes zijn het eens dat er verandering moet komen in de arbeidsparticipatie. “Passend werk, dat past bij de talenten van mensen” aldus de taalmaatjes en statushouders.

Dit is van waarde

In de huiskamer van de statushouders praten de taalmaatjes met de statushouders over de nieuwe regering. Ze bespreken elkaars zorgen en vragen zich af wat dit gaat betekenen voor statushouders en vrijwilligers. Ondertussen krijgt ieder een bord voorgeschoteld met partjes geschilde appel en plakjes banaan. Het is mooi om te observeren dat er een interessant dialoog, over politiek, gaande is tussen de Nederlandse taalmaatjes en statushouders die pas drie jaar in Nederland wonen! De kinderen van het gezin zijn klaar met school en lopen heen en weer, waarbij opvalt dat ze uitstekend Nederlands spreken. We praten met de kinderen, terwijl het gesprek over de nieuwe regering nog gaande is, en die vertellen ons dat ze het enorm naar hun zin hebben in Gennep. De school is leuk en ze hebben veel vriendjes en vriendinnetjes. De antwoorden van de kinderen en wat wij op dat moment in de huiskamer waarnemen, geeft ons het beeld dat dit een onderdeel is van de sociale integratie wat goed gaat.

Verhalen uit leef- en systeemwereld

De verhalen vanuit het perspectief van de statushouders en taalmaatjes hebben ons inzichten gegeven vanuit hun leefwereld. Verschillende betrokkenen ervaren dezelfde belemmeringen. Als u de blogs van ‘Toekomstlabs Noord Limburg’ volgt dan zal het u waarschijnlijk zijn opgevallen dat de besproken kwesties eerder zijn genoemd. Nu is aan ons om verder te verkennen en verdiepen door te luisteren naar de verhalen vanuit het perspectief van de systeemwereld. Wordt vervolgt!

--

--

Peter Hendriks
Toekomstlabs Noord Limburg

Student Maatschappelijk Werk en Dienstverlening aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen