Even voorstellen!

Waar komt mijn droom vandaan?

sebastian oldenzeel
9 min readNov 29, 2017

In mijn vorige artikel heb ik jullie verteld over mijn droom. Om het plaatje compleet te maken wil ik jullie nu vertellen waar mijn droom vandaan komt. Dus zal ik mezelf eerst even voorstellen.

Aangenaam!
Mijn naam is Sebastian Oldenzeel en ik ben 27 jaar. Ik woon in Rotterdam waar ik bedrijfskunde en filosofie heb gestudeerd. Mijn vader en moeder wonen in Wijchen en ik heb een oudere en een jongere broer.

Ik hou van sporten: klimmen, kitesurfen, wielrennen, hardlopen, squash, golf, snowboarden, schaatsen, skaten, wakeboarden, noem maar op..

Voor mijn rust schaak ik, golf ik en lees ik. Óf ik haak een muts…

Volgens de ‘VIA Character Strengths Survey’ ben ik in 4 eigenschappen te omschrijven als:

Ok. Nu weet je wie ik ben. En in mijn eerste artikel heb je gelezen over mijn droom: Jongeren helpen helemaal zichzelf te durven zijn.

En waar komt die droom dan vandaan? Daarvoor gaan we een stukje terug. Helemaal terug om precies te zijn.

Basisschool

Het begin van mijn basisschool herinner ik me als een geweldige tijd. Ik voelde me vrij, was enorm leergierig en enthousiast. Ik hielp graag anderen met leren, deed het liefst dingen samen en genoot ervan onderdeel te zijn van een groep. Zo vond ik het leuk om taken te maken voor vakken en andere leerlingen te helpen bij die van hen. Ook speelde ik graag met de groep in de pauze.

Einde Basisschool

In groep 6 en 7 van de basisschool heb ik me gepest gevoeld. Omdat ik leren zo leuk vond had ik eigenlijk altijd mijn werk af voordat ik op school kwam. Ik mocht dan op de computer spelen of andere extra taken doen. In mijn beleving werd ik als reactie hierop buiten de groep gesloten. Ik mocht bijvoorbeeld niet meer meespelen in de pauzes.

Ik begreep destijds niet wat er gebeurde en waarom. Ik dacht dat de groep mij niet goed genoeg vond om deel te mogen zijn van de groep.

Uiteindelijk trok een leerling me mee om te gaan stoeien en brak daarbij mijn vinger. Ik ging groep 8 overslaan en door naar het stedelijk gymnasium in Nijmegen.

Middelbare school

Uit mijn basisschooltijd had ik de overtuiging meegenomen dat ‘de groep mij niet goed genoeg zou vinden zoals ik zelf was’.

De rode draad door mijn middelbare school tijd werd daardoor de vraag: ‘hoe moet ik me gedragen om niet weer buiten de groep gesloten te worden?’.

Hoewel grotendeels onbewust liet ik me dus drijven door mijn angst: het voorkomen van wat ik níet wilde.

Ik leerde mezelf aan te pleasen en na te doen wat ik zag dat werkte voor anderen. Helaas bleek dat bijna nooit het gewenste resultaat te geven: geaccepteerd worden door de groep.

Ik raakte steeds verder van ‘mezelf’ af, van mijn positieve drijfveren: wat ik wél wilde. Ik voelde me gevangen en ongemotiveerd op school. Ik had moeite met groepen. Ik zonderde me af thuis achter de computer en voelde me onbegrepen en eenzaam. Thuis was ik veel boos en gefrustreerd.

Einde middelbareschool

In de 6e klas was er dan eindelijk perspectief op nieuwe vrijheid!

Ik moest en zou op wereldreis gaan en vervolgens in Rotterdam studeren en wonen. Zo ver mogelijk weg van mijn ouders en middelbare school dus.

Vrijheid zocht ik in adrenaline, enthousiasme, zelfvertrouwen en indrukwekkend gevonden worden door anderen.

Ik was constant bezig met bewijzen dat ik wel goed genoeg was. Maar ja, dat ik het wilde bewijzen, betekende dat niet juist dat ik het zelf niet geloofde..?

Studietijd

Ik koos voor Bedrijfskunde om de reden die helaas zoveel voor komt: ‘je kunt er nog alle kanten mee op’. Ik had geen idee van mijn ‘intrinsieke motivatie’: van wat ik wél wilde.
Ik had nauwelijks motivatie voor mijn studie en toen ik na vier jaar een appje kreeg met het laatste cijfer voor mijn bachelordiploma voelde ik me leeg.

Ineens dacht ik: als ik het niet leuk vind om te leren, hoe groot is dan de kans dat ik het wel leuk ga vinden om er iets mee te doen?

Tweede Studie

Toen ik Filosofie erbij ging studeren was ik voor het eerst weer gemotiveerd. Ineens gingen beide studies me gemakkelijk af.
Helaas gooiden Pfeiffer en een jaar lang moe zijn roet in het eten. Al twijfel ik nog altijd of ik toen niet al licht overspannen was.
Ik weet nog dat ik in de eerste tentamen periode met elf tentamens al twee weken voor het begin van de eerste toets klaar was met voorbereiden. En dat ik diezelfde maand bijna dagelijks op stap ging, wekelijks een dag werkte en bijna dagelijks sportte.

Toen ik wilde beslissen wel of niet door te gaan met beide studies vroeg ik de universiteitspsychologe: ‘wat mag ik van mezelf verwachten? Wat is normaal?’. Wat voor mij zoveel betekende als: ‘wanneer ben ik goed genoeg?’. Het antwoord dat ik kreeg was: ‘ik heb wel een cursus mindfulness voor je..’. Op dat moment vond ik ‘mindfulness’ maar een zweverig begrip en wist ik niet wat ik er mee moest.

Afgestudeerd

Na mijn afstuderen wist ik dat ik iets wilde doen dat ik leuk vond, maar wat dat dan was..?

Ik werd vrijwilliger bij het kralingsebos en ging mutsen haken met dak- en thuislozen. Ik gaf weer eindexamentrainingen en schoolvakken. En ik ging ondernemen. Ik startte mutsenmerk ZEEBAAZ en deed een handvol losse freelance projecten. Zo hielp ik een startend bedrijf met de marketing en dacht ik met mijn vader mee over een e-learning platform voor projectmanagement trainingen. Ik genoot van de vrijheid en diversiteit.

Maar na een jaar voelde ik me toch te eenzaam en ging ik op zoek naar anderen om samen mee te ondernemen.

Eenzaamheid ging voor mij als volgt:
1) het moeilijk hebben, 2) dat delen met anderen met woorden, 3) me daarbij kwetsbaar voelen, 4) hopen op liefdevolle steun, 5) die niet krijgen omdat de ander geen kwetsbaarheid zag en mijn sterke uiterlijke vertoning niet kon rijmen met mijn negatieve hulpeloze woorden. Ik voelde me dan onbegrepen en eenzaam.

Critical Minds

Gelukkig vond ik een groep jonge enthousiaste ondernemers/projectmanagers. Een organisatie gebouwd op het motto: ‘Het verschil maken door jezelf te zijn’. De visie en organisatievorm waren precies wat ik zocht.

Helaas durfde ik wederom niet goed mezelf te zijn en had ik daardoor moeite met de groep. Ook wilde ik me nog steeds heel graag bewijzen en nam ik veel hooi op mijn vork. Daarbij vond ik het moeilijk om steun te vragen en was ik bang om fouten te maken.

Ik vond mezelf al zo jong zelfstandig, maar in dit opzicht kon ik niet goed voor mezelf zorgen.

Ik schreeuwde een keer moord en brand om hulp bij een collega. Die kwam bij me en trof mij met een duidelijk plan om de situatie goed aan te pakken. Ik had dat zelf al bedacht uit angst dat hij me een sukkel zou vinden als ik het allemaal even niet meer wist. Achteraf vertelde hij me dat hij het heel vreemd had gevonden me zo wanhopig om hulp te horen vragen en vervolgens bij me weg te lopen met het idee dat ik het allemaal prima in de hand had.

Burn-out

Samen leidde dat tot een burn-out, op 27 jarige leeftijd.

Ik voelde me een enorm slachtoffer en dacht vooral: ‘waarom overkomt mij dit? Ik heb toch zo hard mijn best gedaan?’.

‘Ik heb geen werk, ik woon weer bij mijn ouders, ik ben fysiek moe, ik doe niets indrukwekkends/inspirerends’ was wat veel in mijn hoofd omging. Dit alles voedde mijn negatieve overtuiging dat ik niet goed genoeg was.

Ik werd begeleid door een psychologe die ik vaak wanhopig vertelde dat ik het gevoel had alsof er een enorme fles opgepotte emoties in me zat en dat als ik de kurk nou eens van die fles kon trekken ik wel twee weken heerlijk zou kunnen huilen.

Essence

Acht maanden nadat ik me ziek had gemeld vond ik de Essence training. Een vriend inspireerde me door precies zo om te gaan met een verhitte discussie zoals ik dat al heel lang wilde, maar niet kon.

Veel van wat ik in die training leerde begreep ik rationeel eigenlijk al lang.
Zoals wat er gebeurt als ik me aangevallen voel door kritiek en als ik mijn gevoel van eigenwaarde laat afhangen van de goedkeuring van anderen. De Essence trainingen hebben me geleerd naast ze te begrijpen, deze dingen ook te gaan voelen en doen. Ik leerde dus weer liefdevol voor mezelf te zorgen.

Een hoogtepunt in alle dingen die ik leerde was het terugvinden van mijn kwetsbaarheid.

Het moment dat ik weer mezelf durfde te zijn, voorbij mijn imago en ego, was een uitbarsting en een grote opluchting.

Oefenen

Ik ging oefenen. Fouten durven maken, er van houden en leren. Steun en hulp durven vragen en ontvangen. Focussen op successen en die vieren en delen. Een quote uit een mooi liedje dat me werd aangereikt is:

‘The greatest thing you’ll ever learn is just to love and be loved in return’

En ik had weer ruimte in mijn hoofd en hart om me te focussen op wat ik wél wil! Toen maakte ik het volgende visionboard:

Grootste angst

Op de informatieavond van een coachingopleiding zei iemand: ‘mensen hun grootste angst hoor je ze vertellen, dan zeggen ze: ‘Ik droom van A maar ben bezig met B’’.

Toen realiseerde ik me dat mijn droom het verbeteren van het middelbaar onderwijs is. En dat ik dat eigenlijk al sinds de middelbare school wist, maar nooit onder ogen durfde te zien.

Een jongen op een sollicitatiegesprek bij Finext wist het me feilloos te vertellen: ‘als ik naar jouw CV kijk zie ik geen projectmanager, maar een soort leraar/trainer/coach’.

En hoe dan? Inspiratie alsjeblieft!

Al sinds mijn burn-out vertelde mijn vader me over een blog dat hij leuk vind: Corporate Rebels. Twee consultants die op zoek gingen naar werkplekken waar werknemers met plezier werken.

Ook las ik een boek over het ontstaan van de computer. Zelfstandige genieën vonden in die tijd revolutionaire onderdelen uit, maar werden beperkt door de achterstand van de andere onderdelen.

Één man pakte het anders aan. Hij ging rondkijken wat er allemaal bedacht werd en combineerde de onderdelen die hij vond in een werkend geheel. Dat werd de computer zoals wij hem vandaag de dag kennen.

De verhalen van de Corporate Rebels en de geschiedenis van de computer inspireren mij om ook op deze manier te werk te gaan: zoeken naar succesverhalen in de praktijk en die combineren om een werkend geheel te creëren. Werken vanuit partnerschap en het niet allemaal zelf willen doen zijn hier in goede lessen voor me.

Ik ga dus de komende tijd op zoek naar succesverhalen over persoonlijke ontwikkeling in het onderwijs.

Daarbij hoort een open blik. En die werd meteen uitgedaagd in mijn eerste interview met de oprichtster van democratische basisschool Vivere in Rotterdam. Als reactie op mijn verhaal zei ze: ‘gooi die structuren en puzzelstukjes uit het raam en laat kinderen vrij, dan leren ze het vanzelf’.

Daarover later meer!

Inspireert dit jou en wil je op de hoogte blijven?
Volg dan nu mijn blog en ‘klap’ om je waardering te laten zien. En vertel me wat jij denkt in een reactie!

Een sneakpeak van komende artikelen:

  • Geef het beestje een naam (met dank aan de supportkring!)
  • Vivere — Democratisch Basisonderwijs
  • Wat zijn basisvaardigheden om te leven?
  • Status Quo in het onderwijs
  • Ipadscholen, O4NT, Maurice de Hond

--

--