Een duik in het ruige leven van Times Square in de jaren zeventig

Tom van Haaren
Salmari Beyond the Dark
7 min readSep 15, 2017

Momenteel zendt HBO het derde en tevens laatste seizoen van de serie The Deuce uit. De serie speelt zich af in het New York van de jaren zeventig tijdens de pioniersjaren van de porno-industrie. We volgen het leven van de prostituees, pooiers, café-eigenaren, filmmakers, maffiosi en agenten die de straten rond Times Square bevolken.

Wie de eerste twee seizoenen heeft gezien, zal het gevoel hebben gehad dat hij in een tijdscapsule neerdaalde op Times Square in 1971. Een periode waarin New York niet die schoongeveegde en overprijsde stad is die we nu kennen, maar een smerig metropool met ongelofelijk veel rauwe energie. De periode wordt vaak geromantiseerd. The Deuce laat echter ook de keerzijde zien van leven in een tijd waarbij je altijd over je schouder moest kijken.

Om de tijd te doden tussen de afleveringen, of om je alvast voor te bereiden op een nieuwe verslaving, dook Salmari in films en documentaires over deze roerige periode.

Stad gaat ten onder

New York, a Documentary Film is een prachtig document over de geschiedenis van The Big Apple. Verdeeld over acht delen, met een looptijd van een kleine achttien uur, begint de documentaire met Henry Hudson die voet aan wal zet op Manna-Hatta, en eindigt met het instorten van de Twin Towers. Deel zeven “New York City and the World” gaat over de periode van New York die relevant is voor The Deuce. We zien hoe de stad in de jaren zeventig zo goed als bankroet werd verklaard.

Verschillende oorzaken lagen aan dit verval ten grondslag. Na WOII trok de middenklasse naar de buitenwijken. Hun plek ingenomen door kansarme groepen en immigranten waardoor armoede en onveiligheid in veel buurten toenam, terwijl belastinginkomsten afnamen. Om de aan- en afvoer van forenzen naar de buitenwijken te faciliteren, legde stadplanner Robert Moses grote snelwegen aan die dwars door woonwijken liepen. Wijken met veel sociaal-economisch achtergestelde bewoners, maar met goed functionerende gemeenschappen, werden daardoor ontwricht. Veel arme bevolkingsgroepen werden genoodzaakt om naar grote woontorenflats te verhuizen waar nauwelijks sociale controle was en die daardoor levensgevaarlijk werden. Gelijktijdig verloor New York zijn grote industriesector door globalisering, waardoor er vooral veel laaggeschoolde immigranten geen werk was. Ten slotte was er een grote verslavingsproblematiek rond met name heroïne.

All the animals come out at night

Journalist Vincent Canby van de New York Times schreef in de jaren zeventig over zijn stad: “New York is een metafoor geworden voor wat lijkt op de laatste dagen van Amerikaanse civilisatie. Het wordt bestuurd door dwazen. De inwoners leven in genade van criminelen die, vaker wel dan niet, worden beschermd door omgekochte agenten. De lucht is vervuild. Het verkeer is onmogelijk. Winkels verdwijnen en de moraal is zo laag dat het bestellen van een kop koffie in een café kan omslaan in een verzoek om een dikke lip.”

Eind jaren zestig kwam er in Amerika een nieuwe generatie filmmakers op met regisseurs als William Friedkin, Francis Coppola en Martin Scorsese. Geïnspireerd door Europese cineasten, zoals de Italiaanse neo-realisten en de Franse Nouvelle Vaque, hadden hun films een rauwe en documentaire-achtige stijl. Voor zulke verhalen was het zedeloze Times Square-district natuurlijk een perfecte omgeving. In Taxi Driver zien we hoe een getraumatiseerde Vietnam veteraan steeds verder doordraait in zijn taxi, terwijl hij prostituees, criminelen en ander uitschot oppikt. In The French Connection volgen we twee agenten die in de drugsscene rond 42nd Street een grote georganiseerde drugshandeltransactie op het spoor komen. Andere klassiekers die je moet zien zijn: Across 110th Street, Shaft (leven in de ghetto), Panic in Needle Park (junkies), Mean Streets, Dog Day Afternoon (criminaliteit), Deadwish (geweld) en Marathon Man (Nazi-tandartsen).

Een dunne lijn tussen goed en kwaad

In The Deuce zien we dat bij de NYPD gedragscodes niet heel streng worden nageleefd. De corruptie onder de politie in New York was wijdverspreid. Eerder schreef Salmari al hoe politie en maffia samenwerkte rond de LGBTQI-horeca. In veel van de eerdergenoemde films is de grens tussen misdaad en wetdienaars flinterdun. De film die dit het beste verbeeldt is Serpico van regisseur Sidney Lumet met Al Pacino in de titelrol. In het waargebeurde verhaal volgen we klokkenluider Frank Serpico die als agent weigert smeergeld aan te nemen en daardoor door zijn collega’s wordt verguisd. In 1971 was hij de eerste agent die openlijk getuigde over de systematische corruptie onder zijn collega’s.

Het leven van een sekswerker

In 1969 kwam Midnight Cowboy uit. De enige X-rated film ooit die de Oscar voor beste film heeft gewonnen. Het verhaal gaat over een hillbilly, gespeeld door John Voight, die naar New York trekt in de overtuiging dat hij met zijn cowboy-look als gigolo goed geld kan verdienen. Aangekomen op Times Square komt hij erachter dat zijn looks vooral in trek zijn bij mannelijke klanten. Hij raakt al snel al zijn geld kwijt en is genoodzaakt om in deze markt aan de slag te gaan.

Twee jaar later won Jane Fonda de Oscar voor beste vrouwelijke hoofdrol in Klute in de rol van een callgirl. Anders dan de straatprostituees in The Deuce, speelt haar werkveld zich vooral af in luxueuze penthouses, kantoren en clubs. Onderzoeker Stanley Corking beschrijft de rol van Fonda als een vrouw die er bewust voor kiest om als escort haar geld te verdienen, omdat het haar gedurende de recessie een relatieve, alhoewel riskante, onafhankelijkheid geeft. De tippelaars op Times Square vormen daartegenover de laagste rang onder de prostituees die het meest slachtoffer zijn van geweld en uitbuiting.

Overige tips: Tot voorkort stond op Netflix een documentaire over Iceberg Slim die vertelt over zijn leven als pimp. In Taxi Driver zien we Jodie Foster als kindprostitué en haar pooier gespeeld door Harvey Kietel.

De opkomst van de porno-industrie

The Deuce speelt zich af in de tijd van Deep Throat; de pornofilm waarbij hoofdpersoon Linda Lovelace erachter komt dat ze een clitoris in haar keel heeft met alle voordelen van dien. De documentaire Inside Deep Throat laat de culturele impact van de film zien die aan het begin stond van de porno-industrie. Pornoactrice Linda Lovelace (echte naam Linda Boreman) beweerde tijdens haar carrière dat de film een bevrijdende ervaring was. Later vertelde ze over een industrie vol mishandelingen, verkrachtingen en gedwongen prostitutie. Dit verhaal werd in 2013 verfilmd in de biopic Lovelace.

De ultieme film over de porno-industrie is natuurlijk Boogie Nights van Paul T. Anderson. We zien the rice and fall van Dirk Digler (Marc Walberg) in de porno-industrie van eindjaren zeventig en jaren tachtig.

Creative bloeiperiode

De viezigheid en wetteloosheid trok natuurlijk ook avontuurlijke geesten aan als beatniks, kunstenaars en muzikanten. Voor hen was het eenvoudig om aan goedkope woonruimte te komen. Met name in Downtown Manhattan stonden vele panden leeg doordat de industrie was verdwenen. Eerder schreven we al over de lokale kunstscene rond Jean-Michel Basquiat, en zagen we dat je met een goed idee en 15.000 dollar de best lopende club van New York kon beginnen. Probeer dat vandaag de dag nog maar eens!

Ook is opvallend dat de meest populaire genres die momenteel in de hitlijsten staan, stammen uit het New York van die periode. Deze BBC-docu laat zien hoe dance, punk en hiphop op hetzelfde moment in New York konden ontstaan.

Nederland versus Amerika

Momenteel moet je in populaire Nederlandse stadswijken tientallen duizenden euro’s overbieden in de woningjacht. Dezelfde woningen kon je vijftig jaar geleden aan de straatstenen niet kwijt. Niet alleen in Amerika maakte de middenklasse een uittocht naar voorsteden. Dichtbebouwde stadswijken als De Pijp in Amsterdam en Lombok in Utrecht waren volgens stadsplanners achterhaald. Waar in New York vergaande plannen waren voor een snelweg dwars door Chinatown en Little Italy, daar droomden stadontwikkelaars in Amsterdam over plannen van een ringweg om de grachtengordel, waarvoor de Jordaan en de Kinkerbuurt moesten wijken. In Utrecht is zo’n plan om een snelweg door het stadshart aan te leggen gerealiseerd met de bouw van Hoog Catharijne. Aan de titel van de Andere Tijden-aflevering De Hel van Hoog Catharijne, kun je opmaken dat dit plan uiteindelijk niet heel succesvol was..

Dromen over een snelweg langs de grachtengordel, met daar omheen hoogbouw.

Waarom de oude stad niet in trek was bij beleidmakers is goed voor te stellen na het zien van films over de toestand van veel woningen. In het onderstaande fragment zien we grote gezinnen die opgepropt zitten in te kleine aftandse appartementen.

In de Aflevering van Andere Tijden: Bureau Warmoesstraat zien we scenes die niet zouden misstaan in een Nederlandse variant van The Deuce.

Het grote geld versus armoede

Uiteindelijk is Time Square in de jaren negentig getransformeerd van het afvoerputje tot een familieparadijs met M&M’s- en Disney-conceptstores. Onder Burgemeester Gulliani kwam er in de jaren negentig een zero tolerance beleid waarbij veel x-rated entertainment en discotheken tot sluiting werden gedwongen. Dit gebeurde volgens de broken windows theorie, die stelt dat gebieden die reeds vervuild zijn, meer vuil aantrekken.

Manhattan is nu een stadsdeel waar alleen de superrijken kunnen wonen. In de documentaire Park Avenue zien we dat extreme rijkdom en armoede soms in dezelfde straat voorkomen. Waar aan de Park Avenue in de Upper East Side de allerrijksten wonen, leven aan de andere kant van de straat in de Bronx de bewoners onder de armoedegrens.

The Deuce is te zien via HBO, dat in Nederland wordt aangeboden door Ziggo.

--

--