Het nieuwe heden (column)

SAM
sambyhan
Published in
3 min readApr 3, 2020

Onze columnist Guus had zich de start van zijn werkende leven iets anders voorgesteld. Door corona valt hij meteen met zijn neus in de boter.

Foto: Ivan Vranic op Unsplash

Tekst: Guus Gelsing

Kwijlend van woede, wanhoop en verdriet gooide een cliënt zijn telefoon kapot tegen de kwetsbare muur van gips. Ik stond erbij en ik keek er naar. Letterlijk. Nu het virus onophoudelijk als een schijnbaar oncontroleerbare tornado over en door ons land heen raast, en elke dag weer nieuwe slachtoffers opeist, is het beleid dat cliënten niet meer op verlof mogen en geen bezoek meer mogen ontvangen, enkele zeer uitzonderlijke gevallen daargelaten.

In onze groep betekent dit dat de cliënten moeten kiezen tussen hun ouders en de woongroep. Want, eenmaal vertrokken naar hun ouders mogen ze, totdat de maatregelen zijn opgeschort, niet terugkeren. Een soort van geforceerde, impliciete pauze in de behandeling. Tel daarbij op dat vanwege het coronavirus niet alleen onder de cliënten veel onduidelijkheid heerst, maar ook onder de hulpverleners. Genoeg plausibele redenen voor een cliënt om zijn mobiel aan diggelen te gooien, de voetenbank tot tweemaal toe richting de muur te lanceren en het onschuldige glas, dat eenzaam op het dressoir stond te wachten, kennis te laten maken met de vloer.

Een half uur later na voorgaande casus, toen de rust enigszins was wedergekeerd, verontschuldigde ik mij tegenover de betreffende cliënt. “Sorry”, zei ik. Ik probeerde hem in te laten zien dat wij het ook moeilijk hebben met alle abrupte veranderingen. Dat ook wij fouten maken en dat hij en de andere cliënten daar eigenlijk niks van zouden mogen merken, maar dat dit helaas nu wel het geval is. Gelukkig begreep hij het. Maar daardoor stond zijn besluit niet minder vast. Hij wilde zo snel mogelijk naar huis. Hij trok het niet meer.

En hij is niet de enige. De dagbesteding is moeilijk te organiseren vanwege het sluiten van — zo goed als — alle faciliteiten op het terrein. Dat zorgt ervoor dat de overgeblevenen het idee krijgen dat zij enerzijds, ja, zijn opgesloten en anderzijds doen alsof zij op een vakantiepark verblijven. Grenzen en structuur die normaliter aanwezig zijn, liggen nu in het verleden met smart te wachten om opnieuw opgeraapt te worden, zich nog niet bewust dat zij wellicht vervangen zullen worden door het nieuwe heden.

Nu, ruim een maand na het behalen van mijn diploma, en na nog geen twee weken inwerktijd, heb ik door alle rumoerigheid het gevoel dat ik al jaren werkzaam ben binnen de geestelijke gezondheidszorg. Het coronavirus ontregelt het zorglandschap, het ene incident lijkt het andere op te volgen en collega’s beginnen hun dienst in tranen. Niet allemaal door het virus, maar het virus lijkt bepaalde dingen wel minder draaglijk te maken.

Mijn rooskleurige, geromantiseerde beeld van de toekomst, dat ik een kleine maand geleden nog dagelijks projecteerde aan de binnenkant van mijn ogen, is net zoals het geruïneerde glas van de cliënt, compleet aan diggelen. Tijd om mijn verwachtingen bij te stellen en me aan te passen aan de nieuwe realiteit die zich aan het ontpoppen is.

Net afgestudeerd HAN-student Guus Gelsing werkt sinds kort in de geestelijke gezondheidszorg. Ook in coronatijd. Hij schrijft wekelijks voor SAM. Lees hier zijn vorige bijdrage.

--

--

SAM
sambyhan

Journalistiek medium van de Hogeschool Arnhem & Nijmegen